Fien Callens: “VCO Oudegem is belust op spektakel tegen VDK Gent”

De Oudegemse T 1 Fien Callens heeft klaar en duidelijk een emotionele band met de Belgische beker. Als speelster won ze drie keer de gouden plak met VDK Gent (coach Stijn Morand/2009), met Oudegem (coach Sacha Koulberg/2013) en met Asterix Avo Beveren (coach Gert Vande Broek/2016). Ze trad in 2019 in dienst als T 1 bij Oudegem. Met haar man Dries Koekelkoren als assistent tijdens de wedstrijden, niet op de trainingen. Ze speelt met VCO haar tweede opeenvolgende finale als hoofdcoach.

“In de laatste editie verloren we tegen Asterix Avo. Dit keer wordt het opnieuw een lastige uitdaging om het beresterke VDK Gent in de luren te leggen. Een aartsmoeilijke opdracht. Maar wie me kent, die weet, dat ik me nooit vooraf verloren geef. Mijn team zal kordaat tot aan het gaatje gaan om die beker te pakken”, aldus ‘la Callens’. “Ik wil graag mijn eerste beker als T 1 vieren. Dat zou ik als een formidabel exploot beschouwen in mijn prille carrière als clubtrainster bij VCO.”

Oudegem krijgt een schare van 400 fans achter zich in het Antwerps Sportpaleis. En ‘targetlady’ van de ploeg is Nina Coolman, de zus van Pieter, middenman bij Knack Roeselare.

Fien Callens: “Nina is een dertiger. Ze heeft al veel meegemaakt op volleybalvlak. Maar de andere meisjes zijn jong en hebben veel minder ervaring. Ik noem dan Bieke Kindt, Felice Van Assche, libero Nel Demeyer, Nikita De Paepe, Sarah Kustermans, Lena Versteynen en Dauke Vreys. Dat zijn nog tieners of beginnende twens. Maar op zich hoeft dat geen al te groot probleem te zijn. Ze verzorgen zich allemaal goed. Ik hoop dat de frisheid er zondag vanaf spat.”

“Als we ons niveau nog een beetje kunnen optrekken, garandeer ik de fans in het Sportpaleis een mooi spektakel.”

“Niets is onmogelijk, zo luidt mijn leuze. En angst is een slechte raadgever. Ook tegen het ongeslagen VDK Gent, dat in competitie slechts één luttel puntje liet liggen tegen Charleroi, ga ik er vol tegenaan”, lacht spraakwaterval Fien Callens, met de haar zo kenmerkende ‘drive’.

“Een kleine week geleden verloren we inderdaad met 3-1 tegen de Gentse vrouwen. Het was absoluut een fijne confrontatie. We hebben voortreffelijk weerwerk geboden. Ik zag twee overtuigende sets van onze kant. Twee sets was het wel wat minder en ging Gent domineren. Dat geef ik toe. Onze foutenlast lag ietsje te hoog. In de tweede set lieten we een voorsprong van 12-18 uit de handen glippen. Dat vond ik zo spijtig, dat had anders gekund. Maar als we ons niveau nog een beetje kunnen optrekken, garandeer ik de fans in het Sportpaleis een mooi spektakel. De wedstrijd wordt uitgezonden op Canvas. Een mooie bonus: onze sponsors krijgen zo een interessante publicitaire exposure. Ja, ik verwacht prima reclame voor het vrouwenvolleybal.

Ik hoop alleszins te kunnen beschikken over een volledige fitte Bente Daniëls in het midden. Ze heeft een lichte blessure opgelopen tijdens de wedstrijd van vorige vrijdag tegen VDK Gent en haar knie voelt wat pijnlijk aan. Ik duim voor haar dat het allemaal in orde komt tegen zondag. Met dank aan onze medische cel.”

Hoe bereid je de bekerfinale van zondag 27 februari (17.30 uur) voor?  Kies je voor een speciale aanpak? Of wil je niets verklappen?

“Neen, niet echt, we doen geen speciale dingen. En ik regel ook geen laatste oefenmatch of zo. Goed rusten is een belangrijk gegeven. Ik vind het nu een doel om het team intern te kunnen ‘finetunen’. Ik hoop ook dat de blessureduivel ons deze week volledig met rust laat. Als je toch iets wil weten over mijn aanpak, awel, ik zal er alles aan doen om VCO fysiek en mentaal op niveau te houden of zelfs nog om de groepsweerstand te verbeteren en te versterken.”

“VDK Gent vormt een compact blok. Moeilijk te passeren aan het net. Je moet jouw rug dubbel krommen om een punt te scoren.”

Hoe schat je de tegenstander in? VDK Gent is toch geen doetje. Het is een heel taaie tegenstander.

“Ja, dat beseffen we maar al te goed. Het team van Stijn Morand spreidt veel ‘mentaliteit’ en ‘maturiteit’ tentoon. De Gentse service is gevarieerd, de opslagdruk ligt zeer hoog. Zeker bij de opslagen van bijvoorbeeld Marlies Janssens en Julie Smeets. Ze verzenden vaak zeer moeilijke te controleren floats. Janssens krijgt in de centrale strook de volle steun van de getalenteerde Iris Vandewiele. Ja, Gent vormt een compact spelersblok. Moeilijk te passeren aan het net. Met veel hoogte in de blokkering en heel sterk en stug in de lage verdediging.”

Het valt in alle scoutings op. VDK Gent houdt de foutenlast zeer laag?

“Ja, dat stel ik ook vast. Het zit allemaal heel goed in elkaar. Zo moet je jouw rug dubbel krommen om een punt te scoren. Dat mocht bijvoorbeeld Asterix Avo ondervinden. Ze werden zonder pardon gewipt in de kwartfinale van de Beker van België. Het is absoluut niet evident om door het Gentse pantser te prikken. Ook Laure Flament, Lise De Valkeneer (beiden receptie-hoek), spelmaakster Lotte De Quick en ‘supersub’ Els Vandesteene zijn speelsters die van aanpakken weten. Ja, alle Gentse posities zijn zeer sterk bezet. Door dat surplus kan VDK een zeer stabiel volleybal spelen.”  

“We willen vooral niet te veel druk op onszelf leggen of onder een loden en verlammende stress komen.”

Welke troeven wil jij zelf uitspelen om de tegenstander klein te krijgen?

“Ik verwacht veel dreiging, vooral dan dreigingsvermogen van onze kant. Niet individueel, maar vanuit ons collectief met 14 speelsters. We willen ons spirit tonen, blijven vechten, met de volle inzet en een efficiënt doorzettingsvermogen. Dat zijn waarden die we bij VCO hoog in het vaandal dragen en graag willen beklemtonen. Elke match opnieuw. We willen vooral niet te veel druk op onszelf leggen of onder een loden en verlammende stress komen.

Ons doel is vrank en vrij, met veel plezier en dus heel los, het concept uitvoeren, dat ik al drie seizoenen propageer. Met al die elementen konden we trouwens de zeer zware halve finales tegen Hermes Oostende overleven. Het was echt op het nippertje in een rasechte thriller. De golden set in de return bij ons in Oudegem gaf de doorslag na twee laaiend straffe vijfsetters. Op dat punt had VDK Gent, behoudens de topper tegen Asterix Avo, een op papier veel gemakkelijkere halve finale.”

“Ik wil ons allerbeste niveau aan de oppervlakte zien komen. Ik speel altijd om te winnen, mijn team ook.”

Na twee jaar miserie lijkt corona ondertussen bijna helemaal bedwongen. Je rekent dan ook op de echte volle Oudegemse killersmentaliteit. Alle remmen los.

“Het is hout vasthouden. Ik hoop niet, dat corona ons deze week in de aanloop naar de bekerclash nog parten zal spelen. We hadden wel wat last van het virus, zowel in onze competitiewedstrijden als in onze Europese campagne. Er werden regelmatig ook wedstrijden uitgesteld bij andere ploegen, niet bij ons. Zo ontstond een vertekende klassering in de Liga A.

Maar op dit ogenblik is alles peis en vree. Mijn team moet veel overtuiging en alle mogelijke energie aanspreken en uitstralen. Wat de bekerfinale betreft: ik zie zo graag dat mijn team de strijd aangaat. En er staalhard voor gaat. Ik wil een ‘killersmentaliteit’ bespeuren in mijn groep. Ik wil ons allerbeste niveau aan de oppervlakte zien komen. Ik speel altijd om te winnen, mijn team ook.”

Na de bekerfinale komen de play-offs er aan. Een eindfase met vier ploegen. De ranking 1-4 staat nog niet vast. Jullie spelen nog tegen Antwerpen, Tchalou en LVL Limburg. Asterix Avo heeft het gemakkelijkste programma. Asterix kan nog heel hoog eindigen.

“Ja, momenteel zijn de gegadigden voor de play-offs: ongeslagen leider VDK Gent, wij in tweede stelling samen met LVL Genk en Asterix Avo op de vierde plaats. Asterix had veel te maken met een resem uitgestelde wedstrijden. Ondertussen kon het team zijn vorm rustig bijspijkeren. Zo is Asterix momenteel bezig aan een opvallend sterke remonte. We zijn met die ploeg helemaal nog niet klaar.

Ik wil even het play-offsysteem toelichten: spelen tegen elkaar: 1 tegen 4 en 2 tegen 3. Via een heen- en een terugwedstrijd, met eventueel een ‘golden set’ na de tweede match. De twee winnaars spelen voor de titel in een systeem van heen en terug. Bij 1-1 volgt een beslissende ‘belle’, dus een derde duel, waarin de landstitel op het spel staat.”

“Ik ga in april nog aan de slag met de nationale U17 op de EK-kwalificatie in Wit-Rusland”

Daarna volgt voor jou nog een internationaal luik met de Belgische nationale ploeg U17 meisjes.

“Klopt. In het eerste toernooi van de EK-kwalificatie in Herentals konden we ons plaatsen voor het tweede en laatste plaatsingstoernooi. Normaal is Wit-Rusland eind april de locatie. Naast ‘Belarus’ zijn de andere landen in onze poule Duitsland en Israël. Alleen de winnaar mag naar het EK. Moeilijk en uitdagend, maar zeker niet onmogelijk. Het is natuurlijk afwachten of het gewapende conflict tussen Rusland en Oekraïne al dan niet escaleert. Want Rusland heeft ook legereenheden geplaatst in Wit-Rusland. In dat verband kan de CEV beslissen om de organisatie aan een ander land toe te kennen. Maar voorlopig is er nog geen wijziging van de locatie.”

Tekst: Leo Peeters

Foto’s: Bart Vandenbroucke