“Al op de eerste dag alles of niets voor de Red Dragons”

Vrijdagavond om 19u start voor de Red Dragons in Ahoy Rotterdam het olympisch kwalificatietoernooi met een confrontatie tegen favoriet USA. Zaterdag spelen de volgelingen van Brecht Van Kerckhove om 16 uur tegen gastland Nederland, terwijl zondag om 19u de afsluiter tegen Zuid-Korea geprogrammeerd staat. Maken de Belgische mannen een kans om als enige in deze poule het olympisch ticket voor Tokio 2020 te bemachtigen? Wij vroegen het aan de nieuwe Belgische bondscoach.

Brecht Van Kerckhove, het was voor velen in het volley een verrassing dat jij benoemd werd tot nieuwe trainer van de Red Dragons. Was het ook voor jou een verrassing?

Brecht: “Ja en nee. Toen Vital Heynen een jaar eerder besloot om ermee te stoppen, voelde ik dat het iets te vroeg was voor mij om die taak op mij te nemen. De Red Dragons waren immers vragende partij voor een ervaren coach. Ik heb toen samen met Koen Hoeyberghs een aantal namen overlopen en we kwamen bij Andrea Anastasi uit. Het werd een bijzonder boeiend en leerrijk jaar.

Toen hij besloot om ermee te stoppen, maakten wij dezelfde oefening. Toen ik zes jaar geleden na mijn periode bij Maaseik een beetje dreigde weg te kwijnen, vroeg mijn vrouw Anouk wat ik wilde bereiken om van het volley mijn beroep te maken. Ik heb toen geantwoord dat het mijn droom was om bondscoach te worden. Ik heb daar verder over nagedacht en sindsdien nam ik alle beslissingen met dat ene doel in het achterhoofd. Ik bleef nog wel clubs coachen, ik werd assistent van Gert Vande Broek bij de Yellow Tigers, ik werd assistent bij Vital Heynen en bij Andrea Anastasi, ik volgde de jongere generatie op het EK juniores in Györ…

Op twee jaar tijd kunnen ook de doelstellingen en de samenstelling van een ploeg veranderen. Mocht er opnieuw een coach komen van buitenaf, dan had die weer heel wat tijd nodig om te weten wat er in een ploeg leeft en wat de specifieke kwaliteiten zijn van verschillende spelers. Daarom dacht ik dat ik intussen wel die stap kon zetten en dat ik ook wel verder wilde werken met de staff van de nationale ploeg. Ik had intussen ook een cursus gevolgd ‘coach the coach’ en ik was klaar met een ‘power point’-presentatie om mijn kandidatuur voor te stellen aan de federatie. Enkele dagen later – ik weet nog dat het een vrije zondag was – belde Koen Hoeyberghs me of ik even naar Leuven kon komen. Daar wachtte ik geen minuut mee en hij stelde me precies hetzelfde voor dan ik in mijn ‘power point’ had willen tonen. Mét behoud van de staff van het jaar voordien.”

Als bezwaar klonk het dat je weinig ervaring had als hoofdcoach…

“Dat beseften we ook wel, maar daarom kreeg ik met Dominique Baeyens iemand achter mij die me zou steunen. Dat klonk me als muziek in de oren. Hij is niet iemand die me als een schoonmoeder begeleidt, maar ik zie hem in dezelfde rol als Anders Kristiansson toen wij met Maaseik de play-offs aanvatten. Iemand die af en toe zei: ‘Heb je daar al aan gedacht? Zouden we dat niet doen?’ Om op jouw vraag te antwoorden: ja, ik was een beetje verrast, maar ik was er ook op voorbereid.”

En toen kwam er de European Golden League, waarin jullie maar nipt het behoud konden verzekeren met een heel jonge ploeg. Toch een tikkeltje naïef, niet?

“Neen, de European Golden League paste volledig in het plaatje dat ik voor ogen had. De meeste basisspelers van de Red Dragons hadden -naar mijn mening- een rustperiode nodig. Je leert natuurlijk als coach altijd bij, maar naïef zou ik mijn beslissing niet durven noemen. Stel dat we een nieuwe buitenlandse bondscoach hadden gekregen, dan zou die ongetwijfeld een aantal basisspelers willen leren kennen en hen meegenomen hebben in de wedstrijden van die European League. Ik had vertrouwen in die groep en mocht ik opnieuw beginnen, dan zou ik alles weer juist hetzelfde aanpakken. Alleen kwamen ze midden het verhaal melden dat die European League wél meetelde voor punten.”

Maar was die ploeg toch echt niet té jong?

“Ik wilde gewoon zien wat ze konden op Europees gebied. De resultaten waren daarbij van veel minder belang. Ik wilde twee maanden met ze werken en zien of ze in de cultuur van de nationale ploeg pasten. Want sommige huidige basisspelers zullen allicht tijdens de komende jaren niet blijven en dan moet je zien wie er in hun plaats in aanmerking komt. Dat het heel moeilijk zou zijn, wisten we. Maar we hebben vele spelers nog beter leren kennen en er waren toch wel enkele positieve uitschieters bij zoals b.v. Kindt of Verstraete. De opleiding kwam bij ons in deze periode op de eerste plaats en dan pas de resultaten.”

Ben je eigenlijk tevreden van de voorbereiding op het olympisch kwalificatietoernooi en het EK, want jullie wonnen nog geen enkele wedstrijd…

“Ik weet inderdaad dat we nog geen enkele oefenwedstrijd wonnen en toch ben ik tevreden. Er waren immers jongens bij die anderhalve maand of twee maanden niet meer gespeeld hadden. Daarom verkozen we om te spelen tegen hele sterke tegenstanders (Polen, Frankrijk en Italië), waardoor we telkens een aantal werkpunten konden vaststellen. Spelen tegen zulke tegenstanders legden nog meer pijnpunten bloot en deze aanpak werd aanvaard door de spelers. Dominique stelde het ook vast na elke terugkeer van de ploeg uit zo’n reeks wedstrijden: ‘Het verlies weegt duidelijk niet op deze groep, er wordt verder hard getraind’. Mijn band met de spelers is anders dan bij anderen. Ik ben steeds wat dichterbij, de ruimte tussen mij en de spelers is kleiner dan bij andere trainers. Maar zo ben ik nu éénmaal. Dat is mijn stijl.”

Het worden echt wel zware tegenstanders op het olympisch kwalificatietoernooi… Hebben jullie een kansje om een ticket voor Tokio af te dwingen?

“Dat het geen cadeau zou worden, wisten we sowieso. De lottrekking was in die zin positief dat we niet tegen meer dan één Europees land moeten spelen, want in Europa zitten toch wel de sterkste ploegen. Het is dan wel logisch dat we tegen één topland moeten uitkomen. Wij staan 12de op de wereldranglijst en dat betekent dat we één keer moeten stunten tegen het nummer twee van de wereld, de Verenigde Staten, en dat we twee keer onze ranking moeten bevestigen tegen Nederland (15) en Zuid-Korea (24). Natuurlijk moeten we dan zelf ons hoge niveau halen. Deze groep beseft dat ze moeten geloven in de uitdaging. Wij geloven er dus écht wel in. Op het vorig WK verloren we slechts met nipte 3-2 cijfers van de USA, maar dat moet je als een ander tijdperk beschouwen met heel wat andere spelers. Eigenlijk ben ik blij dat we dadelijk tegen de Verenigde Staten mogen starten. Geacclimatiseerd zal die ploeg wel zijn, want ze verblijft al sinds vorige week in Frankrijk. Maar door tegen hen te beginnen, weten we meteen waar we staan: erop of eronder. Alles of niets. Wat er achteraf in de andere matchen gebeurt, daar zijn we nog helemaal niet mee bezig. Wij focussen ons volledig op de confrontatie met de Amerikanen. De teamsfeer zit goed, maar we beseffen ook dat iedereen moeten op topniveau zal moeten acteren om een kans te kunnen maken.”

En het EK?

“Nog veel minder mee bezig. Zelfs niet met de tweede match van het OKT tegen Nederland. Ik weet ook wel dat het EK gedeeltelijk in België zal gespeeld worden en dat het qua promotie voor het volley belangrijk is. Wij hebben alleen – via Stijn Dejonckheere – enkele promo-filmpjes afgewerkt, maar we hebben hem gevraagd daar nu even mee te stoppen. Alleen de match tegen de USA telt. Na dit toernooi krijgen de spelers één week vrijaf, misschien worden nadien nog enkele wijzigingen doorgevoerd, maar dat zien we dan wel.”

Je had toch wel enkele verrassingen in jouw selectie: geen Jolan Cox, geen Jelle Ribbens, geen Kevin Klinkenberg, geen François Lecat…

Jolan Cox gaf zelf aan niet mee te doen aan de Golden League (hij is intussen getrouwd), maar kampte nu met een lichte schouderblessure. Om echter tegen de Verenigde Staten overeind te blijven, hebben we een receptie nodig die niet onderuit gaat. Daarom dat we daar kozen voor een extra man in receptie. Igor Grobelna en Tomas Rousseaux doen het momenteel uitstekend, Seppe Baetens zorgt voor extra energie, zelfs als hij niet op het terrein staat, terwijl ook Matthijs Verhanneman de nodige energie koppelt aan heel veel ervaring.

Kevin Klinkenberg is niet gestart aan de voorbereiding en dat was zijn eigen beslissing, omdat hij de voorkeur wilde geven aan zijn studies en zijn familie. François Lecat gaat al enkele jaren mee met de nationale ploeg, maar ik vond dat hij in die periode nog niet echt een rol voor zich kon opeisen. Dat kan Seppe Baetens met zijn enthousiasme wél. De moeilijkste beslissing was wel deze om de liberopositie. Ik koos voor Tim Verstraete in een verdedigende rol. Ik ben er zeker van dat hij per set één, twee, misschien zelfs drie tegenaanvallen méér per set kan helpen lanceren. Het verschil tussen Jelle Ribbens en Lowie Stuer is zeer klein en ik heb een keuze moeten maken, die me ook moeilijk viel.

Op de setterspositie heeft Matthias Valkiers na een moeilijk clubseizoen de volle zin in volley terug te pakken en zie je dat Stijn D’Hulst na zijn jaar bij Champions League-winnaar Civitanova een zekere rust over zichzelf heeft gevonden. Ik vind het alleszins positief dat alle spelers in het buitenland progressie gemaakt hebben.”

Wat doet Brecht Van Kerckhove einde september na het OKT en het EK?

“Vooraleer ik een beslissing nam – want ik kreeg een leuke aanbieding uit het buitenland – heb ik even met Vital Heynen gebeld. Ik vroeg hem wanneer hij zijn evaluatie van het WK met Polen gemaakt had en hij antwoordde me dat hij daarvoor nog geen tijd had.

Zo ver wil ik het nu ook weer niet laten komen, maar ik wil wel voeling houden met de sport. Bij As word ik coördinator, maar geen coach meer. Ik help ook Kris Eyckmans, mijn assistent bij de Red Dragons en coach bij Haasrode, terwijl ik ook bij Guibertin twee trainingen geef om Filip Van der Bracht te helpen. Dat maakt ook dat ik in het weekeinde meer met mijn familie kan bezig zijn en dat ik ook naar interessante matchen kan gaan kijken. Niet alleen in eigen land, maar ook bij de ploegen van onze spelers in Polen en Italië.”

Wanneer is de bondscoach een tevreden man?

“Heel simpel. Als we ons plaatsen voor de Olympische Spelen zal ik super-tevreden zijn. Dan moet ik weliswaar een nieuw levensdoel qua sport creëren, maar dat heb ik ervoor over. Bij de Olympische Spelen London waren we er heel dicht bij met het beachduo Mouha-Gielen (we misten de kwalificatie met 1 winstmatch te weinig). Deze keer moet het lukken!”

En wat als jullie het toch niet halen?

“Volgende maandag is er een vergadering met de spelers voorzien in Vilvoorde met het vooruitzicht op het EK. Maar ik hoop dat de ruimte dan eens niet zal gevuld worden met gesprekken en ‘power point’-presentaties, maar dat ze zal overlopen van de champagne!”

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke

De Belgische selectie:

  • Spelverdelers: Stijn D’Hulst, Matthias Valkiers
  • Opposite: Hendrik Tuerlinckx, Bram Van den Dries
  • Libero: Lowie Stuer, Tim Verstraete
  • Middenspelers: Arno Van de Velde, Pieter Verhees, Simon Van de Voorde
  • Receptie-hoek: Igor Grobelna, Tomas Rousseaux, Seppe Baetens, Matthijs Verhanneman, Sam Deroo (kap).

Het programma van de Red Dragons:

  • Vrijdag 09/08: 16u Nederland – Zuid-Korea; 19u België – USA
  • Zaterdag 10/08: 16u België – Nederland; 19u USA – Zuid-Korea
  • Zondag 11/08: 16u Nederland – USA; 19u Zuid-Korea – België

De andere reeksen:

A: Bulgarije, Brazilië, Egypte, Puerto Rica

C: Italië, Australië, Kameroen, Servië

D: Polen, Frankrijk, Slovenië, Tunesië

E: Rusland, Cuba, Iran, Mexico

F: China, Argentinië, Canada, Finland