Oorspronkelijk zouden de Europese kampioenschappen beachvolleybal voor U20 en U18 op de stranden van Antalya doorgaan, maar de Turkse volleybalbond besliste om deze evenementen te organiseren in het ‘Efes Selcuk Pamucak Park’ te Izmir, direct aan de oevers van de Egeïsche Zee.
Van 16 tot 20 september zijn de Turken gastheer voor 32 teams bij de vrouwen en 32 teams bij de mannen. Jelle De Hert (Mendo Booischot) en Joppe Van Langendonck (VHL Haasrode-Leuven) zullen België vertegenwoordigen op de Turkse stranden.
Hoe ben je op het idee gekomen om naar het EK beach U18 te gaan?
Jelle De Hert: “Tim Van de Wielle is onze trainer en tijdens de lockdownperiode – toen we niet in de zaal konden trainen – stelde hij na een beachsessie voor om ons in te schrijven voor dit jeugdkampioenschap van de CEV. Joppe Van Langendonck was ook bereid om mee te gaan en daarna werd onze droom snel realiteit.
In het ‘tussenseizoen’ bleven we vooral in het zand verder werken. We zijn nu twee maanden doelgericht met de trainingen bezig en we merken dat we heel wat vooruitgang hebben geboekt. Spijtig genoeg konden we geen voorbereidingstoernooien afwerken. Simpelweg omdat alle manches van het Belgisch beachcircuit afgelast werden. We hebben één toernooitje in Nederland gevonden, maar daar was de nethoogte voor onze leeftijdsgroep merkelijk lager.
In het midden van de eerste hittegolf hebben we – na een uur trainen – nog een wedstrijd gespeeld tegen Oscar Nuyten en Seppe Baetens. Toch geen kleine jongens, denk ik. Dat stevig duel eindigde in de hete zon op 1-1 en voor ons is dat een referentiematch. Ook Bob Douwen, met zijn ijzersterk beachverleden, heeft ons veel geholpen. Al die sportieve ondersteuning geeft ons moed voor het EK in Turkije.”
Heb je eigenlijk steile ambities op de stranden van Izmir ?
“We weten echt niet wat we kunnen verwachten. Volgens Tim Van de Wielle zijn de kwartfinales haalbaar. Maar we kennen niemand van onze tegenstanders. We merken dat er vooral teams uit Oost-Europa ingeschreven zijn. Af en toe zien we in de lijst een ploeg uit Italië, Spanje of Frankrijk opduiken. De West-Europese inbreng is door de coronatoestanden erg beperkt. Ook Nederland was ingeschreven, maar uiteindelijk durfden ze het risico niet nemen om – na een verre vliegreis en een busreis in Turkije – aan deze kampioenschappen deel te nemen.
Wanneer we weer in België aankomen, moeten we trouwens eerst getest worden op Covid-19 en na een zestal dagen volgt een nieuw onderzoek. Wanneer beide tests negatief zijn, mogen we uit quarantaine. We missen dus een aantal weken in het clubvolleybal en op de school.”
Jullie hebben heel wat inspanningen gedaan om heel dat project te financieren?
“We hebben een eigen pagina aangemaakt op Facebook: beachvolleybalteam Van Langendonck-De Hert. Daarnaast hebben we een wafelverkoop georganiseerd en we zijn erin geslaagd om 364 dozen te verkopen. We vonden sponsoring, en die hebben ook voor flink wat euro’s gezorgd. Bovendien hebben we vakantiejobs gedaan, zodat we alles konden bekostigen. Van de Belgische volleybalbond kregen we een sportzak, een trainingsvest en vier warming-up-shirts.
Eén van onze sponsors, Sportmaat een drukkerij uit Booischot, heeft voor de mooi gedrukte wedstrijdtruitjes gezorgd. Onze beide mama’s gaan mee en als coach kreeg Arnor Van Leemputten de toestemming van zijn trainer bij de Mannen 1 van Mendo Booischot om ons te begeleiden. Heel knap, hij moest bij zijn werkgever wel een week verlof aanvragen. Maar ik denk dat hij graag meegaat.”
Ligt jullie toekomst – net zoals dat van de Belgian Beachboys Koekelkoren-van Walle – in het beachvolleybal ?
“We zijn nog maar een paar maanden bezig. Eigenlijk is het te vroeg om daar een uitspraak over te doen. We doen het wel heel graag en we hebben veel progressie geboekt. Maar ik zou het volleybal in de zaal niet kunnen laten vallen op dit moment. Voorlopig zijn we daar nog niet mee bezig. Het beachvolleybal is ondertussen wel een passie geworden, want ik bestudeer regelmatig wedstrijden van mijn favoriete duo, Mol-Sørum uit Noorwegen. De beelden van deze tweevoudige Europese kampioenen ga ik dikwijls opzoeken en op die manier tracht ik nog meer bij te leren.”
Tekst en foto’s: Walter Vereeck