Red Dragon Matthias Valkiers: “Ik wil opnieuw tevreden zijn over mijn niveau”

Veelvoudig international Matthias Valkiers zal nooit een praatjesmaker worden, maar nam met ons toch uitgebreid de tijd om te babbelen over zijn onverwachte terugkeer naar de vaderlandse competitie. De 31-jarige spelverdeler praat niet alleen rechtuit over zijn opvallende keuze voor Haasrode Leuven, zijn fysieke paraatheid en toekomst bij de Red Dragons, maar ook over zijn avonturen in Turkije, Roemenië en Griekenland.

Nee, even veel luister als de transfer van Hendrik Tuerlinckx naar VHL kreeg de komst van Matthias Valkiers van het Duitse Frankfurt niet, maar dat laat de ervaren setter niet aan zijn hart komen. Nochtans is de ingetogen maar sympathieke globetrotter na zes seizoenen buitenlands topvolleybal opgelucht om terug dichtbij zijn vriendin Sofie en zijn herstellende vader te zijn en hopelijk ook bij zijn beste vorm. Ondanks de muizenissen in zijn hoofd over het voorbije anderhalf jaar, wil Valkiers zich als een jong veulen bewijzen en laten zien dat hij zijn plafond nog niet heeft bereikt. Met een topfitte Valkiers hebben de Red Dragons op het Europees Kampioenschap in september alvast een extra troef in handen.

Net daarom deze eerste vraag: wat heeft een veelvoudig international en klasbak zoals jij te zoeken bij een subtopper als Haasrode Leuven?

Matthias Valkiers: “Ik begrijp dat mijn transfer bij veel mensen de wenkbrauwen deed fronsen, maar ik zie dat toch anders. Je moet weten dat Kris (Eyckmans, de coach van Haasrode Leuven) me eind vorig jaar al contacteerde. Hij wist dat ik geblesseerd was aan mijn rug en legde me het project van Haasrode Leuven voor. Ik kan me vinden in de visie van de club om gestaag, maar op een doordachte manier door te groeien naar de Belgische top. Ook het feit dat ik voor drie seizoenen kon tekenen, brengt gewoon rust en zekerheid in mijn hoofd.”

Het sportieve luik is één kant van het verhaal. Zijn er – net zoals bij Hendrik Tuerlinckx – ook extra-sportieve zaken die jouw keuze hebben beïnvloed?

“Ik was zeker tevreden bij Frankfurt en ondanks mijn rugblessure is de club me steeds blijven steunen. Maar ik moet eerlijk toegeven dat ik de laatste twee à drie jaar wel vaker heb uitgekeken om terug te keren. Ik denk er toch aan om mij te settelen met mijn vriendin Sofie. Dankzij Corona kon zij wel al eens wat langer in Frankfurt blijven, maar haar thuisbasis blijft toch het Gentse. Bovendien is mijn vader heel erg ziek geweest en geraakte hij tijdens de eerste golf besmet door Corona. Eind vorig jaar werd bij hem ook prostaatkanker vastgesteld. Om dan telkens terug te keren vanuit het buitenland… (zucht). Je begint dan toch wel eens na te denken.”

Ken je eigenlijk iemand binnen de club?

“Kris en Koen (Aerts, assistent-coach bij VHL) ken ik van bij de nationale ploeg evenals spelers Simon Peeters, Berre Peters en Lennert Van Elsen. Bij de fysieke staf zijn Stijn Bogaerts en Fons Vranken me niet onbekend. Trouwens, toen ik tien jaar geleden nog bij Maaseik speelde en Haasrode Leuven in Liga B acteerde, verloren we hier voor de Beker van België. Als je ziet welke stappen de club ondertussen heeft gezet… chapeau.”

Als ik je zo hoor vertellen, voel je het dus niet aan als een stap terug?

“Nee, als je naar mijn persoonlijke situatie kijkt, klopt het plaatje gewoon. Ik heb me goed geïnformeerd en alleen maar goede dingen gehoord over de club. Volleybal is een kleine wereld hé. En ik ben niet teruggekeerd om uit te bollen. Kris heeft me trouwens verteld dat hij wil groeien naar één vaste spelverdeler (de voorbije twee seizoenen speelden afwisselend Robin Blondeel en Lienert Cosemans op die positie met wisselend succes, nvdr.). Al moet ik ook eerlijk toegeven dat mijn manager niet tevreden was met mijn transfer. Ik ben er nu 31, maar als spelverdeler moeten mijn beste jaren nog komen.”

Je sluit een terugkeer naar het buitenland dus niet uit, ondanks het feit dat je voor drie seizoenen hebt getekend?

“Zeg nooit nooit en zelfs met een langdurig contract zijn er altijd mogelijkheden. Maar zover wil ik zeker niet op de zaken vooruitlopen. Eerst zien dat ik topfit geraak.”

Hoe zit het eigenlijk met jouw fysieke paraatheid? Een operatie aan de rug lijkt me nefast voor de carrière van een topvolleyballer.

“Sinds december was ik out door een hernia in de lage rug en ik heb nog nooit zo afgezien. Ik kreeg enorm veel uitstralingspijn in mijn benen. Twee weken heb ik zitten kronkelen van de pijn, van het ergste wat ik al heb meegemaakt. Daarom zijn we tot een operatie overgegaan in Frankfurt, in overleg met de clubarts van Haasrode Leuven. Ze hebben een stukje discus weggenomen, waardoor er nu geen druk meer is in mijn onderrug. De operatie was geslaagd, dus het zou geen gevolgen mogen hebben voor het verdere verloop van mijn carrière.”

Ligt de datum van jouw rentree al vast?

“Daar durf ik me nog niet over uitspreken, dat is gevaarlijk (lacht). Ik heb nog een lange weg te gaan, maar mijn revalidatie verloopt volgens schema. Ik moet wel waakzaam blijven, maar onder begeleiding van het SMAC (Sportmedisch Adviescentrum van het UZ Leuven en de KUL) en Fons Vranken zie ik het wel goed komen. Ondertussen zijn mijn fysieke oefeningen al wat dynamischer en ik voel dat ik steeds soepeler wordt, maar voor de baltrainingen is het nog even wachten.”

Ga je speelklaar geraken voor de Red Dragons, want het belooft een drukke zomer te worden?

“De European Golden League (eind mei en begin juni) zal waarschijnlijk te vroeg komen, maar stiekem hoop ik wel om fit te zijn bij de start van het EK begin september. Ik heb al regelmatig met bondscoach Fernando Muñoz gebabbeld en ik ben twee keer per week in het trainingscentrum in Leuven voor de teammeetings, maar voor de rest revalideer ik in het Topsportcentrum in Vilvoorde. Ik zal wel de eerste supporter zijn in de Golden League, want met tegenstanders als Letland, Estland en Spanje kunnen we ons geen misstap veroorloven. Anders zakken we op de wereldranking en dat zou gevolgen kunnen hebben om ons te kwalificeren voor het WK.”

De Red Dragons rekenen natuurlijk op Stijn D’Hulst van Roeselare, uitgeroepen tot beste speler van de competitie. Maar als jij topfit bent, kan je met jouw uitstraling en internationale ervaring ook een belangrijke rol spelen.

“Ik ben inderdaad een andere speler door de levenslessen die ik in het buitenland opdeed. Ik ben in de eerste plaats mondiger geworden, want ik ben eerder introvert. Ik was pas 23 toen ik alleen in Turkije bij Palendoken terechtkwam. Ik leefde in Erzurum, een stad 1.000 km ten oosten van Istanbul in de bergen waar het erg koud was. Op zo’n momenten leer je jezelf kennen. Net zoals tijdens mijn periode bij Zalau in Roemenië. Ik schrok er van de armoede. Sportief was het er top, maar het gewone leven was spotgoedkoop. Je moest er echt moeilijk doen om veel geld uit te geven (lacht).”

Je speelde ook nog in Frankrijk (Tourcoing) en Griekenland (PAOK). Vertel eens een leuke anekdote uit die periode?

“Tijdens mijn eerste week in Griekenland kreeg ik meteen een auto van de club en stond ik langs de weg aan een tankstation. Op de auto stond nog geen reclame van de club, maar op mijn achterbank lag wel een sporttas van PAOK. Een supporter had dat blijkbaar gezien en vroeg of ik sportte. Ik zei dat ik volleyballer was tot die man mij plots zijn tatoeage toonde. Niet op zijn arm of been zoals bij de meeste mensen, maar wel aan de binnenkant van zijn lip. De Griekse supporters zijn echte de vurigste die ik heb meegemaakt. In PAOK heb ik genoten van het zuiderse leven en als je goed presteerde, legde de club je echt in de watten.”

Wat wil jij de jonge spelersgroep van Haasrode Leuven, met een pak studenten, bijbrengen met al jouw ervaring?

“In de eerste plaats mentaliteit. Er zijn dikwijls momenten geweest dat ik me bijv. ergerde aan de professionaliteit van de spelers aan de Middellandse Zee. Als het goed weer was, hadden ze vaak geen goesting om te trainen. Ten tweede wil ik ook op technisch-tactisch vlak zaken aan de man brengen.”

Mogen we van jou ook vreugdekreten verwachten na een punt, zoals Seppe Baetens dat vaak deed om de ploeg scherp te houden?

“Er is natuurlijk maar één Seppe (lacht). Nee, ik ben eerder een rustige speler, maar op moeilijke momenten zal ik zeker proberen te coachen.”

Waar wil jij met Haasrode Leuven eindigen volgend seizoen?

“Dat is een lastige vraag. We zullen moeten kijken hoe we het competitiebegin verteren. Ik weet alvast dat elke ploeg serieus is versterkt. Als je ziet dat bijv. een Gert van Walle bij Achel heeft getekend. Er zijn enkele sterke transfers gebeurd. Eén ding is zeker: het gaat een leuk seizoen worden en het zal elke speeldag knokken worden. Ik hoop natuurlijk wel dat we met Haasrode Leuven een stap vooruit kunnen zetten om de kloof met de absolute top kleiner te maken.”

Mag ik je verder nog iets wensen?

“Ik wil eerst en vooral gezond blijven. En ik wil terug tevreden kunnen zijn met mijn niveau, want dat zal tijd vergen na vijf à zes maanden zonder wedstrijd. Eenmaal ik dat gevoel bereikt heb en 100% fit ben, zal het spelplezier wel snel terugkomen.”

In die zin zou het EK wel net op tijd komen?

“Klopt! Als ik het EK haal, is mijn eerste doelstelling bereikt. Het zou me echt wel een boost kunnen geven. Wie weet, ben ik dan vertrokken voor een topseizoen.”

Tekst: Kenny Hennens

Foto’s: Bart Vandenbroucke