Headcoach Sven Govers wil behoud in Liga A met Sedisol Farciennes

De 44-jarige Sven Govers, afkomstig van het Vlaams-Brabantse Grimbergen, vindt bescheidenheid een grote kwaliteit. Hij houdt ook van een lach, hij staat met heel veel plezier in het volleybal. Met VC Sedisol Farciennes klimt hij weer naar de Belgische vrouwentop, nadat een eerder avontuur voor de Henegouwers op een tegenvaller was uitgedraaid. Het behoud wordt opnieuw de uitdaging. “Ik durf de negende plaats ambiëren,” aldus de headcoach die een apart hoofdberoep uitoefent. Govers is landschaps-en tuinarchitect. Hij is leerkracht tuinbouw in de derde graad van het middelbaar onderwijs. “Het gaat om lessen in plantenkennis, tuinontwerp, topografie en tuinaanleg. Een heel boeiend en breed interesseveld.”

“Mijn stiefvader Michel Dekens was mijn trigger. Hij speelde recreatief bij ‘De Volleyvrienden’,” aldus Govers, die momenteel in Muizen bij Mechelen woont. “Af en toe speel ik er ook een wedstrijdje. Maar mijn eerste ploeg op mijn twaalfde was Grivok Grimbergen. Als speler werd ik kampioen met AVO Wemmel in eerste divisie in 2000. Met Bevo Geetbets in tweede landelijke won ik de Beker van Limburg. Met Grivok in eerste provinciale pakte ik de Beker van Vlaams-Brabant.”

Sedisol Farciennes is jouw tweede ploeg als trainer-coach.
“Ja, dat klopt. Als hoofdtrainer was ik eerder actief bij Hermes Oostende. Ik heb het geluk gehad in mijn ontwikkeling als trainer door mijn assistentschap bij toppers als Emile Rousseaux, Steven Van Medegael en Fien Callens in de volleybalschool. Enerzijds als T 2 en anderzijds ook als scouter. Die periode van acht jaar was bijzonder leerrijk en gaf mij de nodige kansen waarvan ik nu de vruchten draag. Ik ben mijn inspiratoren dan ook zeer dankbaar. Ook de samenwerking met Niels Kingma van Hermes Oostende verliep bijzonder aangenaam. Twee seizoenen geleden werd ik met Hermes derde. Vorig seizoen veroverde ik dan de titel met Farciennes. Ik heb zeker niet de ervaring van Gert Vande Broek of Sacha Koulberg. Maar ik tracht veel te compenseren door mijn gedrevenheid en leergierigheid.”

Na jouw passage bij Hermes Oostende kwam je in contact met voorzitter Olivier Chausteur van Farciennes. Is hij een volleyfreak?
“O ja. Zijn hart klopt voor de club. Met hem had ik vroeger al contacten. Nu kwam het vorig jaar tot een overeenkomst. Farciennes is een vereniging met een gezonde ambitie, met een warme en heel aparte sfeer. Het is voor mij een uur rijden, dat vergt enige doorzetting van mijn kant. Het zou heel leuk zijn, als ik naast de deur training zou kunnen geven. Maar ik ben ambitieus, ik heb het ervoor over. We oefenen met het volledige team overigens drie keer, gekoppeld aan vijf sessies fitness. De buitenlandse speelsters trainen een keer extra. De zaal is tof en heel polyvalent. Bovendien heel speciaal, de hal reflecteert veel ‘wit’. Dat is altijd wennen voor tegenstanders die hier voor het eerst aantreden. Dus hebben we een stevig thuisgevoel opgebouwd.”

Hoe werden jullie kampioen?
“Vooral op basis van onze regelmaat. Concurrenten zoals Tchalou, Namen en Noorderkempen hebben met punten gemorst tegen lager geklasseerde ploegen. Terwijl wij alleen tegen Noorderkempen het onderspit moesten delven. De titel is ook te danken aan een maximale gedrevenheid op en naast het veld. In de vrij beperkte kern vol wilskracht konden toppers Gomez en Lopez in ‘moneytime’ het verschil afdwingen.”

Heeft Farciennes voldoende budgettaire mogelijkheden?
“Toch wel. Hoofdsponsor Sedisol is een bedrijf dat baggerspecie recycleert. We zijn als het ware een groene club. Het bestuur kiest voor een zuinig beleid en doet absoluut geen gekke dingen. Het masterplan steekt goed in elkaar. Farciennes is een gezonde club zonder schulden.”

Gomez en Lopez zijn teruggekeerd naar Spanje. Naar Barcelona. Die ben je kwijt. Betreur je hun vertrek?
“Ja, dat is een hele aderlating. Ze hadden het in België na vijf jaar wel een beetje gehad. Ik begrijp hun beslissing. Maar anderzijds is het ook jammer, omdat de Spaanse tandem een grote bijdrage leverde in onze promotie naar de Liga A.”

Zijn er grote wijzigingen doorgevoerd?
“Ja, Sarah Tarantino zet een stapje terug. Zij had voornamelijk een motiverende rol. Mede door haar werk vertoeft ze regelmatig in het buitenland. Niet altijd even eenvoudig. Daarom bouwt ze af. Ook Mérédith Jardon is er niet langer bij. Maar we hebben goede versterking kunnen vinden. Laura Tamas is van origine een Hongaarse. Ik ken haar van kindsbeen af, omdat ze tot de selectie van Vlaams-Brabant behoort. Dus is ze meer dan een halve Belgische. Voorts hebben we twee speelsters aangetrokken van de nationale ploeg van Estland. Zij brengen een groot surplus. Het gaat om Kaisa Bahmatsev van het University Team Talinn en Hanna Pajula van TTU Talinn.”

Misschien een rem: je beschikt slechts over een piepkleine groep speelsters. Hoe komt dat?
“Tja, inderdaad. De kern bevat slechts elf effectieven. Dat is vrij weinig, er mag niet veel gebeuren. Maar het is niet evident om Belgische speelsters aan te trekken. Farciennes is nog niet zo bekend in het volleybal. Veel jonge meisjes blijven in ons land te vaak rond de kerktoren hangen. Enerzijds wegens onvoldoende ambitie, anderzijds door studie en vriendinnen. Zo moeten we roeien met de riemen die we hebben. Gelukkig kan ik echt niet klagen over de werklust en de sfeer. Ik hoop dat het team sterk genoeg is om te overleven. Ik ben ook opgetogen over de 15-jarige libero Cassandra Ausloos. Zij komt van Gembloers. Ze heeft alles om het waar te maken. Naar mijn gevoel, eentje om in het oog te houden. In één opzet is het bestuur wel geslaagd: een kwaliteitsinjectie aan de set-up. Die was zeker nodig. En dat is gelukt. Als we gespaard blijven van blessures geloof ik sterk in het behoud. De groep is zeer leergierig, met veel aandacht voor de technische en tactische aspecten van de juiste uitvoering van het spel. Gesteund op veel mentale kracht.”

Het seizoen begint met de derby tegen Charleroi. Wat denk je?
“Ik kijk er naar uit. Het is een beetje koffiedik kijken. Charleroi heeft veel buitenlandse meisjes ingelijfd. Een buitenlandse betekent naar mijn gevoel een meerwaarde voor de competitie. Dus ben ik benieuwd naar de kracht van het vernieuwde Charleroi. Angst is een slechte raadgever, we gaan ervoor.”

De kern (11 speelsters): Sarah Bellens (spelverdeelster), Kaisa Bahmatsev (spelverdeelster), Sophie Laurent (receptie-hoek), Maud Culot (spelverdeelster), Cassandra Ausloos (libero), Astrid Rigot (middenblokker), Sarah Eggen (opposite), Magali Tournay (receptie-hoek), Hanna Pajula (receptie-hoek), Eve Herbecq (middenblokker) en Laura Tamas (libero).

Tekst: Leo Peeters
Foto’s: Bart Vandenbroucke