Rookie van het jaar Silke Van Avermaet debutant bij Yellow Tigers

 Ze is nog maar 18 jaar en toch won ze al drie titels en drie Belgische bekers met Asterix. En vanaf komende maand wordt ‘rookie van het jaar’ Silke Van Avermaet zelfs een debutante in de selectie van de Yellow Tigers. Het verhaal ook van een middenspeelster, die opposite werd. Tijdelijk dan toch.

Dat de jongedame uit Baasrode bij Dendermonde in het volley zou stappen, lag voor de hand. “Mijn vader zat in het bestuur bij Brigand Berlare-Zele, mijn zus Femke speelde volley – ik heb trouwens nog met haar in tweede provinciale gespeeld – en dus was het logisch dat ik ook koos voor die sport, hoewel ik met de vriendinnetjes ook wel aan dansen en rope-skipping deed. Maar dat was puur ontspanning. Ik was ook altijd de grootste van de klas en die gestalte was natuurlijk mooi meegenomen in een sport als volley. Toen ik 14 jaar was, ging ik naar de Topsportschool in Vilvoorde en toen ik 15 werd, speelde ik al bij Asterix Kieldrecht.”

Het was een lichting jonge speelsters, die de stap zette naar de Belgische topclub bij uitstek. “Manon Stragier, Britt Herbots, Amber Detant zaten in dezelfde groep als ik, maar door het uitvallen van Sarah Cools kreeg ik misschien wel sneller de kans om mee te doen met de eerste ploeg. Ik heb daar leren spelen op een hoger ritme. In het voorbije seizoen belandde ik, door allerlei blessures en onverwachte omstandigheden in de ploeg, op de opposite-plaats. Dat was even aanpassen, maar in de terugronde ging dat vrij aardig en ik ben blij dat ik die ervaring als opposite kon meemaken, hoewel ik eerder een middenspeelster ben. Maar ik denk b.v. niet dat ze mij bij de Yellow Tigers zullen uitspelen als opposite. Daarvoor hebben we o.a. Kaja Grobelna en Karolina Goliat in de ploeg.”

Uiteraard is Silke – ‘Sil’ voor de vrienden – tevreden met die uitverkiezing tot ‘rookie’. “Dat komt waarschijnlijk ook wel omdat ik al drie jaar in de ploeg stond bij Asterix, terwijl de andere kandidaten nog maar voor het eerste of tweede jaar op het hoogste vlak meededen. Die ervaring heeft geloond, dacht ik. Plus het feit dat ik me toch aanvallend een meerwaarde toonde op een voor mij ongewone positie en dat ik niet slecht blokkeerde.”

Jullie staan bij de Yellow Tigers toch met een ontzettend jonge ploeg, waarin Ilka Van de Vyver met haar 25 jaar zowaar de oudste is. Twaalf speelsters uit de selectie zijn 20 jaar of jonger. Geen schrik dat jullie tegen enkele zware nederlagen zullen aankijken?

“Het is duidelijk dat we bouwen aan een ploeg voor de toekomst. We moeten uitgaan van onze eigen sterkte. En één van die sterke punten is, dat we allemaal jong en erg gemotiveerd zijn, de neuzen wijzen allemaal in dezelfde richting. Wij hebben allemaal ontzettend veel zin om eraan te beginnen en ons in elke wedstrijd tot de laatste snik te geven voor de ploeg. Over de tegenstanders kan ik nog niet zo veel zeggen: het is voor mij ook allemaal nieuw, maar Kris Vansnick is ongetwijfeld al volop bezig met de analyse van de tegenstanders. Het is de bedoeling om in de Nations League niet als laatste te eindigen. En later deze zomer spelen we voor de EK kwalificatie en dan komen er wel andere speelsters met ervaring, zoals Freya Aelbrecht, Laura Heyrman en Dominika Sobolska, aansluiten bij de groep.”

Silke Van Avermaet vind je ook terug bij wedstrijden van Guibertin in de Euromillions League, want haar vriend Bert Dufraing was daar in het voorbije seizoen actief. Maar hoe stippelt ze voor zichzelf haar toekomst uit?

“Ik denk dat ik daar vrij realistisch in ben. Ik zie wel wat er op me af komt, maar momenteel voel ik me perfect gelukkig bij Asterix. Ik zit daar goed en ik kan het best combineren met mijn studies voor lerares Lager Onderwijs in Leuven. Het is soms wel druk en ik moet ook in dit eerste jaar al enkele keren praktijklessen geven. Maar ik krijg voldoende faciliteiten om dat goed te kunnen combineren. Het buitenland? Ik kijk wel uit of ik er klaar voor ben en of er een goed bod komt. Alles stap voor stap,” klinkt het inderdaad realistisch.

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke