Speelsters van Asterix willen het vel van Olympiakos

Geen mondmaskers, wel een corona-safe-pas voor iedereen. Een team met heel wat lengte, power en jeugdig talent. Een slim wedstrijdplan en een grote portie zegedrang plus het thuisvoordeel. Dat zijn de wapens waarmee Asterix Avo dinsdagavond om 18.30 uur de Griekse kampioenen van Olympiakos Piraeus wil bekampen tijdens de terugwedstrijd van de voorronde in de Champions League.

Gesteund door échte supporters die zich niet verlagen tot onsportieve en snerpende fluitsignalen, zoals de Grieken in Athene. En bovendien – dat merken de speelsters ook – geruggesteund door een uitgebreide, ijzersterke organisatie met de hulp van heel wat vrijwilligers. Zij voelen de motivatieprikkels vanuit de club. Dat vertaalt zich in een aanstekelijke drijfveer op het veld. Stimulansen en kansen.

Wat Europese ervaring betreft, scoort de Oost-Vlaamse volleybalclub bijzonder goed. De vereniging speelt dit jaar het 26ste jaar in Europa. De terugwedstrijd tegen Olympiakos Piraeus is match nummer 145 van de Beverse trots. Wie weet kan Asterix Avo dit seizoen zijn honderdvijftigste Europese confrontatie afwerken. Gigantisch is het enige woord dat bij zo’n uitgebreide volleybalhistorie en rijke traditie past. Wat de totale leeftijd van het team betreft, is Asterix Avo ook een koploper in de Champions League. De ploeg van coach Kris Vansnick is gemiddeld 20 jaar jong. Dat is eventjes zeven jaar minder dan hun Griekse opponent.

Olympiakos – dat is de helft van de Griekse nationale ploeg – aangevuld met Braziliaans (Mari Costa), Cubaans (Salas Rosell) en Duits (Saskia Hippe) aanvalsgeweld. De Grieken tonen met hun recente transfers veel ambitie. Hun nieuwe trainer Gil Ferrer Cutino uit Cuba was in Duitsland en Nederland assistent bij Giovanni Guidetti, waarschijnlijk de meest succesvolle vrouwencoach van het moment. Indien de Beverse club zou winnen dan moeten Kris Vansnick en zijn team in oktober naar Minsk in Wit-Rusland. Bij verlies trekt Asterix Avo opnieuw naar Griekenland, want dan wordt het opgevist in de CEV Cup. In de 1/16 finales kunnen ze Thessaloniki ontmoeten. Wordt er tegen Minsk verloren, dan wacht een mooie uitdaging in het Franse Le Cannet.

Twee topteams die de strijd aangaan op het allerhoogste Europees niveau – de Champions League – terwijl zij nog geen enkele competitiematch in de Belgische of Griekse Superliga hebben gespeeld. Het blijft een raar, zelfs ietwat onlogisch gegeven.

Dat de beide teams nog volop in de opbouwfase zitten, was op sommige momenten te merken tijdens de heenwedstrijd in Athene. Asterix Avo beet flink van zich af in de bloedhete Melina Mercouri Arena aan de Griekse havenstad. Winst in de openingsset en uitzicht op een tiebreak na een spannende 25-23 eindstand in de vierde set was de beloning voor de Beverse formatie. Het voelde niet aan als een forse nederlaag. We bespeurden zelfs een beetje fierheid na een prachtprestatie tegen een Europese traditieclub. De terugwedstrijd kan alle richtingen uit. Een volgende ronde in het Europese strijdtoneel is alvast gewaarborgd.

Indien Asterix Avo eventueel de twee voorronden zou overleven en de poulefase van de Champions League zou bereiken, dan komen ze uit tegen Imoco Conegliano (Italië), Chemik Police (Polen) en Fatum Nyiregyhaza (Hongarije). Met het nodige voorbehoud natuurlijk…

Nova Marring (20 jaar, 1.84m), Laura Overwater (23 jaar, 1,88m) en Nynke Hofstede (24Afbeelding
 jaar, 1,92m) reageren vastbesloten wanneer zij voor de keuze van de Champions League of de CEV Cup gesteld worden.

“Wij willen naar Minsk en kiezen voor de sterkste Europese competitie. Ook al is de verplaatsing naar Belarus een stuk moeilijker”, klinkt het Nederlands trio resoluut in koor. “Wij gaan er alles aan doen om de terugwedstrijd tegen Olympiakos Piraeus te winnen. We hebben voor Asterix Avo gekozen omdat de professionele aanpak hier groter is dan in Nederland. Dagelijkse trainingen, ook in de namiddag. De meerwaarde van twee assistent-trainers en telkens een uitgebreide video-analyse. De vele vrijwilligers in de club en de warme betrokkenheid van iedereen, plus de faciliteiten en het extra Europese verhaal naast een eigen competitie met allemaal sterke teams. Dat komt in Nederland veel minder voor.”

Nova Marring en Laura Overwater kennen het Belgische volleybal reeds beter na hun passage bij Jaraco LVL Genk. Nynke Hofstede komt vanuit de Hollandse competitie bij Regio Zwolle en voor haar is het allemaal nieuw. “In Nederland moeten de speelsters werken om te kunnen leven naast het volleybal”, verklaart de lange midblokker. “Een full-time bestaan in het volleybal kennen we bij ons niet. Ofwel ga je vol voor het volleybal, ofwel kies je voor een maatschappelijke carrière. De combinatie van beide komt bijna niet voor in ons land. Dus de ambitieuze speelsters trekken naar het buitenland. Het niveau in de Nederlandse competitie ligt daarom ook lager.”

“In België is het veel moeilijker om te scoren”, vult Laura Overwater aan. “Hier worden veel meer ballen verdedigd. Ik heb in Limburg twee jaar Julien Van de Vyver meegemaakt. Heel leerrijk en toch gaat onze trainer Kris Vansnick nog een stapje verder. Hij let nog meer op details.” “Het volleybalspel verloopt hier ook veel sneller”, weet Nova Marring die toch vanuit het Talententeam in Papendal komt. “Met meer power, goed georganiseerd op het terrein. Het is niet slecht hoor, want ze zijn zich in Nederland volop aan het voorbereiden op het WK dat volgend jaar bij ons georganiseerd wordt. Er wordt gewerkt aan een nieuw project. Erg toekomstgericht en het zal bekend worden onder de naam ‘Nederlands team ’22’. Frequenter samen trainen en via een ‘Challenge team’ dat in de Hollandse eredivisie actief zal zijn, kunnen de talenten doorstromen naar het A-team. Boeiend en interessant allemaal. Ondertussen voelen we ons hier opperbest in België. Het is geweldig om in zo’n succesvolle club te volleyballen.”

Tekst: Walter Vereeck

Foto’s: Guy Verbraeken