Dries Koekelkoren en Tom van Walle zetten België in 2017 op de kaart van het beachvolleybal. Een nieuwe Belgische titel, winst in Baden, een negende plaats op het WK, een vierde stek in Qinzhou en op het EK… Het ene topresultaat volgde het andere op waardoor een vijftiende plaats op de World Tour Ranking bereikt werd en de Olympische Spelen weer wat dichterbij zijn. Na enkele rustweken wordt het nieuwe seizoen vanaf deze week voorbereid met een BOIC-stage in Lanzarote.
De stappen die het Belgische duo in de afgelopen maanden heeft gezet zijn immens en oogsten heel wat lof in het internationale circuit. Dat Koekelkoren/van Walle sterk vooruit ging, is op zich geen verrassing. Bij de start van het kalenderjaar werd immers de komst van bondscoach Michiel van der Kuip aangekondigd. Een taak die hij eerder bij onze noorderburen vervulde.
Hoe heeft de coach jullie dit jaar geholpen?
Tom van Walle: “Op zich is zijn aanwezigheid gewoon belangrijk. Hij helpt en ondersteunt ons op elke wedstrijd en geeft ons waardevol advies. Ik ben persoonlijk blij dat we beter presteren met een voltijdse coach. We hebben altijd het gevoel gehad dat er iemand naast ons nodig was om een volgende stap te zetten. Als dat uiteindelijk door prestaties bevestigd wordt, is dat toch een serieuze opluchting.”
Dries Koekelkoren: “Michiel van der Kuip was een essentiële schakel in onze progressie. We kunnen de focus nu volledig op het spel leggen, omdat Michiel het praktische op zich neemt. We maken een matchplan met drie waarin zijn ervaring ons soms vanuit een andere hoek naar eenzelfde probleem doet kijken. Het is al bewezen dat we zo tactisch beter werden en enkele intrinsiek sterkere teams klopten; puur door tactiek. Hopelijk kunnen we in de toekomst onze staf verder uitbreiden met een scouter en kinesist, zoals de toppers nu al omkaderd worden.”
van Walle: “Vooral qua communicatie heeft hij ons echt geholpen. Vroeger ging ik de conflicten uit de weg tot ik op den duur ontplofte. Nu werden afspraken gemaakt om direct, duidelijk en respectvol te communiceren. Zo zijn er minder misverstanden en kunnen we elkaar veel beter bijsturen tijdens de wedstrijden.”
Koekelkoren: “Vroeger was het moeilijker om elkaar na een verloren wedstrijd te praten. Door een objectieve derde persoon is er gewoon meer structuur. We spreken voor de wedstrijd doelen af en kijken achteraf of die al dan niet bereikt werden. Zo is analyseren makkelijker en de resultaten volgden.” (Lees verder onder de foto.)
Jullie kunnen inderdaad terugblikken op een knap seizoen. Welk resultaat springt er voor jullie boven uit?
van Walle: “We wilden vooraf pieken naar augustus en dat lukte ook: het BK, EK en WK liepen vlot. We waren fit en mentaal klaar om die matchen te spelen. Daar konden we de vruchten plukken van een jaar hard trainen. De negende plaats op het WK was misschien wel het meest prestigieus. Onze start was niet goed, maar uiteindelijk klopten we wel het Nederlandse duo Brouwer/Meeuwsen dat op de vorige Olympische Spelen nog brons pakte.”
Koekelkoren: “Het EK en WK zijn gewoon belangrijke toernooien voor verdere ondersteuning. Omdat we goed presteerden, kunnen we nu ook aankloppen bij Sport Vlaanderen en het BOIC voor een nieuwe financiële injectie. Voorlopig krijgen we alleen steun van de volleybalfederatie – en daar zijn we enorm dankbaar voor – maar een hoger budget kan ons nog meer op details laten werken.”
Jullie goede prestaties vertaalden zich in een vijftiende plaats op de World Tour Ranking; waarbij de top 16 zich in 2020 kwalificeert voor de Olympische Spelen. Zitten jullie op schema voor de volgende olympiade?
Koekelkoren: “Eigenlijk zitten we voor op schema. Het doel was om dit seizoen de top 20 te benaderen om dan volgend seizoen de stap naar de beste 16 te zetten. Dat we nu al op de vijftiende plaats staan, is dus zeker leuk. Toch moeten we relativeren. Er staan nog een pak ploegen onder ons die in staat zijn om te klimmen, omdat zij het iets minder goed deden in het jaar na Rio. Het wordt niet evident om onze plaats te behouden, maar ook een kleine terugval hoeft geen ramp te betekenen.”
van Walle: “De andere ploegen beginnen ons te kennen. Het wedstrijdplan wordt steeds belangrijker zodat we tijdens de wedstrijd kunnen bijsturen. Naar de top 15 klimmen was lastig, maar het zal er niet minder lastig op worden. Door deze ranking kwalificeren we ons rechtstreeks voor de hoofdtabel van grote toernooien en dat geeft rust omdat we geen stresserende kwalificaties moeten doorgaan en direct om de punten en prijzen kunnen spelen.”
Koekelkoren: “We moeten kritisch naar onszelf blijven kijken en bijschaven wat kan. Op elk vlak: technisch, tactisch, fysiek en mentaal. We winnen nu al spannende wedstrijden en zijn al naar de halve finales doorgestoten. Dat deden we vorig jaar nog niet. Nu is het kwestie om en verder te werken en proberen een podiumplaats te behalen.”
van Walle: “Het is niet omdat het er nu goed uitziet dat we al zeker kunnen zijn. Er kan nog zoveel gebeuren: blessures of andere tegenslagen kunnen heel veel veranderen. Ik mag er niet aan denken, maar het kan. Ook andere ploegen blijven natuurlijk niet stil zitten. Ik denk dat het voor ons belangrijk is om hard te blijven werken zodat we ons achteraf niets kunnen verwijten. En dan zien we wel waar we stranden.” (Lees verder onder de foto.)
Welke evolutie willen jullie volgend jaar zeker maken?
Koekelkoren: “De kalender is net uitgekomen en binnenkort zitten we met drie samen om te kijken op elke momenten we willen pieken. Dit jaar is er geen WK, maar op het EK in het Nederlandse Den Haag willen we het zeker goed doen. De vier- en vijfsterrentoernooien van de FIVB zullen een doel op zich zijn omdat we ons daar kunnen meten met de absolute wereldtop. Deze winter willen we ons optimaal voorbereiden met de coach zodat we in januari al direct klaar zijn voor de eerste indoorwedstrijden. Waarschijnlijk starten we begin 2018 in Den Haag.”
van Walle: “Op het FIVB-toernooi in Qinzhou en op het EK haalden we een mooi resultaat, maar eindigden we wel met twee verliesmatchen en de vierde plaats. In China lieten we het zelf liggen: tegen Mexico speelden we niet goed en tegen Cuba ontglipte het brons ons in het slot. Een medaille pakken op een groot evenement is echt wel een doel op zich.” (Lees verder onder de foto.)
Michiel van der Kuip: “Graag medaille op EK in 2018”
Niemand beter dan bondscoach Michiel van der Kuip om in te schatten hoe het gaat met onze Belgische beachvolleybalhoop.
(Lees verder onder de foto.)
“Dries en Tom hebben dit seizoen een grote stap gezet op mentaal vlak,” onderstreept ook van der Kuip. “We hebben het voorbije jaar vooral gewerkt aan het zoeken naar oplossingen en de taaiheid. Vooraf doornemen wat mogelijke oplossingen zijn in moeilijke situaties heeft hen zekerder gemaakt. Zo werden ze weerbaarder op lastige momenten.”
“Uiteindelijk is de mentale component een normaal onderdeel van het werken met topsporters. Ik besteed er niet meer tijd aan dan bij andere ploegen, maar de grootste vooruitgang zat wel hier omdat er in het verleden veel minder aan gewerkt werd. Ook speltechnische of tactische veranderingen werden doorgevoerd, maar zij waren veel minder ingrijpend. Tom en Dries konden al volleyballen, dat was geen geheim.”
De Nederlander werd pas in februari aangesteld als bondscoach waardoor het niet evident was dat hij onmiddellijk zijn stempel drukte op ons nationaal duo. “Pas bij de eerste livewedstrijd kon ik ervaren wat de noden waren en konden we voorzichtige doelen uitspreken. Dat die momenteel overtroffen worden, maakt me blij. Het toont aan dat ze snel dingen oppikken en steeds gretig en geconcentreerd werken wat niet logisch is in een postolympisch jaar. Dat merk je bij toppers die wat wegzakten, maar die teams zullen de komende jaren wel terug beter presteren.”
Daarom moeten onze landgenoten zich blijven ontwikkelen. “We moeten realistisch zijn en beseffen dat de stijgende lijn minder snel omhoog zal gaan. Daarbij zijn we afhankelijk van de anderen. Een ranking geeft alleen een verhouding weer ten opzichte van de andere ploegen en zegt niet altijd iets over de eigen ontwikkeling.”
Tokio 2020 is en blijft wel een concreet doel. Van der Kuip haalde het mooiste sportfeest al twee keer als coach van Nederland. “Als alles normaal verloopt, zijn de Olympische Spelen een realistische ambitie. Normaal is echter een heel raar woord in de topsport. Wanneer we op dit elan kunnen verder werken, lijkt weinig in de weg staan van Tokio. Er zijn echter voldoende onzekere factoren die roet in het eten kunnen strooien: fysieke problemen, een moeilijkere samenwerking… Het is met andere woorden moeilijk om ver vooruit te kijken. We focussen ons daarom liever op kleinere tussendoelen. Laat ons in 2018 maar een medaille pakken op het EK en een FIVB-toernooi,” aldus van der Kuip.
Tekst: Vincent Libin
Foto’s: FIVB, CEV, Bart Vandenbroucke
