Hermes-coach Koen Devos: “Mijn debuut in vrouwenvolley anders voorgesteld”

De compleet gemiste start van de volleybalcompetitie bij de vrouwen voelt aan als een tikkende tijdbom. Zal er dit seizoen nog ‘normaal’ gevolleybald worden en zo ja, hoe gaat dat allemaal gebeuren?

Twee visies stonden lijnrecht tegenover elkaar. Er waren aanvankelijk vier teams die hun opleidingsproject wilden verder zetten. Twee maanden stilliggen is voor Asterix Avo, VC Oudegem, VDK Gent en Tchalou geen optie. Deze clubs en tal van vrijwilligers doen enorme inspanningen om de strenge protocollen – goedgekeurd door de sportministers – toe te passen. Daartegenover stonden Limburg Volley, Antwerp Volley, Oostende, Michelbeke en Charleroi die het onverantwoord vonden om in deze risicovolle tijden te volleyballen.

De gezondheid en de veiligheid kwam te veel in het gedrang, vonden ze.

Bij hen bleken daarbij vooral te veel organisatorische en financiële obstakels in de weg te liggen. Maar in laatste instantie bleek Charleroi toch te willen spelen, maar dan voorlopig enkel op verplaatsing.

We zitten – jammer genoeg – in dit vreselijk coronatijdperk. De tegenstander is voortaan niet zo maar iemand die aan de andere kant van het net staat. Het is plots een potentiële bedreiging voor jouw gezondheid, omdat hij of zij in een andere bubbel zit. Het wispelturig karakter van dat rotvirus zorgt voor wantrouwen en een onaangenaam gevoel van schijnveiligheid. De vijf clubs die nu starten, willen dat allemaal doorbreken met een uiterst strikte aanpak. Ze kiezen bewust voor de sportieve ontwikkeling van de speelsters. Met sneltesten en een strenge bewaking van de gezondheid moet dat lukken, beweren ze.

Het wordt dus een ‘volleybaljaar’ – what’s in a name – in twee delen. Het wordt een mentaal roulettespelletje. Russische roulette, waarbij een ‘coronakogel’ wel eens op de verkeerde plaats zou kunnen zitten. Beeld je maar in. Eerst twee maanden alles opzij leggen en intensief voorbereiden op het seizoen. Dan de start van de competitie tot vier maal toe uitgesteld zien, om dan bij vier clubs te moeten horen dat men er pas na Nieuwjaar aan begint. Terwijl men reeds vanaf maart geen officiële match meer gespeeld heeft. Concreet betekent het dat speelsters in 2020 maar drie maanden competitievolleybal achter de rug hebben. Januari, februari, maart, that’s it ! Dat zijn geen toestanden waar je vrolijk van wordt. Dit zijn geen ideale of motiverende omstandigheden om jouw passie uit te voeren. Want tenslotte is de hartstocht voor deze geweldige sport voor elke trainer en speelster toch de drijfveer om op het hoogste niveau te volleyballen. Onze Waalse vrienden spraken reeds van ‘la saison blanche’.

Iedereen snakt naar boeiende wedstrijden, met sfeer en ambiance.

Sporthallen zouden eigenlijk geen burchten mogen zijn waar iedereen de pijltjes moet volgen. Ze moeten een open plek zijn waar iedereen uitgenodigd wordt om gezond te bewegen. Inclusief mét douchen in de kleedkamer en gezellig napraten in de cafetaria. De ernst van het virus wordt door geen enkele ploeg onderschat. Het gaat om keuzes maken, het gaat om de perceptie hoe men de problemen aanpakt. Het gaat om de sport en de permanente begeleiding van de speelsters. En die benadering verschilt dus blijkbaar bij een aantal teams. We respecteren elke beslissing en we hebben begrip voor elke aanpak van het probleem. Maar het vrouwenvolleybal wordt diep in het hart geraakt.

Covid-19 tast volgens wetenschappelijk onderzoek hersenen en longen aan. Oxytocine (het knuffelhormoon) en adrenaline (het hormoon dat zorgt voor een kick en voor alertheid) voel je in jouw hele lijf. Net dàt heeft iedereen nodig, net dààrom starten de vijf Ligaploegen eindelijk met grote gretigheid en met volle moed. Alle volleyballiefhebbers wensen dat de sneltesten en het perfecte stappenplan – van laag-risicocontact tot hoog-risicocontact – zullen zegevieren. Men hoopt dat niet alleen, men rekent daar op. En waarom niet, wanneer de curve terug afgeplat is – als opvolging van de populaire ‘masked singer’ – met zo veel mogelijk ‘masked supporters’. En dan om 23 uur (hopelijk is men dan niet aan de vijfde set bezig) iedereen recht naar huis. Iedereen hoopt hartstochtelijk dat er een volwassen oplossing komt en dat de andere vier teams in januari 2021 probleemloos kunnen aanpikken zodat de volleybalcompetitie opnieuw een normaal verloop krijgt.

Nieuwe trainer-coach in het vrouwenvolleybal analyseert drie vaststellingen

Voor één trainer-coach worden de volgende maanden nog specialer. Koen Devos – gelauwerd als een erg degelijke trainer in de mannenafdelingen – start bij Hermes Rekkenshop Oostende aan een nieuw hoofdstuk van zijn coachcarrière. We leggen hem drie opvallende vaststellingen voor.

De eerste opmerkelijke vaststelling is dat de Liga A bij de vrouwen dit jaar negen teams telt. Normaal zou er elk weekend een ploeg in de wachtkamer moeten staan. Dat wordt nu helemaal overhoop gegooid. We horen geruchten dat na Nieuwjaar dubbele weekends zouden afgewerkt worden of dat er driehoekstoernooien zouden georganiseerd worden. Voorlopig zijn er nog geen play-offs gepland. Na deze bizarre start durven we niet meer op de feiten vooruitlopen. Maar het einde van de competitie blijft sowieso 18 april.

“Negen ploegen, dat is bijzonder raar, omdat er telkens een team ‘bye’ is”, merkt Koen Devos op. “Driehoekstoernooien na Nieuwjaar lossen dit merkwaardig aantal niet op. We weten goed genoeg hoe zo’n toernooi verloopt. Speel je de eerste en de tweede match, dan is dat nog te verantwoorden. Speel je de eerste en de derde match is het al minder leuk en dat geldt ook voor de situatie wanneer je de tweede en de derde match moet afwerken. Eigenlijk waren alle speelsters en ik ook bereid om verder te doen. Nu heb ik eind oktober iedereen – cynisch – een vrolijk kerstfeest en een gelukkig Nieuwjaar moeten wensen, want wie weet zie ik ze dit jaar niet meer terug. Dat is erg jammer. De eerste wedstrijden waren reeds minutieus voorbereid. De scouting en de wedstrijdplanning blijven ‘on hold’ in de computer zitten.”

“De buitenlandse speelsters zijn terug naar hun land, tenzij ze hier in België verblijven. Basia Zakoscienlna bijvoorbeeld is naar Polen teruggekeerd. Zij is de enige die full-time met volleybal bezig is, zij is de enige die ervan moet leven. Ik hoop dat zij geen aanbieding krijgt in haar land, of in Zwitserland of ergens anders. Want dan vrees ik dat we ze kwijt zijn. Zij is heel graag bij ons, maar ik zou het kunnen begrijpen, wanneer zij andere kansen zou grijpen. Iedere maandag hebben we via video-calls contact met elkaar. ‘Maandagzoomen’ is in onze groep een vast begrip geworden. Alle speelsters worden dan begeleid met een work-out, zodat we – wanneer we terug mogen starten – niet koud en fysiek onvoorbereid aan de competitiestart 2.0 (of is het al 3.0) mogen beginnen. Het is allemaal zo onvoorspelbaar en dat maakt het moeilijk omdat – zelfs wanneer er een nieuwe competitieformule voorgesteld wordt – alles blijkbaar tot discussies leidt. Het zorgt voor stevige, niet te onderschatten mentale druk. Mijn debuut in de Liga A had ik mij helemaal anders voorgesteld.”

Tweede vaststelling: alleen Asterix Avo Beveren heeft ervoor gekozen om de CEV Cup af te werken. Alle andere teams die in aanmerking kwamen om Europees te spelen, hebben – opnieuw wegens te groot risico voor de gezondheid – afgezegd. Tent Obrenovac (Servië) verloor het Champions League-duel tegen Savino Del Bene Scandicci (Italië) en dus ontmoeten de Servische kampioenen de ploeg uit Beveren in de 1/16 finales van de CEV Cup. Na onderhandelingen tussen beide teams werd besloten om de twee wedstrijden – heen en terug – in Servië te organiseren op 11 en 12 november. Asterix Avo wou het jubileumjaar niet zomaar laten voorbijgaan: 25 deelnames aan een Europese beker. Dat is – zacht uitgedrukt – heel bijzonder. Er mogen echter geen supporters mee om dat te vieren.

“Er waren massa’s onduidelijkheden en te veel onzekere richtlijnen voor die Europese wedstrijden”, verduidelijkt de West-Vlaamse trainer. “Iedereen mocht wel op hetzelfde terrein volleyballen, maar moest wel apart slapen. Dus moet je vijftien hotelkamers reserveren in plaats van negen of tien. De internationale verplaatsingen werden ook streng gelimiteerd. Tijdens de voorbereiding hebben we het ondervonden. Nederland kleurde oranje-rood en Frankrijk was helemaal rood en toen was er nog geen sprake van de avondklok of een lockdown. Vele oefenwedstrijden werden daardoor geschrapt. Het Europese avontuur zorgde, ook op financieel gebied en in verband met het welbehagen en de veiligheid van iedereen in en rond het team, voor te grote risico’s. Op de duur ben je zelfs bang om tegen een andere coach of een speelster van de tegenpartij te praten.”

Derde vaststelling: er zijn grote wijzigingen bij de samenstelling van de verschillende ploegen. Het zou voor een erg aantrekkelijke vrouwencompetitie kunnen zorgen, want zowat alle teams zijn versterkt. De lijst met de voornaamste transfers is imponerend.

  • We beginnen in Wallonië met Tchalou. Die zijn completer dan vorig jaar met een buitenlandse spelverdeelster Karpinska en Topor uit Kroatië als opposite.
  • Charleroi is zoals ieder jaar erg internationaal getint, maar ze plukten tegelijkertijd de talentvolle Belgische setter Oriane Moulin bij Tchalou weg. Het middencompartiment is danig versterkt met de Bulgaarse internationaal Krivochiyska. Rutarova uit Tsjechië neemt even een ‘sabbatical’. De Waalse ploeg verving haar meteen met de Frans-Kameroense Sherilyn Bashorun. Met Tea Juric uit Kroatië hebben ze een krachtige opposite gevonden. En ze rekruteerden ook de 17-jarige Anastasija Zecevic.
  • Asterix Avo is in Antwerpen gaan shoppen. Niet op de Meir maar wel bij de Antwerp Ladies. Britt Ruysschaert, Linde Hervent en Eline Van Elsen steken de Schelde over en komen van dé ploeg van ’t stad naar de Beverse club. Trainer-coach Kris Vansnick weet erg goed hoe hij een team voor topconfrontaties moet klaarstomen.
  • Interfreight Volley Antwerp heeft met Sarah Cools, Jitse Verbinnen, Caitlin Van de Perre en Anouk Van Bouwel vier bijzonder knappe transfers gerealiseerd. Dat Cristina Moga aan een team kan bouwen, heeft ze reeds bewezen.
  • Jaraco As-Tongeren zocht het over de grens. De Hollandse meiden Kirsten Bröring – vorig jaar beste midblok bij onze noorderburen – en Nova Maring – fysiek erg sterk – zorgen voor nog meer lengte en Nederlandse branie. Trainer-coach Julien Van de Vyver wil opnieuw in Limburg een kampioenenploeg maken.
  • VDK Gent, met de teruggekeerde Stijn Morand aan het sportieve roer, scoort hoog met de komst van Julie Smeets, Els Vandesteene en Janne Devos. Good old (sorry Anke) Allemeersch vervangt Sarah Vermote, want de jonge spelverdeelster besloot om te stoppen. Assistent-trainer Yorick Vande Velde verhuist op zijn beurt naar Asterix Avo, waar hij Raf Vekemans zal vervangen.
  • Hermes Rekkenshop Oostende is helemaal vernieuwd en zij verwelkomen maar liefst negen nieuwe speelsters Nobel, Zwaanswijk, Baasdam, Misojcic, Vanden Berghe, Gesquiere, Jacquemyn, Vandewalle en – niet onbelangrijk – spelverdeelster Yana De Leeuw. Bij de kustploeg zal Koen Devos, als nieuwe man aan het sportieve roer, zonder twijfel voor verse impulsen zorgen.
  • Saturnus Michelbeke wordt versterkt met Louka Maertens, Nel Sercu, Kaatje Masschaele, Coline Coessens en Anke Waelkens. Reken de belangrijkste speelsters van vorig jaar daarbij en dan weet iedereen dat coach Frankart voor elke positie een oplossing heeft.
  • VC Oudegem zag Yasmine Vleminck afhaken maar realiseerde twee toptransfers met Amber De Tant en Nina Coolman. Wanneer de ploeg van Fien Callens blessurevrij blijft, kan Oudegem voor heel wat weerwerk – misschien wel voor de verrassing – zorgen.

“Dat is inderdaad een indrukwekkende opsomming”, beseft Koen Devos. “Ik kan geen echte titelkandidaat aanduiden. Zelfs Tchalou heeft een sterk team bij elkaar gekregen, dat merkten we tijdens de oefensessies. Verschillende ploegen kunnen voor de topposities spelen, maar er zijn ook teams die als stevige stoorzender zullen fungeren. Er zijn voorlopig nog maar twee matchen gespeeld, het lijkt met al die commotie wel een eeuwigheid geleden. Die twee duels kunnen reeds als waarschuwingssignaal en als referentiepunt dienen. Ik kan geen vergelijking maken met vorig seizoen, want toen was ik nog actief bij de mannen van Rembert Torhout.”

“Mijn ploeg bij Hermes Oostende is trouwens ook volledig vernieuwd”, analyseert de West-Vlaamse trainer-coach. “De twee verschillende jaargangen tegenover elkaar plaatsen is dus zinloos, want er is te veel gewijzigd bij de kustploeg. Dit is mijn eerste jaar in het vrouwenvolleybal. Ik ken de voorgeschiedenis van al die ploegen niet. Ik beschouw dat als een voordeel. Hoe het verder zal verlopen, is nu helemaal onduidelijk met de verschillende competitieformules. Maar dit jaar is elke situatie nieuw voor mij. Het gaat er totaal anders aan toe in het vrouwenwereldje. Ik ben erop voorbereid om al die wijzigingen op te vangen. Ik weet wel dat we een goed uitgebalanceerd geheel hebben bij Oostende. Misschien worden we in een rol als underdog geduwd. Maar onze brede kern – elke speelster toonde reeds haar waarde – spreekt ongetwijfeld in ons voordeel. Er zijn meer teams die het wegvallen van een basisspeelster minder sterk kunnen opvangen, vermoed ik. Net dàt kan onze winstkansen vergroten.”

Meer titelkandidaten

Wanneer je het overzicht aandachtig bestudeert, kan je in feite niet anders dan vaststellen dat er verschillende titelkandidaten zijn. Vorig jaar was er al een millimetersprint op het einde van de competitie. De play-offs konden wegens de gekende redenen niet starten, maar dat het een spannende titelstrijd kon worden, daar was iedereen van overtuigd. Iedereen uit de topvier kon kampioen worden. Dit jaar worden de onderlinge krachtmetingen nog heviger, nog intenser.

Naast de play-off-finalisten van vorig jaar (Asterix Avo, Limburg volley, VDK Gent en Hermes Oostende, red.) komen Oudegem en Charleroi dit seizoen ongetwijfeld een hartig woordje meepraten in het titeldebat. Dat zijn zes kanshebbers. Iedereen bij Antwerpen, Michelbeke of Tchalou zal ons nu waarschijnlijk tegenspreken. Het is echter onmogelijk om alle Ligaploegen als titelkandidaat aan te duiden. Of dat terecht is, zal de toekomst uitwijzen, maar de geladenheid en de opwinding is alvast groot. Dit jaar kan iedereen van elke ploeg winnen, maar ook verliezen. Zullen de onderlinge confrontaties tussen de favorieten de doorslag geven of wordt de titel uitgereikt nadat één van de topploegen een steekje laat vallen tegen een lager geklasseerd team?

“Ik denk dat de onderlinge duels voor het verschil zullen zorgen”, voorspelt Koen Devos. “Een mindere dag wordt zonder twijfel afgestraft. Er zijn niet zo veel ploegen in de Liga A, dus er zijn maar weinig gelegenheden om een misstap goed te maken. Wanneer je een thuiswedstrijd niet met een zege kunt afsluiten, moet je al twee uitwedstrijden tegen de rechtstreekse concurrenten winnen om het puntenverlies te compenseren. Dat zorgt voor wekelijkse druk. Met het oog op het eindklassement zullen de confrontaties tussen de topploegen ongetwijfeld een cruciale rol spelen. Ik denk dat elk team in staat is om de titelambities van de anderen grondig te verstoren. En dan moeten we maar hopen dat de competitie – onder welke vorm dan ook – helemaal uitgespeeld wordt en de play-offs wel zullen afgewerkt worden. Ik heb ook al gemerkt dat de middenposities bij alle Ligaploegen erg sterk zijn. Werkelijk ieder team heeft geweldige middenspeelsters. Dat zal elke week voor extra spankracht en voor hoogstaande duels zorgen. Misschien wordt dat wel de doorslaggevende factor. Misschien is dat het extra pigment dat over winst of verlies zal beslissen.”

Dit weekeinde dus: Asterix Avo – VDK Gent; Tchalou – Oudegem; Charleroi bye.

Tekst: Walter Vereeck

Foto’s: Bart Vandenbroucke