Fiere Kris Eyckmans: “Vijfde WK-plaats is uitstekend, maar halve finale was mogelijk”

We beginnen zoals we in de voorbeschouwing op het WK U21 al hadden geschreven: misschien kunnen de Red Dragons U21 voor de kers op de taart zorgen als afsluiter van deze drukke volleybalzomer? En jawel hoor, de talentvolle generatie heeft het beste voor het laatste gehouden en ontgoochelde absoluut niet. Alleen tegen Tsjechië ging het licht even uit bij uitblinker Seppe Rotty en co, maar voor de rest kunnen ze alleen maar met veel fierheid terugblikken op de knappe vijfde plaats.

Betekent dit dan dat we de uitblinkers van deze generatie binnen afzienbare tijd ook bij de seniores het verschil zien maken? Hoe wij als buitenstaander dan naar het resultaat op dit WK moeten kijken en welke stappen de spelers van de U21 nog moeten zetten om bij de grote jongens op deur te kloppen? Die antwoorden probeerden we los te wrikken bij coach Kris Eyckmans.

Kris, proficiat met die vijfde plek! Maar eerst en vooral: hoe blik jij terug op het afgelopen WK U21?

Kris Eyckmans: “Als iemand mij vlak voor het WK had gezegd dat we vijfde zouden eindigen, dan had ik daar onmiddellijk voor getekend. Maar achteraf gezien blijf ik toch zitten met een dubbel gevoel.”

Verklaar u nader, want bijvoorbeeld de eerste poulefase had niet beter kunnen lopen?

“Eigenlijk zaten we in de moeilijkste van de vier groepen. Op papier waren er drie ploegen die gingen strijden voor plaats één en twee, nl. Iran, Argentinië en wij als outsider. Vergeet niet dat Iran en Argentinië met deze generatie op het WK U19 de nummers vijf en drie waren. In de eerste wedstrijd pakken we meteen uit met een fenomenale stunt door met 3-2 te winnen van Iran. Dat is het nummer twee van de wereld in deze leeftijdscategorie en echt wel een goeie ploeg met veel potentieel. Nadien winnen we met 3-0 van Marokko waardoor we al zeker waren van een plaats in de volgende groepsfase en van een plaats bij de top-8 van de wereld. De derde wedstrijd tegen Argentinië winnen we met 3-1 en zo zijn we groepswinnaar in de moeilijkste poule. Maar…”

… het liep mis in de tweede poulefase, vooral tegen Tsjechië?

“Dat klopt. In een nieuwe poule van vier landen, plaatst de top-2 zich voor de halve finales. Maar tegen Tsjechië geven we spijtig genoeg een 2-0-voorsprong uit handen. Dat was eigenlijk ons slechtste moment van het toernooi. Nochtans hadden we vorig jaar op het EK met 3-0 van de Tsjechen gewonnen. Op dit toernooi waren ze iets sterker, maar een op niveau presterend België zou er van moeten winnen. Misschien liep het té gemakkelijk in de eerste set (25-14). Maar ook in de volgende sets kregen we nog genoeg kansen om te winnen, maar dat gebeurde niet.”

En dan begin je met een slecht gevoel tegen Argentinië, waarvan je nochtans won in de eerste poulefase?

“Ik ben er echt van overtuigd dat we mits winst tegen Tsjechië een andere wedstrijd hadden gespeeld tegen Argentinië, al betekent dat natuurlijk niet dat we zouden gewonnen hebben. Na het 1-3 verlies tegen Argentinië in de tweede poulefase waren we uitgeschakeld voor een plaats in de halve finales. De enige opdracht waarmee ik de jongens het veld opgestuurd heb tegen de latere wereldkampioen Italië was: vind ons eigen spel en onze eigen identiteit terug. En ze wisten heel goed welk spel en welke identiteit ik verwachtte.

Dat hebben we op trainingen en videosessies voldoende benadrukt. En zo hadden we ook Iran geklopt. We spelen een goede partij tegen een ijzersterk Italië en komen twee keer heel dicht bij setwinst. We verliezen 0-3 maar we hebben wel onze manier van spelen opnieuw gevonden. In de kruisfinales voor plaats vijf tot en met acht kloppen we met dat spel Brazilië en laten we hen verbouwereerd achter. En met hetzelfde intelligente spel verslaan we Bulgarije in de wedstrijd om plaats vijf.”

Als je achteraf terugkijkt, zat er dus meer in?

“Er was inderdaad een unieke kans om door te stoten tot de halve finale op het WK. Dan zouden we uitgekomen zijn tegen Rusland en ik ben echt niet bang om met deze groep tegen Rusland te spelen. Vorig jaar verloren we nipt van hen met 3-2 tijdens de halve finale op het EK waaronder een 15-13 in de tie break. Ach, gedane zaken nemen geen keer. Wij kloppen Brazilië en Bulgarije en eindigen vijfde op een WK U21.”

Lennert Van Elsen en zus

Zijn er zaken die je gaat meenemen naar de Topsportschool in Vilvoorde?

“Toch wel en net daarom is zo’n WK interessant. Zo heeft deze lichting bijvoorbeeld potentieel voor een uitstekende jump spin-opslag en dan denk ik aan spelers zoals Seppe Rotty, Simon Plaskie, Wout D’Heer, Lennert Van Elsen, Sam Fafchamps en Ferre Reggers. Daar hebben we op training ook aan gewerkt. Toch heb ik gemerkt dat we tijdens het toernooi op bepaalde momenten en door de te hoge foutenlast zijn moeten terugvallen op onze float-opslagen. Als we onze talenten willen voorbereiden op internationaal volleybal, moeten we dus veel tijd en energie blijven spenderen aan die jump spin-opslag, zowel in Vilvoorde als bij de clubs. Op internationaal niveau bij de seniores is dat gewoon onontbeerlijk en van een enorm groot belang. Dit is maar één voorbeeld, want ik kan je een boek schrijven over de analyses en de conclusies van zo’n WK.”

Hoe zou jij deze U21-jongens omschrijven?

“Elke speler die mee was en elke speler uit de ruime kern is een crème van een gast. Het is een hechte groep die ook al zes jaar samen speelt in de nationale jeugdselecties. En er zitten enkele spelers bij met potentieel voor de toekomst van de Red Dragons.”

Werp eens een licht over de toekomst van deze jongens?

“Op het afgelopen EK bij de seniores hebben jongens zoals Wout D’Heer, Lennert Van Elsen en Martin Perin al geregeld in de basis gestaan. Dat geeft aan dat zij klaar zijn om op dat niveau en in die ploeg een rol van betekenis te gaan spelen.”

En Seppe Rotty? Puur statistisch gezien – beste aanvaller, topscorer en beste receptie – was hij misschien wel de beste speler van het toernooi?

“Ik vind persoonlijk dat Seppe een uitstekend toernooi heeft gespeeld. Hij was onze topscorer, had een stabiele receptie, was handig en slim in de aanval en hij combineerde dat ook nog eens met explosiviteit en knappe hoeken.”

Seppe Rotty

Hebben we te veel verwacht van ruwe diamant Ferre Reggers die tijdens het verloop van het WK wat wegdeemsterde?

“Ferre heeft een degelijk toernooi gespeeld, maar niet op het niveau EK U20. Dat klinkt misschien hard, maar het is wel een eerlijke en correcte analyse. Al mogen we zeker niet onderschatten dat die jongen deze zomer amper rust heeft gekregen. Na de Topsportschool trok hij op stage met de Red Dragons. In juli wachtte hem dan weer een uitgebreide voorbereiding bij de U19 voor het WK in Iran, waar hij enorm veel ballen heeft moeten verwerken. En daarna sloot hij nog eens bij de U21 aan waar hij een uitgesproken basisspeler is. Ik heb hem tijdens het toernooi meer dan eens extra rust gegeven zodat hij kon recupereren.”

Welke stappen moet deze generatie nog zetten om bij de seniores hetzelfde te kunnen realiseren?

“Er zijn nog heel veel zaken die beter kunnen hoor (lacht). Ervaring is een cruciale factor, maar natuurlijk moeten ze zich nog op fysiek en technisch vlak ontwikkelen. Bovendien moeten ze zich ook bewust zijn van hun profiel. Ik kom even terug op Seppe Rotty. Ook al speelt hij een heel sterk WK, hij zou nog moeten werken aan een grotere zone in receptie en aan zijn positie en techniek in verdediging. Op U21-niveau is hij een absolute sterkhouder, maar hij moet zich voorbereiden op een rol op een hoger niveau bij de seniores.”

Hoe kijk jij, als technisch directeur van de nationale jongensploegen, naar de andere prestaties van deze zomer?

“Niet alleen de U21 maar ook de U19-jongens hadden zich geplaatst voor het WK, dat is knap. Het is gewoon erg moeilijk om als Europees land op zo’n WK aanwezig te zijn. De U19 moet top-6 op een EK spelen om zich te plaatsen en mijn selectie moet in principe zilver halen op een EK om zich te plaatsen voor het WK. Ons brons van vorig jaar op het EK in Tsjechië volstaat dus niet… Het is enkel omdat Italië, Europees zilver, organiseert dat wij opgevist werden voor het WK. Dat maakt het echt wel moeilijk om als Europees land op zo’n groot toernooi te raken. De concurrentie in Europa is veel groter dan op de andere continenten. Laat ons een kat een kat noemen: Europa is simpelweg het sterkste volleybalcontinent en dat maakt het ons moeilijk om deel te nemen aan een WK U21 of aan de Olympische Spelen met de senioren. Het zijn zelden de sterkste landen die deelnemen, omdat er gekozen wordt voor een spreiding over de continenten. Kijk naar de top-8 van het WK U21: er nemen zes Europese ploegen deel en die eindigen alle zes in de top-8!”

Opvallend of juist niet: we zagen op enkele sfeerfotos tijdens het WK U21 af en toe de kop van Gert Vande Broek opduiken? Was hij in Italië als supporter of?

“Gert is mee met onze groep vertrokken naar Sardinië. Toen Dominique Baeyens op pensioen ging als TD van de Topsportschool is die functie verdeeld over drie mensen. Kris Vansnick is verantwoordelijk voor de selectie en detectie en voor de eerste graad in het Redingenhof in Leuven. Ik ben verantwoordelijk voor de tweede en derde graad in Vilvoorde. Het derde luikje is bij Gert terecht gekomen en dat is het ‘coach the coach’-verhaal. Hij is daar voornamelijk als observator van de werking en volgt de ontwikkeling van de spelers mee op. Gert is een absolute topcoach, dus hij is ook voor mij een uitstekend klankbord op zo’n WK.”

Is het de bedoeling dat dit in de toekomst bij alle jeugdselecties zal gebeuren?

“Dat is zeker het plan, gesteld dat de agenda’s het toelaten. En dat zou opnieuw Gert kunnen zijn, maar ook iemand anders zoals bijvoorbeeld onze algemeen directeur topsport Koen Hoeyberghs.”

Maar je hebt Gert niet nodig om voor jezelf een grondige analyse te maken, toch?

“Onderschat nooit dat je als coach vaak geïsoleerd staat en dat het heel moeilijk is om een klankbord op hoog niveau te vinden. In een veilige en kwalitatieve omgeving als de federatie sta je dus niet alleen als coach en kan je een beroep doen op de kennis van anderen. Maar als coach ben ik continu bezig met zelfreflectie. Of het nu bij VHL, bij de Topsportschool, of bij de U21 is. Als coach ben je dat aan jezelf verplicht, vind ik.”

Gebuisd zal je door die vijfde plaats op het WK alvast niet zijn? Je krijgt van ons eerder een onderscheiding.

“Deze campagne zal zeker nog geëvalueerd worden door de technische cel. Maar vijfde eindigen op een WK is gewoon uniek en iets om ongelooflijk fier op te zijn.”

Tekst: Kenny Hennens

Foto’s: Bart Vandenbroucke / FIVB