Geen Belgische ploegen meer in de kwartfinales van de Champions League. Lindemans Aalst schakelde al vroeg over naar de CEV Cup. Knack Roeselare en Greenyard Maaseik wonnen twee van hun zes wedstrijden in hun poule. Niet genoeg om zich met zes puntjes te scharen bij de top-8.
Knack en Greenyard hesen zich als derde in hun reeks wel bij de top-15. Een klein huzarenstuk, gekoppeld aan de eisen van modern topvolleybal. Hamvraag is: op welk vlak schieten de Belgische toppers te kort? Uit ons ruim bronnenonderzoek bij onze nationale top-3 kwamen vijf parameters naar voren. We groeperen ze een beetje onder de letter M: de M van Money, Mensen, Macht, Management en Mazzel. Al spelen nog meer factoren een rol. Waarom heeft ook Anderlecht niet meer de ‘grandeur’ van weleer. Het antwoord is een heel complexe puzzel. Een mysterie. Nog een ‘M’…
Knack Roeselare en Greenyard Maaseik koesterden dezelfde droom: zich plaatsen bij de beste ‘tweedes’. Ietsje meer geluk tegen Kazan en tegen Berlijn had de wereld helemaal veranderd. Knack verloor uit bij Halkbank Ankara na 1-2. En het haalde slechts vijf van de zes punten tegen het Duitse Frankfurt: 2-3, na een 0-2-stand. Gevolgd door thuiswinst en een driepunter in de laatste wedstrijd in de poule: 3-1. Voor Maaseik voltrok het drama zich tegen RVV Berlin: uit 3-1. Thuis 0-2 voor, mét matchbal, maar als oogst bij 2-3 slechts… één luttel punt. Met twee of drie puntjes meer was het wel koekenbak voor Knack en Greenyard voor de tweede plaats. Niet dus. Tien jaar geleden lukte dat wel. Maar de markt is veranderd. En ook de formule. En alsnog ook de sponsorweelde. Die is vele malen groter buiten onze landsgrenzen.
MONEY (lees: financiële middelen)
“Snelle veranderingen in de wereld maken de leefbaarheid en het voortbestaan van sportclubs lastig”, zegt Vital Heynen. “Zeker voor de kleinere clubs. Maar ook voor de grotere. Te weinig middelen. Ja, dat is een oud zeer. Aan trips zoals naar Kazan in Siberië, daar leg je geld aan toe.” Met de explosie van de E-Commerce (Alibaba, Amazon) moeten de gewone commerciële bedrijven (de sponsors van vroeger) de knip houden op hun portemonnee. Wegens de slinkende marges. Dat vertaalt zich in lagere sponsorbedragen. KMO’s boeken moeilijker grote winsten. Ze proberen het vol te houden. Maar de E-Commerce pikt miljarden omzet in, van kleinere handelszaken en firma’s in het dorp, de buurt, de regio of het land. Belgische clubs kunnen het geld van Kazan, Civitanova, Perugia, Sint-Petersburg, Gdansk, Belchatow, Berlijn en Chaumont niet uitgeven. Bovendien geniet het voetbal financieel van onrechtvaardige voordelen: lagere RSZ, veel kortingen en dies meer. Kijk naar Nafi Thiam: wat zij allemaal moet doen om uit te blinken in het atletiek. Ook niet gemakkelijk. “Vlaanderen is een klein gebied. Rusland, Polen, sportland Italië en ook Turkije kunnen tot vijf keer meer budget spenderen. Daarmee is alles gezegd. Een stek vinden bij de echte Europese elite wordt van langsom meer utopisch. “Niet meer haalbaar”, luidt het bij Knack Roeselare. “Door alle wijzigingen van de CL-formule komen alleen de meest kapitaalkrachtige clubs bovendrijven. De Belgische clubs mogen ‘stunten’, dat klopt. Op zich niet onaardig, maar je koopt er niks voor bij het eindklassement in de poule.”
MENSEN (lees: echte topspelers)
Waar is de tijd? De tijd dat topspelers naar België kwamen om mee aan de kar te sleuren van de populariteit. Voor de vuist vernoemd: Richard Schuil, Ron Zwerver, Ivan Contreras, Frank Depestele, Georg Grözer, Marian Constantin, Dejan Laninovic, Alexander Belevitch, Robert Horstink, Benjamin Hardy, Albert Cristina, Wout Wijsmans, Dario Djukic. Ook Peltjo, Jovica Simovski en Batez bij Everbeur. België kan alleen jongeren aanwerven. Of de ‘kruimeltjes’. Omdat de grote volleyballanden zeven keer beter betalen dan tien jaar terug. Ook is te weinig talent van eigen bodem voorradig. Dat talent is heel dun gezaaid. Of trekt al snel graag naar het buitenland. En toch is het verschil met Berlin, Belchatow, Ankara en andere Chaumonts niet echt zo héél groot. Sporza (Marc Willems) heeft zeker een punt: België moét present blijven in de Champions League. Die competitie werkt als een magneet op jonge buitenlandse talenten om naar ons land te komen. Geen CL? Dan boet de Liga nog meer aan aantrekkingskracht in. Voor elke speler zijn de jaarlijkse Champions League-wedstrijden, naast de bekerfinale en de finale van de play-offs, het hoogtepunt van het seizoen. Iedereen kijkt uit naar duels tegen Kazan, Civitanova of Zaksa Kedzierzyn en noem maar op. Zulke topwedstrijden maken je als speler alleen maar beter.
MACHT (lees: power op hoeken en opposite, snelheid aan de pass en lengte aan het net)
Opvallend, heel vaak toch, is het fysieke (power) en het technische verschil: snelheid, zuiverheid, souplesse. Gdansk heerste aan het net: 2m05 op de vier, 2m08 op drie en 2m05 op positie twee. Drie dubbele meters aan het net. Probeer daar eens doorheen te komen (dixit Joel Banks). Fysiek is er veel werk aan de winkel. De scouting moet ook mikken op grotere spelers. De CL is niks meer voor ploegen, die relatief klein zijn in gestalte. Ja, de formule is bikkelhard. Drie Russische, twee Italiaanse, twee Poolse en één Frans team gaan door. Dat kan niet de bedoeling zijn. Er is ook dat grote verschil in blok-defense. Een tussenronde met barrages lijkt voor Belgische teams aangewezen om iets langer mee te draaien. Maar snelheid van uitvoering, power en lengte aan het net moeten omhoog. De Belgische top speelt ook niet constant genoeg. De foutenlast ligt hoger. Elke wedstrijd is het ‘pieken’ en ‘pieken’, ook omdat de Belgische Liga weinig heuse topwedstrijden te bieden heeft.
MANAGEMENT (lees: beter transferbeleid en extra sportieve acties voor gevulde hallen)
Willen of kunnen clubbesturen nog investeren in de Champions League? Een risicovolle stap. De top halen, zit er niet langer in. Zodus. “Ja, het buitenland is veel lucratiever. Net als in het voetbal speelt de Belgische topvolleyballer professioneel in het buitenland”, aldus Heynen. “De Belgische managers zullen daarom een efficiënter transferbeleid moeten voeren. Alleen dit: topspelers nog verleiden, zoals vroeger gebeurde, om naar België te komen… dat wordt bijzonder moeilijk.” Een toverformule bestaat niet, maar het clubmanagement zal nog méér initiatieven moeten ontwikkelen om de sporthallen vol te krijgen. Roeselare koppelde een Europese match aan een actie ‘Kom op tegen darmkanker’. Goed gedaan. Ook de Liga dient te zorgen voor veel meer belangstelling in de League Cup. Het toernooi van de ‘Witte Molen’ in Sint-Niklaas stak drie dagen afgeladen vol. Die publieke opkomst wordt in België alleen nog gehaald bij de finale van de play-offs of de finale van de Beker in het Antwerps Sportpaleis. Er is mogelijk te weinig uitdaging: altijd diezelfde clash Knack Roeselare versus Greenyard Maaseik… dat heeft een ‘déjà vu.’
MAZZEL (lees: een duwtje van ‘Dame Fortuna’. Beetje meeval)
Francis De Nolf, Johan Eeckhout (Knack), Joël Banks, Mathi Raedschelders (Greenyard), ook Vital Heynen en Johan Devoghel (Lindemans) zijn het er mee eens: het moet allemaal een beetje ‘meezitten’. Zaksa Kedzierzyn (Sam Deroo) krijgt bijna tien matchballen, bij 0-2 en 20-24 in Civitanova. En toch wil hét bevrijdende punt voor de kwalificatie voor de kwartfinales niet vallen. Exit in Europa voor Zaksa, na 3-2-verlies. Heel pijnlijk. Ook Knack en Greenyard beleefden soortgelijke avonturen tegen Frankfurt, Ankara of Berlijn en Gdansk in de eindfase van enkele sets. Zo kon Maaseik – mag je nooit afgeven – de matchbal thuis voor 3-0 tegen Berlijn niet omzetten. Eindscore: 2-3 voor de Duitsers. Hemeltergend. Tja, geen meeval. Geen ‘mazzel’. Telkens diezelfde vaststelling van ‘neen’, ‘net niet’. “De koelbloedigheid, het killersinstinct… dat ontbreekt te vaak. Anders zaten we op rozen voor de kwartfinales”, aldus Banks. “Hoe los je dat op? Dat is net de ‘clou’ van de zaak. Hoe los je zoiets op?”
Slotsom: Greenyard Maaseik won twee keer tegen Belchatow: wél bij de laatste acht! Knack Roeselare zette Kazan onder zeer zware druk. De Russen durfden nauwelijks hun basispionnen wisselen. De Europese top is echt niet zo heel ver weg voor klein Belgenland. En dus is er hoop. De CEV zou moeten teruggrijpen, na de poules, naar een ronde met twaalf ploegen. Weer de formule van Final 12 en Final 6. Met kansen voor ‘de beste derdes’.
Het stof is Europees gaan liggen voor de Belgische teams. Maar er wordt al ijverig gewerkt aan de toekomst. Lindemans gaat met bedrijfsleiders Nadia en Dirk in Aalst zeker door. Maaseik zit met Greenyard als hoofdsponsor – ook geen probleem – nog voor enkele jaren gebeiteld (zegt voorzitter Raedschelders). Jelte Maan heeft een voorstel gekregen. Met andere spelers wordt op het gepaste moment gepraat. Bij Knack heeft Matthijs Verhanneman onlangs verlengd, terwijl Stijn Dejonckheere en Ruben Van Hirtum aangaven te stoppen op het hoogste niveau. Hendrik Tuerlinckx, Pieter Coolman, Rune Fasteland en Mathijs Desmet hadden al eerder een contract beet voor volgend seizoen. Ook bij Knack is de sportieve cel intens bezig met haar huiswerk voor 2019-2020.
Tekst: Leo Peeters
Foto’s: Bart Vandenbroucke