Heeft het Waasland bijzonder vruchtbare volleygrond?

Laura Heyrman, Lise van Hecke, familie Van de Vyver, familie Van Huffel, familie Van Hoyweghen, Kristien Hoorens, Kato Snauwaert, Sam Deroo… Allemaal toppers op volleygebied en allemaal afkomstig uit het Waasland. Zonder afbreuk te doen aan de andere streken in ons land waar de volleysport populair is en waar ook vedetten opstonden, maar bestaat er in het Waasland zoiets als een vruchtbare volleybalgrond?

Dertig, veertig jaar lag hier al het mekka van het volleybal. Volleymagazine sprak erover met Luc Van de Velde en Ludwig Van Hecke, die er toen reeds bij waren en die het volley zagen evolueren, o.a. dankzij hun succesvolle, volleyende kinderen.

Hoe kwam het dat het volleybal in het Waasland zo’n hoge vlucht nam?

Luc: “Er waren de families, waar het volleybal centraal stond. En van daaruit zijn er heel veel toppers gekomen. Bij de opsomming vergeten we waarschijnlijk heel veel namen, want het waren er zo veel. De familie Van Hoyweghen, met opa Paul aan het hoofd en daarna Luc, Dirk en Chris. Kleinzoon Seppe is nu spelverdeler bij Aalst. De familie Heyninck, met Gerrit, Kenny, Kurt en Benny. Die laatste twee speelden zelfs nog voor de nationale ploeg. Hun partners en hun kinderen volleyballen ook. De familie Remon met Dirk, Herman en Jan. Dan mogen we zeker de familie Van Huffel niet vergeten. Vader Roger gaf zowat elke dag training in het college van Sint-Niklaas. We spreken over de jaren zeventig, tachtig hé. Zijn zonen Filip (ex-Kruikenburg, Torhout, Maaseik, Menen) en Jan (ook Kruikenburg en Torhout, ex-trainer Marke-Webis, nu coach Caruur Gent) kregen vanzelfsprekend de volleybalmicrobe mee. In Sint-Niklaas stond de wieg van het volleybal, daar lag de bron. Ze wonnen jarenlang de ‘Kardinaalsbeker’, ze gingen naar de ‘Fisec Spelen’ en ze zorgden voor veel volleybalenthousiasme.”

Ludwig: “We volleybalden zelf en we zijn dan later getrouwd met topspeelsters die indertijd bij Temse volleybalden. Luc met Kristien Hoorens (papa en mama van Robbe, Lindemans Aalst) en ikzelf met Lieve Van De Velde (papa en mama van Lise, Monza Italië). En uit het eerste huwelijk van Luc met Helga Van Put mogen we Bram en Lien niet vergeten. Er werden flink wat volleybaltalenten geboren in onze streek. Kato Snauwaert en Julien Van de Vyver zijn de ouders van Ilka en Jutta, beiden spelverdeelster bij de Yellow Tigers. Enkelen maakten deel uit van de gouden generatie (Youth Olympics, Europees kampioen U18) met een grote inbreng vanuit het Waasland: Laura Heyrman, Lise Van Hecke, Ilka Van de Vyver. Allemaal zijn zij tot de internationale top doorgestoten.”

Er waren niet alleen de families, maar er waren ook de clubs in de driehoek Temse, Sint-Niklaas, Kruibeke.

Luc: “Ik was eerst een handballer, pas halfweg de jaren zeventig ben ik overgestapt naar het volleybal. Ik mocht mee naar het WK met het Belgisch leger en onze begeleiders en coaches waren Werner Callebout, Vic Ernon en Chris Defauw. Een prachtige ervaring en zo was ik gelanceerd. Ik ging eerst bij Hades volleyballen en Ludwig, eigenlijk uit Burcht, is beginnen trainen bij Pardaf. Toen speelden die nog niet in competitie. Hij kwam snel bij Constructam Temse terecht. Gouden tijden.”

Ludwig: “Elk dorp of elke stad in de streek bezat meer dan één volleybalclub. In Temse was er de rivaliteit tussen Hades en VC Temse, Hades fusioneerde daarna met Sint-Niklaas. Dan had je nog de Sint-Niklase en Rapid en in Kruibeke was het een jaarlijkse strijd tussen Pardaf en Vitesse. Dat waren heroïsche confrontaties. Overal – in Sint-Niklaas, Temse of Kruibeke – kwam daar een massa volk op af. We durven het in coronatijden amper vertellen, maar de tribunes zaten telkens propvol. Later kwam daar PNV Waasland uit, daar konden we ook naartoe toen Temse failliet ging. We zijn dan met zes man naar Vitesse gegaan en een beetje later zijn we allemaal op hetzelfde moment gestopt. Dat hing zo goed aaneen. Veel later bleef alleen nog Gimme Waasland over. Maar het volleybal leeft nog. Onze Niels levert momenteel fantastisch werk bij VC Temse.

Die sfeer van vroeger is nog blijven hangen. Vorig jaar speelde Robbe Van de Velde met de volleybalschool van Vilvoorde een competitiewedstrijd in sporthal De Dulpop van Bazel, een deelgemeente van Kruibeke. Een groot deel van de supporters van vroeger zag je  – een beetje grijzer maar nog zeer energiek – terug op de tribune. Bij Gimme wisten ze niet wat er gebeurde. Het was jarenlang geleden dat ze nog zo veel volk zagen. De volleybaltalenten blijven zich verzamelen in de streek. Vergeet niet dat ook Jurgen en Jeroen De Beleyr, Filip Van den Eeckhout, Dominique Pincè, Lowie Stuer en ook de huidige kapitein van de Red Dragons, Sam Deroo, in het Waasland opgroeiden.”

Jullie bleven in het volleybal actief?

Luc: “Als kinesist heb ik alleen een tiental jaren lang meegewerkt aan het prestigieus toernooi van de Witte Molen. We moeten stoppen met namen op te noemen van volleyballers uit het Waasland, want we vergeten er te veel. Dan kunnen we bladzijden vol krabbelen. Ook over de anekdotes van dat internationaal toernooi kunnen we een boek schrijven. Dat waren jaarlijkse hoogtepunten voor het Waasland. Iedere keer rond Kerstmis brachten Marc Pincé en zijn team de wereldtop naar Sint-Niklaas. Ik herinner me vooral de Cubanen. Die hebben hier vijf weken lang in een klein hotelletje gezeten en in verschillende sporthallen uit de streek getraind om het WK in Athene voor te bereiden. Wij hebben ze wekenlang als kinesitherapeut op onze massagetafels gehad. Diago, de broers Hernandez, Despaigne, allemaal zaten ze uren in onze praktijk. Dat zijn memorabele momenten. Dat vergeet je nooit.”

Ludwig: “Mijn overburen hadden een garage. De Cubanen ruilden hun wereldbefaamde sigaren en rum voor auto-onderdelen. En de Russen hadden – wanneer zij naar de Witte Molen kwamen – steeds kaviaar en wodka bij zich. Ieder jaar had zijn eigen verhaal. Ik ben wel in het volleybal gebleven. Ik was jarenlang kinesist bij de vrouwenploeg van Temse. Mooie tijd ook, met veel successen en prachtige herinneringen.”

Hoe zie je het volleybal evolueren?

Luc: “De tijden veranderen, dat is niet meer te vergelijken. De ontwikkeling is gigantisch. Vroeger had je Jef Mol of Wout Wijsmans die in het buitenland gingen spelen. Of Nancy Celis, Virginie De Carne en Frauke Dirickx bij de vrouwen. Nu wordt iedereen in de topsportschool klaargestoomd om een internationale carrière uit te bouwen. De benadering en de opleiding zijn totaal anders.”

Ludwig: “Volleybal op topniveau draait om geld. Dat bestond in onze tijd nog niet. Het succes van de nationale ploegen moet je niet onderschatten. Toch vind ik dat het volleybal in België wordt ondergewaardeerd. Wout Wijsmans – partner van ons Lise – is een held in Italië, hier is dat veel minder. Hopelijk zal dat ook veranderen, want er zijn veel Belgische toppers actief over de grenzen.”

Tekst: Walter Vereeck

Foto’s: Bart Vandenbroucke