Steven Vanmedegael: “Positief gebleven na twee Roeselaarse nederlagen op rij”

Al van maandagmiddag bevindt de ploeg van Knack Roeselare zich in Ulm, de Duitse stad waar de eerste Champions League-wedstrijd van het seizoen gespeeld wordt met het ervaren Friedrichshafen als tegenstander.

Geen tijd dus om te piekeren over de twee recente nederlagen van ‘de Knack’. Een vrij uitzonderlijke gebeurtenis: eerst uitgeschakeld worden in de beker in eigen zaal tegen Decospan Menen en zaterdag een nederlaag in de tiebreak tegen eeuwige rivaal Greenyard Maaseik. Persafgevaardigde gedurende vele jaren, Johan Eeckhout, zocht het op in zijn uitgebreide documentatie en moest voor twee nederlagen op rij zowaar teruggrijpen naar het seizoen 2011-12, het laatste jaar van Dominique Baeyens als coach bij Roeselare, dat toen pas als vierde eindigde in de play-offs.

“Maar we zijn toch positief blijven denken als ploeg en dat willen we zeker tonen in ons eerste Europees duel tegen de Duitse vice-kampioen Friedrichshafen,” klinkt het strijdvaardig bij coach Steven Vanmedegael.

Jullie werden zes jaar op rij bekerwinnaar. Dan moet er nu toch iets gewijzigd worden aan de doelstellingen van de club?

Steven Vanmedegael: “Ach, elk jaar begin je als topclub met dezelfde doelstellingen: de titel halen én de beker. Maar zelfs na zes keer bekerwinst op rij besef je dat het op een keer wel eens kan mislukken. Het is jammer, maar de beker zullen we dus niet winnen, maar de kans op een nieuwe titel blijft nog wel een tijdje reëel.”

Is het huidige Roeselare dan misschien toch minder sterk dan vorig jaar?

“Dat zou ik niet durven zeggen. De nederlaag tegen Menen was natuurlijk een pijnlijke zaak. Ook gedeeltelijk een gevolg van de beslissing om in de kwartfinales geen terugwedstrijden te spelen. Als ze niet willen dat de beste twee teams de finale spelen, dan zijn ze in hun opzet geslaagd. Geen Maaseik en geen Roeselare in het Sportpaleis in februari 2022. En ja, kunnen verliezen is nu éénmaal ook eigen aan de sport. Zeker als het gaat om een knock-outsysteem op één dag, dan blijft zoiets mogelijk en als je dan zelf niet op topniveau presteert, dan zit dat risico erin. En verliezen tegen een vaste play-offploeg als Maaseik is niet abnormaal. Je kan de ploeg toch niet veroordelen over één of twee wedstrijden.”

Drukt de afwezigheid van Tuerlinckx toch niet op de kwaliteit van de ploeg?

“Daar gaan we toch niet blijven over praten. Het is nu éénmaal zo. En het is bijgevolg de taak van de ganse ploeg om haar verantwoordelijkheid te nemen. Om te beginnen bij de spelverdelers, die nu op een lichtjes andere manier hun medespelers moeten aanspelen. Dat vergt een kleine aanpassing. Dat was ook het geval onder Dominique Baeyens, toen die enkele nieuwe spelers moest inpassen in het geheel. En we mogen toch ook niet te snel het goede in deze ploeg vergeten. Ons middencompartiment bewijst toch elke week haar waarde, maar toegegeven, we spelen momenteel nog niet op ons sterkste niveau. Daarvoor moeten we vooral nog meer wedstrijden spelen.”

Komt de wedstrijd tegen Friedrichshafen dan niet te vroeg?

“Ik denk het niet. We zijn niet blijven jammeren over die twee nederlagen op rij en we zijn positief gebleven, want tegen Maaseik was het toch niet zo slecht. Natuurlijk wil je als speler en als ploeg graag zo veel mogelijk winnen. Daarom willen we tegen Friedrichshafen alles op alles zetten. Winnen is daarom nog geen evidentie, maar mochten we hier wél zegevieren, dan is dat natuurlijk mooi meegenomen. Zo’n overwinning zou wel eens de sleutel kunnen vormen om als beste tweede door te stoten naar de volgende ronde van de Champions League.”

Geeft Friedrichshafen zijn thuisvoordeel niet prijs door in de Ratiopharm Arena in Neu-Ulm te spelen?

“Hun accommodaties in Friedrichshafen zelf voldeden niet meer aan de Europese normen, zodat ze wel moesten verhuizen. Ik heb geen idee hoe ze dat met hun supporters oplossen, maar ik stel wel vast dat ze ook hun competitiewedstrijden in dezelfde zaal afhaspelen. Voor de spelers alvast geen aanpassingsverschijnselen dus.”

De ploeg zelf nam geen al te beste start…

“Net als wij hadden ze af te rekenen met enkele blessures tijdens de eerste competitiematchen, waardoor ze inderdaad enkele steken lieten vallen. Maar de laatste maand groeiden ze wel naar hun betere niveau en vorig weekeinde speelden ze zich erg overtuigend naar de halve finale van de Duitse beker na een 0-3 zege tegen Düren.”

Jullie hebben deze ploeg beslist uitstekend gescout. Wat zijn hun sterke punten?

“Ik weet niet of hun aanvoerder Dejan Vincic opnieuw beschikbaar zal zijn, want voor de bekermatch was hij geblesseerd. Maar dat neemt niet weg dat het een ploeg blijft met bijzonder veel gestalte, met de ervaren Marcus Böhme als exponent met zijn 2m11 als moeilijk te omzeilen klip. Met Mark Lebedew – de vroegere coach van de Australische nationale mannenploeg (en zelfs even van Lennik) – hebben ze ook een ervaren man aan het stuur.”

Hoe kan je hen ontwrichten?

“Ik denk dat ons voornaamste wapen erin moet bestaan dat we hun indrukwekkend middenveld trachten uit te schakelen dankzij een sterke opslagdruk. Als dat kan, dan moeten we nadien alleen nog hun opposite en één van hun hoekspelers kunnen vastzetten. Een goed plan, op voorwaarde dat we zelf natuurlijk een goed niveau halen.”

Op 14 december volgt dan de volgende wedstrijd: thuis tegen reeksfavoriet Jastrzewski. Een zware klus.

“Absoluut. De Poolse ploeg is inderdaad de topfavoriet. Hopelijk kunnen we – zoals vorig seizoen – toch onze sterke thuisreputatie hoog houden.”

Maar je zal het vermoedelijk zonder jullie traditionele supporters moeten stellen in deze wedstrijd tegen een wereldploeg?

“Er is ons – door het uitstellen van de competitie – een voorbereidingsperiode gegund van tien dagen. Natuurlijk blijft het jammer dat onze supporters vermoedelijk niet lijfelijk zullen aanwezig kunnen zijn tijdens deze topmatch, maar elke medaille heeft twee kanten. Misschien neemt dat juist een beetje druk weg bij sommige van onze spelers. Zeker bij de nieuwkomers. Zo kunnen ze ontspannen toeleven naar die match zonder extra-supportersdruk op de schouders.”

Blijft in jullie poule nog een derde ploeg over: het Bulgaarse Pazardzhik, dat zich via de kwalificaties wist te plaatsen.

“Dat laatste zegt natuurlijk al iets over deze ploeg, die voor het eerst zal deelnemen aan de Champions League. Maar ze is er toch ook maar geraakt. Ze bestaat vooral uit een clubje oud-internationals, die zich nog blijven amuseren op het hoogste niveau met de steun van enkele jongeren, de 33-jarige Italiaanse receptie-hoek Massari en de Canadese opposite Bradley.

Ik vind het moeilijk om hun huidig niveau in te schatten, maar daarvoor kunnen we hun volgende wedstrijden in onze poule misschien als waardenmeter nemen. Voor zo ver ik het weet, spelen ze een beetje in de oud-Russische stijl: krachtig, hoog en met veel fysieke kracht.

Langs de ene kant hadden we met deze loting het geluk dat we b.v. niet in de poule van Civitanova terecht kwamen, maar dat wil nog niet zeggen dat het een simpele zaak zal zijn om twee keer van Pazardzhik te winnen. Want ik denk toch dat dit cruciaal kan zijn, willen we bij de beste tweedes van de Champions League eindigen.”

Staat Knack Roeselare – en in het bijzonder ook haar trainer – nu onder zware druk na die twee verloren Belgische wedstrijden op rij?

“Bij het bestuur van Roeselare bezitten ze een uitstekende mentaliteit en wordt er op geen moment druk gezet. Noch op spelers, noch op de coaches. Ze weten dat we er elke dag keihard aan werken om ons zo goed mogelijk te presenteren. Ook na de verlieswedstrijd in Maaseik bleef alles positief. Zo slecht was het nu ook weer niet. We weten dat we nog niet toe zijn aan het perfecte volleyball en dat zorgt misschien voor een beetje twijfels, zeker bij de nieuwkomers. We zijn nu éénmaal een andere ploeg dan vorig seizoen en dat vraagt dus een beetje aanpassing.”

In sommige media werd erop gealludeerd dat jullie naast het aanstormend talent Reggers gegrepen hebben, hoewel jullie naar hem geïnformeerd hadden.

“Dat is dan een duidelijk misvatting van die media. Natuurlijk is Ferre Reggers een talent, die uiteindelijk vertrok naar de club van zijn jongensdromen, die bovendien dichter bij zijn ouderlijk huis ligt. Maar ongeveer een vijftal clubs heeft met hem gepraat: Menen, Aalst, Roeselare… Het is nu ook niet zo dat hij de matchwinnaar was tegen ons. Gedurende één set heeft hij voor Maaseik uitstekend gespeeld, maar als je naar de scoutingsgegevens kijkt, dan scoorde hij aan 40%, terwijl bij ons Michiel Ayhi aan 56% geraakte. Toch nog wel een hoger rendement, dacht ik.”

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke