In het voetspoor van opa Fernand Walder

Rekenend op de rijke volleybalhistorie van grootvader Fernand Walder, die teruggaat tot de Olympische Spelen van Mexico ’68, hebben Kobe en Matis Verwimp het stokje overgenomen. De broers uit Leuven lijken in elk geval klaar om de nieuwste sensatie te worden in de Belgische volleybalwereld. Beiden gezegend met uitstekende kwaliteiten als libero, maken ze elk op hun eigen manier indruk.

Want terwijl de 18-jarige Kobe (1,81m) afgelopen zomer schitterde na zijn onverwachte debuut bij de Red Dragons en die lijn nu ook doortrekt bij de club van zijn hart Volley Haasrode Leuven, verbreedt de één jaar jongere Matis (1,74m) zijn horizon bij concurrent Lindemans Aalst.

In navolging van Martin (libero bij Maaseik) en Pierre Perin (receptie-hoek bij Waremme) telt onze nationale volleybalcompetitie dus nog een opmerkelijk broederpaar. Ook bij de familie Verwimp zit volleybal duidelijk in de genen en nog unieker dan bij de broertjes Perin: Kobe en Matis spelen dus ook nog eens op dezelfde positie. Als talentvolle libero’s dromen ze beiden van een succesvolle profcarrière en hopen ze stiekem om een al even grote en onuitwisbare indruk na te laten als hun grootvader en ex-bondscoach Fernand Walder. Dat ook Volley Haasrode Leuven al drie generaties door het bloed van de familie Walder-Verwimp stroomt, bewijst ook vader David, zelf ooit een gerespecteerd speler en tegenwoordig trainer bij de ambitieuze Leuvense club.

Nog een kleine voetnoot vooraleer we beide talenten aan het woord laten over hun familieband, ervaringen in de Topsportschool, de nationale jeugdselecties en hun concurrentiestrijd. Idealiter hadden we dit interview in één en dezelfde ruimte georganiseerd, maar aangezien Kobe als student Industrieel Ingenieur aan de KU Leuven terug bij zijn ouders woont en Matis zijn laatste jaar uitzit op het internaat in Vilvoorde, was dit praktisch gezien niet mogelijk.

Jullie zijn voor het eerst in vier jaar van elkaar gescheiden en zitten niet meer samen op het internaat in Vilvoorde. Heeft dit jullie band al een beetje veranderd?

Kobe Verwimp: “We komen nog steeds heel goed overeen en hebben, voor zover ik me kan herinneren, nog nooit echt ruzie gemaakt. We hebben altijd al een sterke band gehad en we delen ook nog eens dezelfde vrienden. Wie dat zijn? Vooral leeftijdsgenoten die we hebben leren kennen op het internaat zoals Daan Spiessens (middenman Antwerp), Eliot De Vleeschhauwer (opposite Menen), Wannes van Alboom (receptie-hoek Gent), Berre Van Looveren (receptie-hoek Waremme) Robbe Ponseele (setter Aalst) en Seppe Van Hooghten (setter Zoersel). Min of meer de ganse ploeg die vorig seizoen voor de TSV aantrad in Nationale 1.”

Matis Verwimp: “Logisch eigenlijk, want ook al ben ik een jaartje jonger, we zaten altijd op dezelfde school. Hoewel we beiden op dezelfde positie spelen, is er trouwens nooit echt rivaliteit geweest. Eerder gezonde concurrentie om elkaar beter te maken.”

Heeft jullie grootvader, Fernand Walder, invloed gehad op jullie volleybalcarrière?

Kobe: “Toen we nog tieners waren, was dat beperkt. Hij volleybalde soms met ons in de tuin, maar hij deed geen uitspraken over onze carrière of wat we moesten worden. Soms gaf hij wel commentaar, vooral als we iets niet goed deden. Pas sinds we op het internaat in Vilvoorde zaten, is hij meer betrokken geraakt. Nu babbelen we bijvoorbeeld vaak over het internationale volleybal en de topspelers uit de Europese competities. Pas later kwamen we te weten dat hij ooit deel uitmaakte van de nationale ploeg.”

Matis: “We zijn zeker fier op hem dat hij toch tot de selectie behoorde die als enige ooit deelnam aan de Olympische Spelen. Zijn carrière heeft ons zeker geïnspireerd. Zelf ooit op de Olympische Spelen staan, is natuurlijk een droom. Ik herinner me ook dat hij ons vaak tips gaf. Toen hij fysiek nog in orde was (lacht), vuurde hij opslagen op ons af en leerde hij ons hoe we ons moesten positioneren.”

Hoe was de ervaring op de Topsportschool in Vilvoorde en hoe heeft het jullie voorbereid op professioneel volleybal?

Kobe: “Ik zie de topsportschool al één geweldige ervaring. Vanaf het vierde middelbaar speelde ik al in Liga B, toen nog met Ferre Reggers. Alleen was dat ten tijde van Corona en hebben we toen amper twee competitiewedstrijden gespeeld. Ik heb er altijd op een hoog niveau kunnen trainen en spelen. Ik denk dat de topsportschool ons niet alleen op technisch vlak heeft gevormd, maar ook op mentaal vlak. Ik kende in mijn laatste jaar wel wat frustraties, omdat het soms niet goed liep op training of tijdens de wedstrijden, maar daardoor heb ik ook geleerd om een team te leiden en mijn mond open te trekken, vooral als er fouten worden gemaakt. Het heeft me volwassener gemaakt als speler.”

Matis: “Op het internaat word je ook al snel zelfstandig. Mama en papa zijn er niet meer om alles voor je te regelen, hé. Onze dagelijkse planning bestaat uit gemiddeld vier uur les in de voormiddag en in de namiddag krijgen we vaak een even grote brok volleybal voorgeschoteld. Het is druk en het vreet aan je energie, maar we hebben zeker ook nog voldoende vrije tijd. En je leert er snel hoe je ontspanning en topsport in balans brengt. Trouwens, de enige keer dat ik met Kobe op één kamer heb geslapen was tijdens Corona.  We waren dat toen verplicht, omdat dit het beste uitkwam voor de bubbels.”

Jullie zijn beiden gevormd als libero, ook al heeft Kobe regelmatig als receptie-hoek gespeeld bij de nationale jeugdselecties. Benoem elkaar sterktes en werkpunten eens?

Kobe: “Ik geloof dat Matis dit seizoen grote stappen zal zetten, omdat hij de kans krijgt om met Aalst mee te trainen. Je weet natuurlijk nooit dat Bert (Dufraing) geblesseerd geraakt. Matis heeft nog veel groeimarge en ik denk dat hij mij snel het vuur aan de schenen zal leggen. Hij is technisch sterk en op de momenten dat hij er moet staan, kan je op hem rekenen. Als ik een werkpunt moet benoemen, dan is het wel zijn focus. Hij heeft het soms moeilijk om tijdens de wedstrijd aan niets anders te denken dan die bal omhoog te brengen. En hij moet ook werken aan zijn ‘free’ ballen (lacht).”

Matis: “Ik vind dat we vergelijkbare kwaliteiten en werkpunten hebben. Ook Kobe is technisch begaafd en mentaal sterk. Hij is goed in het stellen van prioriteiten en presteert goed op cruciale momenten. We hebben allebei wel eens onze dipjes, maar we weten steeds beter hoe we daaruit moeten komen.”

Haasrode Leuven is de club van jullie hart. Kobe, jouw terugkeer naar VHL stond in de sterren geschreven. Hoe ga je om met de hoge verwachtingen of zijn die er niet?

Kobe: “Ik voel zeker druk. Toen ik als jeugdspeler vertrok bij Haasrode Leuven, was het een middenmoter in Liga A, maar ondertussen is er veel veranderd. Ik wil mezelf elke wedstrijd bewijzen. Het is belangrijk dat ik een positieve indruk achterlaat bij iedereen die naar me kijkt zoals mijn teamgenoten, de supporters en zelfs de tegenstanders. Ik wil ervoor zorgen dat de mensen een positief beeld van mij krijgen.”

Matis, jij koos uiteindelijk voor Lindemans Aalst. Hoe ga je er om met de concurrentie met Bert Dufraing en hoe heb je je hierop voorbereid?

Matis: “Die concurrentie is zeker uitdagend, maar ik zie het als een kans om te groeien. Christophe Achten, onze coach, kent mijn kwaliteiten en zal vooral tevreden zijn als ik consistent blijf presteren op training, zo’n twee avonden in de week. Het is aan mij om hard te blijven werken en mijn kansen te grijpen wanneer ze zich voordoen. Ik weet dat Bert niet alleen een topkerel maar ook een uitstekende en ervaren libero is. Ik probeer veel van hem op te steken en ik ben in elk geval vastberaden om te blijven werken aan mijn spel. In de topsportschool wil ik er dan weer alles aan doen om een leiderschapsrol op te nemen.”

Dit is de eerste keer dat jullie gescheiden zijn van elkaar. Hoe beïnvloedt deze verandering jullie persoonlijk en professioneel?

Kobe: “Het is zeker een nieuwe ervaring om gescheiden te zijn van mijn broer. We hebben altijd samen gespeeld en getraind. We horen elkaar nu iets minder vaak, maar op vrijdag komt Matis gewoon naar huis. Het is nu niet dat ik hem mis of dat ik hem elke dag moet horen, dus op zich verandert er niet zo veel.

Matis: “Het voelt enerzijds raar en anderzijds ook weer niet. Ik ga wel proberen om enkele wedstrijden van Kobe mee te pikken, maar aangezien wij met de topsportschool ook op zondagavond spelen, net zoals VHL, zal dat niet vanzelfsprekend zijn.”

Matis, jij trok afgelopen zomer met de U19 naar het EYOF in Slovenië en het WK in Argentinië. Qua internationale ervaring kan dat tellen. Hoe zie je jezelf evolueren?

“Ik moet investeren in mijn technische en tactische vaardigheden. Mijn eerste doel is om door te breken in Liga A. Mijn ultieme droom is om samen met Kobe deel uit te maken van de Red Dragons.”

Van De Red Dragons gesproken: Kobe, jij staat al een lengte verder dan jouw broer en debuteerde afgelopen zomer voor de nationale ploeg. Overtrof dit jouw stoutste dromen, want eerlijk, jouw selectie was toch totaal onverwacht?

“De maand mei heeft mijn jaar eigenlijk al gemaakt, want het begon al tijdens de European Golden League. Ik weet nog dat ik samen met Sibren Peeters (Haasrode Leuven), Sébastien Dumont (Guibertin) en Martin Perin in de ruime selectie zat. Na de eerste trainingsweek viel Sibren af en koos de bondscoach uiteindelijk voor Sébastien en Martin. En ook al was ik toen teleurgesteld, nadat Martin zich opnieuw blesseerde, kreeg ik toch nog een telefoontje. Ik had enorm veel stress, want Kris Eyckmans belde mij pas een dag voor de wedstrijd tegen Oekraïne in Beveren op. Met amper één trainingsdag in de benen mocht ik starten als verdedigende libero en nadien ben ik er niet meer uitgegaan. Dat ik door de blessure van Jelle Ribbens mee mocht naar het OKT in China, overtrof pas helemaal mijn stoutste dromen. Dat ik dan ook nog eens meteen mocht starten tegen Polen, één van de beste ploegen ter wereld, zal ik nooit meer vergeten.”

Matis, zat jij dan thuis niet jaloers op jouw tanden te knarsen?

“Absoluut niet. Ik was heel fier op Kobe. Zijn niveau ligt nu eenmaal hoger. Alleen jammer dat ik hem zo weinig heb gehoord, maar in China worden alle reguliere sociale mediakanalen afgeblokt. Gelukkig had Kobe na enkele dagen een VPN-verbinding waardoor we via de familiegroep in WhatsApp toch contact konden houden.”

Weten jullie wanneer Haasrode Leuven tegen Aalst speelt? Wordt dat trouwens niet de eerste keer in jullie carrière dat jullie tegen elkaar uitkomen?

Kobe: “Dat klopt. Ik weet dat wij eerst naar Aalst trekken, maar wanneer? Geen idee! Wat ik wel weet, is dat Matis mij in diezelfde week al zal beginnen plagen met berichtjes. Ik doe daar niet aan mee, want ik ben eerder bijgelovig. Ik praat alleen maar na de wedstrijd (lacht).”

Matis: “Ergens in de loop van november? Ik weet alleen niet meer exact wanneer. Wat ik wel met zekerheid weet, is dat ik er bij zal zijn, want dat weekend hebben we met de topsportschool geen wedstrijd. De afspraak is trouwens dat ik, zolang ik niet in de basisploeg sta bij Aalst, de topsportschool altijd voorrang geef.”

Zet zaterdagavond 25/11 maar in jullie agenda, want dan is het zover. Voorlopig heeft Haasrode Leuven de beste kaarten, na een zes op zes in de competitie. Aalst daarentegen heeft een eerder tegenvallende start genomen. Hoe zien jullie dat?

Kobe: “Ik ben eigenlijk wel verrast door de mindere start van Aalst. Er werden toch veel positieve zaken over hen geschreven. Ik ben hun eerste wedstrijd tegen Gent (1-3-nederlaag) gaan bekijken en het was toen echt niet goed. Over onze start zal ik zeker niet klagen. We hebben nog niet top gespeeld, maar er zit wel muziek in onze groep.”

Matis: “We hebben een kleine mentale klap gekregen na een uitstekende voorbereiding, maar er is zeker nog geen man over boord. Al kan ik bij deze wel bevestigen dat we op training ons niveau aan het opkrikken zijn en de grootste stress achter ons hebben gelaten, dus het is een kwestie van tijd dat we punten pakken. Ons doel is toch om de play-offs te halen. Als we daarin slagen en bijvoorbeeld samen met VHL in de Champions Play-offs zitten, dat zou pas zalig zijn.”

Tekst: Kenny Hennens

Foto’s: Lotto Volley League, FIVB, fam. Verwimp-Walder