Maanden werd er aan de vele Vlaamse togen gediscussieerd over de vraag of er binnenkort meer ploegen zouden mogen promoveren van Nationale 1 naar de Liga mannen. Het antwoord kreeg vele ‘misschiens’, ‘geloof het maar niet’ of ‘wishfull thinking’. De bond zag liever alleen de kampioen stijgen, maar toonaangevende clubs uit eerste nationale wilden niet allemaal wegens grotere kosten, meer verplichtingen, onaangepaste zalen…
Maar zie: plots kwamen Liga en bond (voorzitter Guy Juwet, zie foto) tot een akkoord.
‘De raad stemt in met het principe van versoepelde overstap van NAT1H naar LIGH zoals door deze laatste voorgesteld, inclusief de uitbreiding van de LIGH tot 12 teams (ref. mail Luc Haegemans dd 09/03/2024), mits een nieuwe evaluatie tijdens de maand maart 2026. Van zodra de LIGH opnieuw 12 leden telt, valt elke beschermingsregel weg en zullen er dus opnieuw één of meer vaste dalers zijn.’
Dat is de officiële mededeling van de Belgische volleybalbond. Belangrijk voor de mannenteams zoals Marke-Webis Wevelgem en Interfreight Brabo Antwerpen, die momenteel in Nationale 1 op de eerste en de tweede plaats pronken.
Voor Marke-Webis Wevelgem staan dit seizoen nog twee wedstrijden op de kalender. In Hasselt en thuis wacht hen de moeilijke confrontatie tegen Hellvoc Hemiksem-Schelle. Op de allerlaatste speeldag notabene. De Antwerpse mannen moet ook nog twee duels afwerken. Hun programma lijkt niet zo moeilijk.
“Wanneer we onze ambitie willen tonen en willen stijgen naar de hoogste volleybalreeks, dan mag er niet tegen Torhout en de Topsportschool verloren worden”, waarschuwt Antwerp-trainer Raf Vekemens. “Anders verdien je de titel niet.”
Duidelijke taal van coach Vekemans die met zijn team tijdens het paasweekend de beker van Antwerpen veroverde ten koste van Noorderkempen. Net zoals de spelers van Marke-Webis overigens, die de buren uit Balti Kortrijk versloegen in de finale van de West-Vlaamse beker. Daarmee toonden beide teams nog maar eens hun duidelijke sportieve ambities.
Maar is promotie realiseerbaar? Volgen de spelers in dit verhaal? Of zeggen die, neen de Lotto Volley Liga is te hoog gegrepen. Wat wil het bestuur, zeker na de aangekondigde versoepeling. Willen de clubs alle extra inspanningen – want die zullen er nog steeds zijn – wel leveren?
Dieter Vandermeersch, voorzitter van Marke-Webis, had de mededeling van de Belgische volleybalbond nog niet ontvangen, toen we deze reportage maakten. Maar hij nam toch een heel duidelijk standpunt in.
Dieter Vandermeersch: “Het is dit jaar niet de bedoeling dat we ingaan op de vraag of we willen overstappen naar de Liga. We kunnen ons – volgens het huidige reglement – beroepen op de regel dat we nog één jaar een promotie mogen en kunnen weigeren. Zelfs met een versoepeling vrees ik dat het te kort dag is om binnen de club alles te reorganiseren. We hebben bijvoorbeeld een minimum budget nodig van 200 000 euro. Dat moet dan integraal door onze mannenploeg opgesoupeerd worden, wanneer zij zouden stijgen.
We hebben nog acht jeugdploegen, die willen we niet in de kou laten staan. We gaan niet al het geld opofferen voor één team. Trouwens, er zijn verschillende clubs in de nationale reeksen vragende partij om op regelmatige basis in gesprek te gaan met de Liga en hun leden. Dat zou iedereen veel duidelijkheid bieden voor een eventuele promotie. Dat is nog nooit gebeurd, hoe kan je dan degelijk voorbereid zijn.
We geven onszelf nog één jaar om alles in orde te brengen. We gaan ons nu niet hals overkop in een avontuur storten, dat waarschijnlijk moeilijk haalbaar is. De gesprekken met de spelers zijn trouwens – naar volgend jaar toe – nooit in de richting geduwd waarbij een eventuele promotie aan bod kwam. Buiten onze libero Simon Durnez (hij stopt, red.) blijft iedereen bij onze club. Over de Liga is zelfs niet gesproken.”
Thomas Rossie, manager van de Antwerpse volleybalclub, jullie hebben blijkbaar wel ambitie om te promoveren, mochten jullie daarvoor de gelegenheid krijgen vanuit de bond.
Thomas Rossie: “Inderdaad, ik vermoed zelfs dat men vanuit Brussel of Vilvoorde de ‘promotievraag’ gaat stellen aan de tweede of zelfs de derde club in de eindrangschikking van Nationale 1. Momenteel kunnen we ons enkel baseren op veronderstellingen en een voorlopige tussenstand. Want tijdens de twee resterende matchen kunnen er nog verrassingen gebeuren. Alles wat ik op dit moment vertel is in de voorwaardelijke wijze. Ik ken het officiële eindverdict van Marke-Webis nog niet. Wat zullen ze doen, indien zij kampioen spelen, ik weet het niet.
Tijdens de gesprekken met onze spelers – dat kan ik je wel vertellen – waren de antwoorden overduidelijk. Zij willen zeer graag naar de Liga. Enkele jonge en beloftevolle talenten waren vorig jaar zelfs naar onze club gekomen, omdat zij in de toekomst echte Liga-waardige volleyballers willen worden. We hebben met iedereen correcte afspraken gemaakt: ook na een promotie blijven de contracten dezelfde. We gaan geen risico’s nemen, zoals in het verleden wel eens gebeurde. Dit wordt geen verhaal zoals vroeger. We gaan vanuit een gezonde basis langzaam opbouwen.”
Maar je hebt dan wel twee teams – mannen en vrouwen – in de allerhoogste volleybalklasse. Is dat financieel en organisatorisch haalbaar. Zelfs in een wereldstad zoals Antwerpen, waar al de rest parking is. Is dat realistisch?
“De Ligateams moeten de motor van onze club worden. Op alle gebied. Het grote uithangbord, een buitengewone affiche. Welke club in Antwerpen en omgeving kan vertellen dat zij – mogelijk met twee teams op het allerhoogste niveau – hun favoriete sport beoefenen. Daarmee zullen we naar de sponsors stappen. Deze uitzonderlijke argumenten zullen we zeker gebruiken. We willen mensen overtuigen om te investeren in dit sensationeel project. Met een rangverhoging, een nieuwe status en een geweldige uitstraling op nationaal vlak hebben we fantastische motieven. Voor sommigen klinkt dat misschien naïef, wij beschouwen dat als uniek.
Maar we willen tegelijkertijd niet kortzichtig zijn. Een eventuele promotie van onze mannen mag niet ten koste gaan van ons vrouwenteam. Met Cristina Moga doen ze dat nu al jaren bijzonder goed in de Liga. We beseffen dat, na een mogelijke overstap van onze mannenploeg, het sponsorverhaal én de omkadering én de spelersgroep uiteraard moeten uitgebreid worden.“
Versoepeling of niet, de werking van elk club staat of valt met de zeer noodzakelijke vrijwilligers en de beschikbare financiën.
“De versoepeling houdt bijvoorbeeld in dat er tijdens het eerste jaar geen SBS-spelers vereist worden: volleyballers met het statuut van betaalde sportbeoefenaar. Tijdens het tweede jaar wel (twee, red.) en in het derde jaar wil men vier profspelers in een Ligaploeg. Dat biedt ruimte voor een geleidelijke progressie.
Maar nogmaals, dit is allicht ondergeschikt aan de uiteindelijke beslissing van Marke-Webis. De sleutel ligt bij hen. Stel dat zij na de versoepeling toch willen stijgen. Wij hebben het niet in eigen hand. Het zal sowieso alle hens aan dek zijn.
Er komt zo veel meer bij kijken en dan stellen we vast dat we, net zoals bij vele clubs, een tekort hebben aan vrijwilligers. En geld is – zeker als we met twee teams in de Liga zouden spelen – altijd welkom. De entourage en de ondersteuning moeten zonder enige twijfel groter worden. Vooral op commercieel en logistiek vlak. Dat is duidelijk. Daarom is het noodzakelijk dat we zo snel mogelijk iets weten vanuit onze concurrenten uit West-Vlaanderen en vanuit de Liga en de Belgische bond.”
Het lijkt een mooi verhaal te worden want men voelt aan alles: het volleybal groeit weer in Antwerpen.
“De organisatie van de finales van de beker van Antwerpen was piekfijn. Zowel bij de vrouwen als bij de mannen werd de ‘cup’ door de Brabo-teams veroverd, Ik was erg blij om vast te stellen dat het volleybal in Antwerpen terug leeft. We mogen terugblikken op een erg geslaagd weekend. Dat heeft het bekerverhaal – los van de dubbele winst – nog zo veel mooier gemaakt. Onze meisjes van het tweede team spelen bovendien volgende zondag de finale van de “interfederale beker” tegen Oudenaarde. De toekomst ziet er mooi uit. Nu nog dat verlossende telefoontje.”
Luc Everaert is secretaris van Hellvoc Hemiksem-Schelle, de derde gerangschikte ploeg in Nationale 1 en tevens de derde kanshebber om te promoveren. Hoe staat de club tegenover een eventuele stap naar de Liga?
Luc Everaert: “Ik vrees dat de financiële verplichtingen om te stijgen te groot zijn voor onze club. Dan spreken we over bedragen die even groot zijn dan de totale geldsommen die we nu besteden voor alle teams bij Hellvoc. Ik ken de nieuwe voorwaarden niet. Wanneer de versoepeling toch mogelijkheden biedt, vermoed ik dat ze op termijn zullen teruggeschroefd worden. Zelfs dan is een aanlokkelijk voorstel om te promoveren geen optie voor ons. Wij gaan geen risico’s nemen. Zowel Hemiksem als Schelle zijn vroeger al eens onderuit gegaan. Dat willen we niet meer meemaken.””
De laatste competitiewedstrijd is in de sporthal van Marke-Webis. Jullie kunnen mee bepalen welk team er kampioen wordt?
“Ik ken onze spelers, zij gaan altijd voluit voor de overwinning. Daar twijfel ik geen seconde aan. We kunnen vrijuit spelen, want we eindigen altijd derde. We kunnen bij winst niet meer tweede worden en bij verlies zullen we ook niet op de vierde plaats eindigen. Voor ons maakt het niet uit met welk eindresultaat deze slotontmoeting zal beslist worden.”
Tekst: Walter Vereeck
Foto’s: archief en Walter Vereeck
