Fien Callens kan bogen op een stevige bekerreputatie.
“Drie keer stond ik als speelster in een finale om de Belgische beker en drie keer mocht ik mee de trofee in de hoogte steken: in 2009 bij VDK Gent met Stijn Morand als coach, in 2013 met Oudegem onder coach Sacha Koulberg en in 2016 met Asterix en Gert Vande Broek als coach,” herinnert de huidige Oudegemse coach zich fier.
Zondag kan dat dus een 4 op 4 worden als Oudegem het haalt van Asterix Avo Beveren. “Het is tegelijkertijd een stap in mijn coachescarrière, want als coach zou die overwinning de primeur zijn. Ik ben er zelf benieuwd naar. Ik weet nu al dat ik niet gestresseerd zal zijn, maar dat ik wel onder een gezonde spanning zal staan. Ook al start Asterix als favoriet, toch geven we ons uiteraard niet bij voorbaat gewonnen. Moeilijk gaat ook en een bekerfinale is maar één match waarin je alles kan verzilveren.”
Waarom zeg je toch dat Asterix start als favoriet?
Fien Callens: “Het is duidelijk dat Asterix momenteel ‘in the flow’ zit en vorige week nog met 0-3 ging winnen bij VDK Gent. Zij hebben meer controle op het spel, terwijl wij wel goed draaien maar de controlefactor ligt lager. Wij moeten soms nog zoeken naar meer stabiliteit en we maken dan ook wel eens ‘duurdere foutjes’. Maar het is natuurlijk ook zo dat beide ploegen geen geheimen meer hebben voor mekaar. Wij zitten met een iets kleinere kern, maar alle speelsters krijgen bij ons ook spelgelegenheid en iedereen kent haar rol als ze op het terrein komen.”
Toch verloren jullie in de competitie slechts met 3-2 tegen Asterix, met een 16-14 in de tiebreak. Getuigt dat niet van een zekere stabiliteit?
“Ik ben zeker niet ontevreden over onze groep van dit seizoen. Slechts één keer was ik ontstemd en dat was na de 3-1 nederlaag op VDK Gent. Maar ik vind het knap van deze spelersgroep dat ze b.v. een heel mooi bekerparcours heeft afgelegd. Heel clean met overwinningen tegen Charleroi, Ladies Volley Limburg en twee keer Tchalou, terwijl we in de competitie onze meeste tiebreaks winnend afsloten. Vorig weekeinde nog tegen Charleroi, dat nu ook aantrad met Juric als sterke opposite.”
Wat maakt je verder trots over deze spelersgroep?
“Ik vind dat we een mooi uitgebalanceerde ploeg bezitten. En bij ons staan de jongere speelsters ook effectief op het terrein. Ik vind het b.v. heel knap wat Nikita De Paepe reeds presteert als opposite, terwijl ze pas komende maandag 20 jaar wordt. Zij moet het toch maar opnemen tegen sterke, geroutineerde opposites als Juric, Smeets, Gillis en zelfs Britt Ruysschaert in een lichtjes andere vorm. Verder is bij ons Van Assche 20 jaar, Bieke Kindt is er 21, onze libero Nel De Meyer is er nog maar 19.”
Maar daar staan toch ook een aantal geroutineerde speelsters tegenover?
“We hebben inderdaad Bente Daniëls (24), aanvoerster Elise Van Sas (23) en met Amber De Tant en Nina Coolman (30) hebben we nog meer ervaring in de ploeg gebracht. Ik beschouw het dan ook als een ideale mixte tussen oudere en jongere speelsters.”
Wat zijn dan toch nog de zgn. zwakkere punten van dit Oudergem?
“Ik zie het wel elke week beter worden, maar we kennen niet elke week dezelfde stabiliteit. Daarom ook dat er soms nog wedstrijden verloren gaan. Stabiliteit is bijgevolg het sleutelwoord bij Oudegem. Als dat zondag lukt tegen Asterix, dan kunnen we misschien wel voor de verrassing zorgen. Ook ikzelf heb b.v. minder ervaring als coach dan Kris Vansnick, die als assistent van de Yellow Tigers kan bogen op een pak meer ervaring en die weet en aanvoelt wat er in ‘money time’ kan gebeuren met zijn ploeg. Voor Dries – mijn man en tevens assistent bij Oudegem – en mezelf betekenen deze finales weer een stap in onze coachescarrière. Ik zou ook als coach wel eens graag die beker winnen.”
Is spelen in een lege zaal een voor- of een nadeel voor Oudegem?
“Dat is misschien voor iedereen verschillend, maar ikzelf speelde altijd liever voor een volle zaal vol ambiance. Of dit nu een voor- of een nadeel is voor onze ploeg, kan ik moeilijk zeggen. Het gaat zondag tussen twee goede teams, die verdiend in de finale staan. Ik denk dat het een heel respectvolle wedstrijd wordt tussen twee hard werkende en gemotiveerde ploegen.”
Elise Van Sas: “Ambities in bekerfinale en nog veel meer”
Toch ook eens even luisteren naar de aanvoerster van de ploeg, nl. Elise Van Sas.
“Natuurlijk jammer voor onze supporters dat ze niet in de Lotto Arena kunnen aanwezig zijn,” vult de 23-jarige Kempense aan. “We zullen ze missen op de momenten dat we misschien in een dipje zitten. Maar we beseffen ook dat ze thuis ontzettend hard voor ons zullen supporteren, want er werden al meer dan 200 speciale T-shirts voor de bekerfinale aan de man/vrouw gebracht. Iedereen weet hoe moeilijk het is om in onze kleine zaal te spelen in een helse sfeer. Maar aan dat kleine nadeel mogen we niet denken.”
Hoe denk je dat op te vangen?
Elise Van Sas: “Wij zijn een ploeg die nooit opgeeft. Twee keer konden we dit seizoen al een 1-2 achterstand omzetten in winst tijdens de tiebreak. Wij bezitten momenteel een super goede sfeer in de ploeg, iedereen kijkt uit naar de bekerfinale. Wij zijn een ploeg met een ideale mixte van jongere en oudere speelsters en iedereen kent er haar rol. Wij moeten het ook wel hebben van ons enthousiasme. Tegen Asterix verloren we in competitie in de tiebreak met 14-16. Daar hebben we zeker lessen uit getrokken. Al geef ik toe dat Asterix momenteel heel sterk bezig is. Ik denk dat hun bekernederlaag van vorig seizoen tegen Oostende wel pikte en dat ze deze keer een serieuze revanche willen. We zijn dus gewaarschuwd, maar ik denk niet dat we daardoor geïntimideerd op het terrein komen.”
Tegen Charleroi werd het vorige week een zuinige tiebreakwinst, hoewel jullie die ploeg vlot geklopt hadden in de bekermatch…
“Maar je mag Charleroi ook niet onderschatten met Lise De Valkeneer en Juric, hun opposite. Die was er niet bij in de bekermatch en dat scheelde natuurlijk een slok op de borrel. Maar uiteindelijk wonnen we toch van hen. Nog een bewijs van onze vechtlust. Vergeet ook niet dat Asterix in de competitie ging verliezen bij Charleroi. Dus zo slecht was onze prestatie bijgevolg ook weer niet.”
Hebben jullie extra getraind deze week?
“Niet anders dan bij een gewone competitiewedstrijd. Niks extra’s. Zelf heb ik al de ervaring van drie bekerfinales: twee keer bij Asterix (maar eigenlijk stond ik daar twee keer in de huppelhoek) en in 2018 bij Oudegem. Maar toen werden we door Asterix geklopt.”
Wat is de ambitie nog van dit Oudegem?
“Op korte termijn gaan we natuurlijk voor bekerwinst, nadien voor het behalen van één van de eerste vier plaatsen in de play-offs en vervolgens naar een plaats in de play-off-finales. Zelf moet ik nog twee jaar studeren en in die tijd moet ik zowel op volleygebied als op studiegebied een nog hoger niveau halen en constanter presteren op het terrein.”
Is dat nog altijd te combineren: volley en studie?
“Tot hiertoe wel. Het is elk jaar wel een beetje puzzelen om te zien welke vakken ik wil volgen en dan zien dat je voldoende tijd hebt om de examens af te leggen. Ik moet nog twee jaar studeren om bio-ingenieur te worden.”
En wat zijn jouw persoonlijke ambities nog op volleygebied?
“We kregen allemaal een briefing van het programma van de Yellow Tigers voor deze zomer. Zo zouden we vijf weken op éénzelfde plaats moeten verblijven met alle ploegen uit de Volley Nations League met de bedoeling gedurende al die weken in dezelfde ‘bubbel’ te verblijven. Daar zou ik graag aan meedoen om er nog meer ervaring op te doen en te profiteren van de kansen die ik er zou krijgen. Vermoedelijk lig ik daarvoor in concurrentie met Jutta Van de Vyver. Zij is sterk in het achterveld en ik heb mijn gestalte mee om ook aan het net mijn streng te trekken. Maar ook daarvoor moet ik dan wel heel constant acteren. En als ik binnen twee jaar mijn studies beëindigd heb, zou ik geen ‘nee’ zeggen tegen een avontuur in het buitenland. Veel bijleren, maar het moet ook plezierig blijven.”
Tekst: Marcel Coppens
Foto’s: Bart Vandenbroucke
