Mario Trochs: “Nieuwe zaal godsgeschenk voor Kruikenburg-Ternat”

Mario Trochs is hoofdcoördinator en technisch adviseur bij Volley Kruikenburg Ternat, nog een club die mag pronken met vijf sterren uit het Jeugdsportfonds. In het komende seizoen fungeert Mario ook als T2 van vrouwenereklasser LVL Ladies Volley Limburg (As/Tongeren) in het spoor van headcoach Julien Van de Vyver.

Had je verwacht dat Kruikenburg vijf sterren zou krijgen? Is dat beter of minder goed dan vorig jaar?

Trochs: “Om vijf sterren te krijgen, moet je aan heel wat voorwaarden voldoen die omschreven staan in een document. Bij het invullen van dat document bleek dat we doorgaans positief konden antwoorden op de gestelde voorwaarden. Zo konden we al verwachten dat we hoog zouden eindigen. Maar we wisten uiteraard niet hoe de andere clubs het zouden aanpakken. Daarom is het telkens een blijde verrassing om in de top vijf te pieken. We hebben het even goed gedaan als vorig jaar, we eindigden op het podium.”

Op basis waarvan denk je dat jouw club uitverkoren werd bij de top vijf?

 “We zijn een vrij grote club met een evenredig aantal jongens en meisjes. Vooral het feit dat we over een vrij groot aantal jongens beschikken, is een valabele waardemeter, aangezien het volleybal de laatste jaren minder populair is geworden bij de jongens. We werken meteen ook op verschillende niveaus. De meer gemotiveerde en getalenteerde jongens en meisjes trainen extra en worden ingeschreven in de Champions League competitie. De jongens en meisjes die volley meer als een recreatieve hobby beschouwen, krijgen bij ons ook kansen.

Bovendien hebben we een bewegingsschool voor kinderen uit de derde kleuterklas en het eerste leerjaar en we hebben een initiatiegroep voor kinderen vanaf het tweede leerjaar. In beide groepen is telkens een dertigtal kinderen actief. Wat bieden we aan: stages, initiatiemomenten, talentontwikkeling en doorstroming naar de seniorsploegen. We beschikken over drie vrouwen- en drie mannenteams op verschillende niveaus.

Ook ‘nationaal’, om de doorstroming van de eigen jeugdspelers en -speelsters vlot te laten verlopen. Het mooiste bewijs van onze jeugdwerking is het aantal eigen spelers en speelsters bij onze teams in nationale. De mannen tellen acht spelers uit de eigen jeugdrangen, onder wie drie jonger dan achttien lentes; bij de vrouwen tel ik tien speelsters met een gemiddelde leeftijd van eenentwintig jaar.

Ook voor beachvolleybal en zitvolleybal kan jeugd terecht in onze club. Onze trainers hebben een eigen coördinator en er wordt jaarlijks een clinic georganiseerd met zeer gereputeerde trainers. Ik denk aan Dominique Baeyens, Julien Van de Vyver, Emile Rousseaux en Brecht Van Kerckhove.”

Heb je een aantal zaken moeten aanpassen om zo ver te geraken in vergelijking met vorig jaar?

“We hebben onze jeugdbeleidsstructuur beter uitgewerkt. Zo heeft iedere leeftijdscategorie een eigen jeugdcoördinator zowel bij de jongens als bij de meisjes. Aan het hoofd van deze sportieve cel sta ikzelf als hoofdcoördinator en technisch adviseur. Ik stel de doelstellingen en het visieplan op en teken de technische en tactische lijnen uit, die dan worden opgevolgd door onze jeugdcoördinatoren.

We hebben meer ingezet op beachvolleybal. Zo’n zestigtal jongeren heeft zich daarvoor geëngageerd. Voorts moesten we niet te veel veranderen, omdat we het vorig seizoen al prima hadden gedaan.”

Wat zijn jullie sterke punten op gebied van jeugdbeleid?

“We bieden kwalitatieve trainingen aan met een vrij hoog aantal gediplomeerde trainers. Bij onze jongsten (U9 en U11) zijn onze betere trainers actief, geassisteerd door een aantal jongere trainers, om zo enerzijds de kinderen meteen van in het begin de juiste techniek en de goede mentaliteit aan te leren en anderzijds kunnen de jonge trainers observeren en leren. We hebben vrij ruime U11-groepen wat ons toelaat om gemakkelijker op te splitsen in verschillende niveaus.

De meer getalenteerde en gemotiveerde jongens en meisjes kunnen naast hun eigen teamtraining extra trainen bij een hogere groep of op een zekere leeftijd bij de seniores. Zo kunnen zij minstens drie tot vier keer per week hun passie beoefenen.

De competitiewedstrijden worden beschouwd als een leerproces waarbij er getracht wordt om iedereen evenveel te laten spelen. Bij de bekerwedstrijden en Champions League toernooien wordt er gespeeld om te winnen en wordt er meer met een pittige selectie van spelers/speelsters gespeeld. Tijdens de vakanties is de sportzaal volledig voor ons ter beschikking en worden er soms dagstages georganiseerd. Ook het beachvolleybal zit in de lift.  In april zijn we gestart met trainingen: tweemaal per week en per categorie. Wie zich inschrijft, moet zich engageren om minstens twee keer deel te nemen aan provinciale toernooien. Dat is een garantie om het beachvolleybal niet louter als ‘fun in the sun’ te beschouwen.”

Zie je nog werkpunten met het oog op volgend jaar?

“We proberen onze jongere en beginnende trainers te motiveren om deel te nemen aan de trainersopleidingen. Deze zomer volgden zes trainers de initiatorcursus, dat vind ik knap.

We hebben het geluk dat Ternat een volleybalgemeente is met een rijke traditie. Zo krijgen we veel instroom via de bewegingsschool en de initiatiegroep. Het is mooi om te zien dat veel ex-spelers en speelsters van Kruikenburg hun kinderen laten starten in onze club.

Door onze beperkte zaalcapaciteit durven we op dit moment ons niet te engageren om deel te nemen aan een aantal projecten zoals Volley@school, omdat we een te grote instroom logistiek niet aankunnen. In september wordt een nieuwe zaal gebouwd waardoor we meer mogelijkheden krijgen, zodat dergelijke projecten wel kunnen. Met de komst van de nieuwe zaal – een godsgeschenk – kunnen we de uitstroom van U19 jongens en  meisjes, die niet in aanmerking komen voor onze seniorploegen, beter opvangen door extra seniores- of recreatieploegen op te richten. Ja, de hal biedt ons mogelijkheden om uit te breiden.”

Wat ga je specifiek doen met de financiële tegemoetkoming die je krijgt als club met vijf sterren? Hoeveel toelage is in jullie geval toegekend?

“We krijgen een toelage van 2.600€, wat een zeer mooi bedrag is. Het dient om te investeren in interne en externe trainersopleidingen, in materiaal en in de nieuwe zaal Net als bij de meeste clubs heeft de coronacrisis ervoor gezorgd dat er minder inkomsten zijn. Dus elke vorm van steun is meer dan welkom.”

Tekst: Leo Peeters

Foto: Mario Trochs