Tomas Rousseaux: van de champagne naar de modder

 

Tomas Rousseaux (25) werd op de Volley Proms in Oostende verkozen tot beste Red Dragon in het buitenland. Een hele eer. Niet echt verwacht, maar heel welkom voor de jonge klepper uit Oetingen (Gooik). Het leven lacht hem toe. De volleybalsport ook.

Zoon van zijne eminentie Emile Rousseaux en van Karin Wallyn, top bij Saco Halle en later bij het fabuleuze Herentals. Als Tomas’ zus Hélène een contractverlenging kan bekomen bij het Poolse Resovia Rzeszow, dan wordt het helemaal leuk. Ze kampte lang met een knieblessure. Maar ze heeft sterke play-offs gespeeld. Ook Tomas gaat weldra in Oost-Polen bij Rzeszow spelen. “Heel gemakkelijk voor mijn ouders, mijn Amerikaanse vriendin Brienne en ook voor Arno Van de Velde, de vriend van Hélène. Ze kunnen met dezelfde ‘vlieger’ op bezoek komen.”

Voor de eeuwig goedlachse optimist Tomas Rousseaux schijnt altijd de zon. Het glas is altijd half vol, nooit half leeg. Een verademing in sombere tijden. Altijd goed gemutst, heel vriendelijk, ook heel communicatief. Kortom de ideale schoonzoon.

Waar is het ooit begonnen voor jou?

“Ik startte mijn opleiding bij Grivok Grimbergen, met een vervolg bij Kruikenburg Ternat. “Ik had geluk: pa trainde Grivok, Jan De Brandt zat bij Kruikenburg. En Swa Depelchin was als begeleidende topper in de jeugdopleiding een welgekomen keiharde werker. Ik heb veel aan ‘de Swa’ te danken. En het grappige is dat pa (nu bondscoach vrouwen van Frankrijk) en Jan (bondscoach vrouwen van Hongarije) elkaar bekampen in de Golden European League. De wereld is soms heel klein. Voor pa is die League een nieuwe challenge na zijn lange en fantastische glorieperiode bij Knack Roeselare.”

Je trok na de volleybalschool in Vilvoorde ook naar Knack Roeselare.

“Toch graag eerst een volgende piek vermelden: ik haalde met coach Steven Vanmedegael brons op het EK voor junioren in het Poolse Gdansk. De stap vervolgens naar Knack Roeselare was het begin van een heel prettig avontuur. Ik ging normaal transfereren naar Maaseik of Antwerpen. Ik was al ver gevorderd in de onderhandelingen met Brecht Van Kerckhove, toen trainer bij het Limburgse topteam. Maar pa wilde me absoluut erbij in zijn Knack-team. Het was op de keper beschouwd ietsje interessanter qua speelkansen. En ik belandde in het gezelschap van Tuerlinckx, Van Hirtum, Dejonckheere, Claes, de Duitser Dirk Westphal, de Libanees Alain Saade, ook Pieter Coolman en toekomstige zwager Arno Van de Velde. Een kweekvijver van toptalent.”

Je speelt momenteel al een tijdje in het buitenland?

“Ik heb al een hele weg afgelegd over de grenzen heen. Dat is waar. Terwijl Arno die stap nu voor het eerst zet. Hij trekt met Lowie Stuer naar het Franse Zuiden bij Arago de Sète. Een heel mooie omgeving. Ook met goede temperaturen. Ik ken slechtere plaatsen om te vertoeven. Hij zal wel moeten pendelen: stel dat Hélène nog mag doorgaan in Rzeszow na haar bronzen plak tegen Chemik Police in het kampioenschap.”

Met Roeselare haalde je spraakmakende resultaten?

“Drie jaren Roeselare leverden me drie titels op. Heel fijn. De beker tegen Antwerpen in de Lotto Arena ging helaas verloren: 2-3. In mijn eerste seizoen werd ik verkozen tot ‘Rookie van het jaar’, pa werd ‘Coach van het jaar’ en Hendrik Tuerlinckx ‘Speler van het jaar’. Goed geboerd van de Knackies. We palmden alle prijzen in.”

En dan lonkte het Italiaanse Monza?

“Ja, zeer leuk als zo’n aanbieding je overvalt. Dan moet je niet lang nadenken. Monza is een mooie stad op twintig minuten van Milaan. Ik had er Pieter Verhees als ploegmakker. De eerste helft van het seizoen verliep prima. Maar de coach verloor de ‘derby der derby’s tegen Padova en werd ontslagen. Een foute beslissing. Plots ging het bergaf. Ik eindigde persoonlijk ook in mineur: de laatste maand gekweld door een scheur in de buikspieren. Zeer onaangenaam. Maar al bij al kijk ik toch terug op een toffe ervaring.”

En dan kruiste volleybalicoon Heynen jouw weg?

“Vital Heynen werd aangesteld tot bondscoach na de schitterende periode onder Dominique Baeyens. Vital polste mij voor de Duitse topclub VfB Friedrichshafen. Voor één jaar. Ik heb toegehapt. Logisch hé. Het werd ook weer een zeer mooie ervaring. We wonnen de Duitse Supercup en de Duitse beker tegen de eeuwige rivaal RVV Berlijn. Vergelijk die strijd met de zware veldslagen tussen Roeselare en Maaseik. Maar het blijkt nu achteraf dat Vital moet afscheid nemen van de Bundesliga zonder een landstitel. Hij verlegt zijn focus volledig naar de Poolse nationale ploeg, die hij naar de wereldtitel leidde.”

Van VfB Friedrichshafen ging het voor jou naar Olsztyn in het noorden van Polen.

“Yep, Robbert Andringa (ex-Lennik) zat daar ook. En ik kon er werken met de Italiaanse topcoach Roberto Santilli. We hadden faam gemaakt met de Red Dragons via een sterk EK met de vierde plaats na 3-2-verlies tegen Servië. We waren keihard dicht bij brons. Maar helaas. Het lukte niet. Oké, Olsztyn dus. De stad zag er wel vrij grauw uit in de koude Poolse winter. En nog een nadeel: het was tweeëneenhalf uur rijden naar de hypermoderne luchthaven ‘Frederic Chopin’ van Warschau. De compensatie kwam voor mij in een heel goeie zomer met de World League. Weet je: ik kon me ook ontwikkelen als ‘ploegspeler’, een rol die me ligt. We hadden dan toch succes als groep. En ja, een leidersrol is zeker geknipt op mijn maat. Ook nu ik al ietsje ouder word. Het zit in mijn natuur dat ik altijd een grote positieve energie uitstraal. En die wil ik overdragen op het team.”

Je maakte daarna de overstap naar Katowice.

“Ja, Gert Van Walle was er eerder aan de slag. Ik vond het een prima locatie. We hadden er het EK gespeeld. Zus Hélène zat ietsje dichterbij. Dus was dat iets meer praktisch.”

Toch verlaat je de club, terwijl Sam Deroo Kedzierzyn trouw blijft.

“Sam heeft met Zaksa Kedzierzyn, ook na een blessure, een onwaarschijnlijke prestatie neergezet. Hij heeft er fijn gezelschap van zijn echtgenote en zoontje Bas. Hij zit daar heel goed met de Fransman Toniutti aan de pass. Zaksa werd kampioen voor Warschau en Jastrzebski Wegiel. Wij werden achtste. Ach, Katowice speelt nog niet zo lang aan de top in de Plus Liga. We stonden heel lang vierde. Maar we vielen toch buiten de top zes voor de play-offs. Het was allemaal heel close. Maar we verloren de beslissende matchen met twee keer 3-1 tegen Belchatow en Jastrzebski. Gevolg: de leegloop bij Katowice. Het zit nu zo in elkaar dat coach Piotr Gruzka, een legende in Polen, overstapt naar Resovia Rzeszow en hij wilde me absoluut naar dat team halen. Ja, ik heb dus een uitstekende connectie met Gruzka. Ik speel ook heel graag in Polen. Hier ben je gewaardeerd als echte topsporter. In België is dat toch anders.”

Het leven in Polen bevalt je dus?

“Ja, voor veel mensen is Polen het land van veel soep en nog meer patatten. Maar dat is een vertekend beeld. Bovendien: ik sta graag aan het fornuis. Ik eet vrijwel altijd vegetarisch. Ik let enorm op mijn voeding. Dat maakt deel uit van mijn leefpatroon.”

Je moet wel vrij lang je Amerikaanse vriendin missen?

“Ja, dat klopt. Brienne is uit North Carolina. Ik leerde haar kennen in Australië. Een echte ‘coup de foudre’. We zijn twee jaar samen. Zij werkt in de cultuursector: ballet en moderne dans. Maar momenteel is ze bezig voor een reisagentschap in Egypte. Ze kwam graag in Katowice op bezoek. Weldra reis ik haar voor een vakantie achterna. Ze speelt geen volleybal, dat is voor mij zeker geen must. Contact met een andere sector is ook interessant.”

Je doet niet mee in de Golden European League, wel in de andere twee campagnes.

“Ja, dat is zo afgesproken met de bondscoach. Ik heb enige rust nodig. Ook om examens te maken, ‘event management’ via het afstandsonderwijs van Vives. Ik prijs me gelukkig dat zoiets bestaat. Ik maak examens per PC, schriftelijk en ook mondeling via Skype. En je moet dan een aantal camera’s installeren, voor en achter je, zodat spieken is uitgesloten. Ik wil een diploma achter de hand houden. In de olympische kwalificatie in Rotterdam is het wellicht meteen erop of eronder tegen topfavoriet USA. We moeten tegen de Amerikanen beginnen. Ook Nederland is geen zacht eitje om te pellen. Dan is er het EK: vrij onvoorspelbaar. Maar eerst neem ik rust. Ik trek in juni naar mijn vriendin Brienne in Egypte aan de Rode Zee. Op 1 juli hervat ik dan de trainingen met de Dragons.”

Ben je gecharmeerd door die verkiezing tot ‘beste Red Dragon’ in het buitenland?

“Zeer zeker. Ik tipte op Kevin Klinkenberg: titel en beker in Turkije met Fenerbahçe en op Sam Deroo, kampioen ondanks zijn aanslepende kuitblessure. Hij heeft toch weer de Poolse titel gepakt. Dat is niet niks. Anderzijds: ik heb een heel stabiel seizoen gespeeld. Zeker in tien matchen maakte ik zowat twintig punten. Ik was in het team prominent zeer aanwezig. Ik voelde me ook heel goed in de aanvallende patronen met de spelverdeler. En de leidersrol bij Katowice is me wonderwel bevallen.”

Pa en ma, zus Hélène en oudere broer Gilles zullen heel tevreden zijn?

“Ja, Gilles (30) heeft nog ooit gespeeld onder de hoede van trainer-pa bij Guibertin. Hij is nu brandweerman in Antwerpen. Pa heeft mij ook getraind. Hélène nog niet. Dat is misschien nog een late uitdaging, haha. De drie kinderen onder zijn vleugels. Natuurlijk is pa altijd harder voor zijn eigen kinderen dan voor anderen. Dat moet je erbij pakken. Los van dat feit durf ik stellen dat papa de beste trainer is in België en ook hoort bij de top in Europa en de wereld. Ik heb met hem een heel goeie band.”

Je gaat een eigendom proberen te kopen in Brussel? Heel vooruitziend op je 25ste.

“Ja, in een nieuwe buurt, niet zo ver van het Noordstation. Brussel trekt me aan. Mijn mama geeft er les L.O., pa heeft ook nog enkele uren professoraat in Dilbeek en zelf ben ik er ook op school geweest. Mijn vrienden komen vooral uit het Brusselse. En ik wil geen gekke dingen doen, maar mijn geld investeren voor de toekomst.”

Laatste vraagje: de gemiste licentie in de vijfde finale van Roeselare (2-3) tegen Maaseik? Wat een soap…

“De hele evolutie was niet geweldig voor mij. Ik werd plots in die problematiek gesmeten. Je speelt, je speelt niet, je speelt wel, dan uiteindelijk je speelt niet. Wegens een te laat toegekomen licentie. Ik wilde Arno en de andere jongens zeker helpen. Steven had me gebeld: zie je het zitten om ons te depanneren. Dan kwam Dirk Specenier plots in de kleedkamer – ik zat al in mijn spelersplunje – een njet uitspreken. Hoewel er een uitspraak pro was in kort geding. Tja, één rotzooi hé. En …. heel wat minder, zelfs erg wrang, was de hele hoop vreselijke ‘bagger’ die ik op de (anti)-sociale media over me heen heb gekregen. Dat verdient niemand. Niet zo mooi. Echt niet. Ik doe trouwens achteraf ‘chapeau’ voor het weerwerk van de 19-jarge Stijn Desmet. Hij wordt over een paar jaar een topper in volle bloei, zoals ik dat was op mijn achttiende bij Knack. Ik wil hem gerust raad geven.”

Tekst: Leo Peeters

Foto’s: Bart Vandenbroucke