Knack Roeselare: “Europese bekermatchen als voorbereiding op play-offs en bekerfinale”

Met meer moeite dan aanvankelijk gedacht, bereikte Knack Roeselare zaterdag opnieuw de bekerfinale. Voor het zesde jaar op rij en met Maaseik als tegenstander op 21 februari in de Lotto Arena in Antwerpen.

Maar zondag zat het West-Vlaamse volleygezelschap alweer in het vliegtuig naar Milaan, gevolgd door een busreis met bestemming Modena, waar vanaf dinsdag de tweede reeks Champions League-wedstrijden afgehaspeld worden. De eerste ronde werd in Roeselare gespeeld, maar het thuisvoordeel – zonder publiek – bleek geen doorslaggevende factor te zijn, want tegen Warschau en Kemerovo werden het 0-3 verliescijfers en alleen tegen Modena kon een punt geboekt worden (2-3).

Hoe kijken coach Steven Vanmedegael en Matthias Verhanneman tegen deze driedaagse aan en tegen andere zware opdrachten in de komende weken?

“Kwalificatie voor een volgende ronde lijkt dus een schier onmogelijke opgave te worden. Wij kunnen die wedstrijden dus zonder veel druk aanvatten en onze huid zo duur mogelijk trachten te verkopen. Maar in de voorbije weken moesten we geregeld twee, drie spelers missen wegens Corona-toestanden. Het is dus afwachten wie er allemaal op niveau kan presteren, ook al trekken we met de volledige kern – dus ook met George Huhmann, twijfelachtig tot het laatste moment – naar Modena. Mogelijk kunnen we ook iedereen spelgelegenheid bieden als laatste voorbereiding op enkele cruciale weken,” blikt de Roeselaarse coach al vooruit.

Wat hebben jullie geleerd uit de vorige confrontatie met Warschau?

Matthias Verhanneman: “Ik moet toegeven dat we meer van die match verwacht hadden, maar Igor Grobelny speelde bij de Polen een hele sterke wedstrijd en hielp ons mee verslaan. Wij lieten tegen hen ook de tweede set liggen (24-26). Hadden we die gewonnen, dan kregen we allicht een heel andere match. Maar als je in een reeks staat met drie kwalitatief sterke ploegen, dan mag je de start niet missen. Wij leerden eruit dat we er direct moeten staan in zulk toernooi. We waren ook dit niveau niet dadelijk gewend, maar we zijn wel gegroeid naarmate het toernooi vorderde. Warschau is natuurlijk een ploeg met een zeer hoog niveau, maar we willen er dinsdag beter tegen presteren.”

Steven Vanmedegael: “Toegegeven, we gaven in die wedstrijd niet thuis. Covid-19 en enkele  privé-probleempjes maakten dat we gewoon slecht presteerden. We kwamen in die match te kort in alle spelonderdelen. Het was natuurlijk ook al lange tijd geleden dat we nog op zulk hoog niveau moesten presteren.”

Dan kwam het Russische Kemerovo…

Verhanneman: “Die ploeg was eigenlijk minder sterk dan we dachten. Ik verwacht dat ze de komende dagen dan ook sterker voor de dag zullen komen. In de heenmatch gingen we vlot mee tijdens de eerste set, om uiteindelijk met 24-26 te verliezen.”

Vanmedegael: “Een eerste set is in dit soort toernooien nog belangrijker dan anders. Het kan bepalend zijn voor de rest van de match of zelfs voor de rest van het toernooi. Maar ook ik had meer van de Russen verwacht.”

Tegen Modena speelden jullie dan weer aardig mee tot in de tiebreak.

Verhanneman: “Volgens mij nochtans de beste ploeg van de drie. En toch zorgden we bijna voor een stunt.”

Vanmedegael: “Net zoals onze andere twee concurrenten toch wel een ploeg met ‘ups-and-downs’. Maar zoals gezegd: we haalden steeds meer ons niveau naarmate het toernooi vorderde.”

Jullie willen allicht tonen dat jullie erbij horen in deze fase van de Champions League. Mogen we nog stuntwerk verwachten?

Verhanneman: “Met al die Corona-toestanden kenden we weer geen optimale voorbereiding. Niet evident om dan te weten waar je ergens staat als ploeg. Want bij de ene speler duurt het langer vooraleer de gevolgen van het virus volledig uit zijn lichaam verdwenen zijn, maar bij anderen gaat dat dan weer vlot. Ikzelf was één van de weinigen, die niet met het virus te kampen kreeg.

Willen we maximaal presteren, dan moeten we gewoon boven ons normale niveau uitstijgen. Wij moeten de opslagdruk hoog houden, want anders zijn we fysiek niet opgewassen tegen die andere ploegen. En minstens even belangrijk: we moeten standhouden in receptie. In België spelen we meestal tegen ploegen met een floatende opslag en tegen hen kunnen we dan ook ons eigen spel beter ontwikkelen.”

Hoe kijkt de coach daar tegenaan?

Vanmedegael: “Ik denk dat zulke Europese bekerwedstrijden de beste voorbereiding vormen voor de komende opdrachten: in de laatste competitiewedstrijd tegen Aalst en de bekerfinale tegen Maaseik.”

Maar vrees je ook niet voor vermoeidheid, als je kort na drie zware wedstrijden en een verplaatsing de confrontatie moet aangaan met Aalst? Die moesten ook al twee dagen na een Europese campagne naar Maaseik voor de heenmatch van de beker!

Vanmedegael: “Het is nooit comfortabel om snel na een reeks Europese matchen opnieuw een Belgische competitiematch te spelen. Maar daarom hebben we ook de datum van onze thuismatch met één dag opgeschoven: we spelen pas op zondagavond om 19 uur de belangrijke wedstrijd tegen Aalst. Eigenlijk is die match veel belangrijker voor Aalst dan voor ons. Zij moeten winnen of ze mogen nog met 3-2 verliezen, willen ze in de top-4 naar het tweede competitiegedeelte gaan. Als ze tegen ons niet één punt halen, dan gaat Haasrode naar de top-4-ronde.”

Verhanneman: “Eigenlijk is deze wedstrijd voor ons van iets minder belang. Wij staan sowieso bij die top-4. Maar kunnen wij met 3-0 of 3-1 winnen, dan eindigen we als eerste van deze ronde en hebben we gewoon een betere kalender. Dat is eigenlijk alles, want in dit nieuwe systeem met vier ploegen die heen- en terugwedstrijden tegen mekaar spelen, start iedereen opnieuw met nul punten.”

Je kan dus eigenlijk zelf die vierde tegenstander ‘kiezen’?

Vanmedegael: “Zo zou ik het niet dadelijk stellen. Beide ploegen, zowel Haasrode als Aalst, hebben hun kwaliteiten en als ze daar staan, verdienen ze ook die plaats bij de top-4. Wij moeten eerder naar onszelf kijken en zorgen dat we met een degelijke prestatie aantonen dat we klaar zijn voor de bekerfinale tegen Maaseik.”

Door al die Corona-toestanden kregen een aantal andere spelers de kans om zich te tonen.

Verhanneman: “En dat hebben ze in de recente weken ook gedaan. Een Desmet heeft ook al meegedaan in onze Europese bekermatchen en in de Belgische topwedstrijden. Het moeilijkste voor een volleybalspeler is de overgang van een goede beloftenspeler naar een vaste waarde in de eerste ploeg. Ik kan erover meepraten. Daarom probeer ik ook die jongens te steunen waar ik kan.”

Betekent die bekerfinale nog steeds iets extra’s voor jou?

Vanmedegael: “Zeker. Wij speelden de laatste zes jaren steeds de finale. Ik eerst als assistent van Emile Rousseaux en de laatste jaren als hoofdcoach. Een zesde beker op rij binnenhalen, wil zeggen dat wij het werk van Emile op een schitterende wijze verder zetten. Daar gaan we voor!”

Jammer dat de competitie vorig seizoen voortijdig afgebroken werd, want samen met jouw ploeggenoot Tuerlinckx zou je anders dicht bij de titel ‘speler van het jaar’ gestaan hebben. Niet?

Verhanneman: “Het was vooral jammer dat de competitie voortijdig stop gezet werd, want we leken vooral in goede doen om opnieuw Belgisch kampioen te worden. Maar ik ben ook tevreden over mijn huidig seizoen. Ik denk dat ik aan een heel stabiel seizoen bezig ben. En ook zulke spelers heeft een ploeg nodig.” (grijnst)

Champions League-wedstrijden van Knack Roeselare:

  • Dinsdag 9 februari: 18u Warschau (met igor Grobelny en coach Anastasi)
  • Woensdag 10 februari: 17u30 Kemerovo
  • Donderdag 11 februari: 18u Modena.

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke