Gert vande Broek: “Negende WK-plaats is beste Belgisch resultaat ooit”

Nadat zijn ploeg op sensationele wijze bij de zesde setbal een eerste setpunt haalde tegen het nummer één in de wereld (Brazilië), moest hij erkennen dat de Zuid-Amerikanen te sterk waren (28-26, 17-25, 11-25, 16-25). Ook een dag later moest hij erkennen dat het nummer vijf (China) beter was, hoewel de Yellow Tigers drie matchballen konden redden (18-25, 18-25, 25-27).

Onmiddellijk na de match kon coach Gert vande Broek niet dadelijk opgetogen zijn, maar als hij een evaluatie moest maken over de prestaties van zijn ploeg op dit WK, verscheen er toch opnieuw een lach op het gelaat van de Belgische coach. “Met onze negende plaats halen wij het beste resultaat dat onze nationale vrouwenploeg ooit haalde. In 2014 eindigden we elfde. Die prestatie is niet uitsluitend het gevolg van onze matchen in Arnhem en Rotterdam, maar het is gewoon het resultaat van vijf jaar intensief werken met deze schitterende spelersgroep.”

“Zowel van andere ploegen als van de vele – ook neutrale – supporters op dit WK oogstten we enorme bewondering. Britt Herbots (beste scoorster en beste aanvalster), Celine Van Gestel (vierde beste receptiespeelster) en ook Marlies Janssens (voordat haar buikvliesblessure opspeelde) toonden dat ze bij de wereldtop horen, maar vooral als team gaven we nooit op. Eigenlijk wonnen we alle wedstrijden die we moesten winnen, tegen Nederland konden we stunten en tegen Italië zaten we dicht bij een nieuwe stunt. En in de tweede ronde wonnen we van Puerto Rico en Argentinië, tegen Brazilië halen we één set en verder is het geen schande om tegen het nummer één en nummer vijf van de wereld te verliezen,” concludeert Gert.

Geen kwartfinale bijgevolg. Door een wat bizar competitiesysteem in twee ver uit mekaar gelegen landen krijgen we opnieuw Italië-China, Brazilië-Japan (in Apeldoorn) en USA-Turkije, Servië-Polen (in Polen) als kwartfinales, terwijl ook de halve finales op dezelfde plaatsen gespeeld worden. Alleen de finale vindt in Apeldoorn plaats.

“Aanvallend halen we hoge scores, maar in receptie moeten we nog beter kunnen en er is nog wel werk op het technisch gebied bij een aantal speelsters. Enkele meer gestalterijke speelsters waren in sommige wedstrijden ook welkom. De bedoeling was de top-10 te halen op dit WK en we werden 9de.

Toen we vijf jaar geleden met deze groep begonnen, stonden we 19de of de FIVB-wereldranglijst, nu staan we 11de. Niet onbelangrijk om in de toekomst in een goede ‘pot’ te geraken bij de loting voor o.a. het pre-olympisch kwalificatietoernooi, liefst niet tegen één van de vijf toplanden. We staan als vijfde Europees land mooi geplaatst en België organiseert volgend jaar ook nog het EK. Ik denk dus niet dat we met een slecht gevoel naar huis moeten. We speelden op vijf jaar tijd 115 officiële matchen met volle intensiteit. We kunnen trots een punt zetten achter een cyclus van vijf jaren met deze groep. Maar nu enkele weken rust voor mij in het volley en terug naar mijn werk aan de KU Leuven.”

Nathalie Lemmens: “Ik doe gewoon mijn job”

Buiten de reeds geciteerde speelsters waren er ook nog Yellow Tigers, die minder opvielen, maar die zeer nuttig werk leverden voor de ploeg. Eén ervan is middenblokster Nathalie Lemmens. Zij scoorde b.v. het winnend setpunt tegen grootmacht Brazilië.

“Heel leuk. Een moment om niet meer te vergeten. Zeker als je dat block kan zetten tegen de beste speelsters ter wereld. Bij het zesde setpunt? Ach, we maken het graag spannend, hé! In de VNL werden we ook al kampioenen van de tiebreak genoemd. Ik weet niet of er meer in zat tegen Brazilië, want vanaf de tweede set vonden zij hun ritme en daar was weinig tegen te beginnen.

Ik denk dat ik tevreden mag zijn over dit toernooi. Ik val misschien niet zo hard op als b.v. Britt Herbots, maar ik weet wat ik moet doen en ik doe gewoon mijn job. Daar geniet ik dan wel van. Mijn taak bestond er vooral in om het blok te organiseren en aanvallend af en toe enkele puntjes mee te pakken. Ik moet er mee voor zorgen dat de ploeg stabiel blijft presteren.

Tja, ik denk dat een middenblokster – en allicht ook een libero – de minst betaalde speelsters zijn in het volley. Ik vind het wel leuk om voldoende aangespeeld te worden, tenzij je iemand als Britt in de ploeg hebt, die vlot scoort. Deze week vertrek ik naar Roemenië, waar ik voor Dynamo Boekarest ga spelen. Ik denk dat de competitie daar nog wel op een hoger niveau zit dan b.v. in Hongarije, waar ik vorig jaar actief was. Ik hoop natuurlijk dat ze me ook correct betalen. Anders zoek ik wel een andere ploeg,” grijnst Nathalie.

Silke Van Avermaet: “En nu terug middenspeelster”

Ook Silke Van Avermaet mag op een sterk toernooi terugblikken, zeker als je weet dat ze van haar vertrouwde middenpositie moest uitwijken naar de oppositeplaats. In het belang van de ploeg.

“Toch heb ik erg genoten van dit WK. Ik denk trouwens dat we er als groep fier mogen op terugblikken. Ik was blij dat ik de ploeg op mijn manier kon helpen. Ik denk ook dat Gert vande Broek één van de beste coaches ter wereld is, die het maximale uit een groep kan halen. Ik denk dat hij dat ook met mij gedaan heeft op een voor mij ongewone positie. Maar nu snak ik er toch naar om opnieuw bij Mulhouse te spelen in het middencompartiment. Dinsdag word ik daar al opnieuw op de trainingen verwacht. Het is een hele leuke club met een goede entourage. Daarom heb ik ervoor gekozen om me daar nog een seizoen te ontwikkelen als speelster.

De ambitie van de ploeg is om kampioen te spelen. Vorige competitie heeft Le Cannet het gehaald via o.a. een aantal truukjes, zoals een ‘medical joker’. Maar als je ziet wie er intussen ook allemaal actief is, denk ik dat de Franse competitie dit jaar op een nog hoger niveau wordt gespeeld. Natuurlijk hoop ik gespaard te blijven van blessures. Om die reden stond ik vorig seizoen enkele wedstrijden op het wedstrijdblad als tweede libero, zonder dat ik op het terrein kwam (lacht). Ook daar willen we het maximale rendement halen.”

Tekst: Marcel Coppens