Bond en Liga willen samen imago van het volleybal bevorderen

Sinds zondagmiddag weten we dat er voortaan positief zal samengewerkt worden door de volleybalbond en de Liga om het imago van het volley te bevorderen. En dat is na enkele jaren modder gooien en persoonlijke aanvallen een succes van het gezonde verstand. Zowel Guy Juwet voor Volley Belgium als Philippe Boone voor de Belgische Liga gaven een heldere toelichting over het nieuw samenwerkingsakkoord. Beide partijen maakten duidelijk dat zij voortaan gezamenlijk inspanningen zullen doen in het belang van het Belgisch volleybal.

“Er is de voorbije maanden lang, intensief en constructief gewerkt om een nieuwe convenant samen te stellen, waarmee zowel de Federatie als de Liga konden akkoord gaan. Dit gebeurde onder leiding van de externe neutrale bemiddelaar Georges Hanot”, opende Guy Juwet de persmeeting. “Onze standpunten liepen in het verleden te ver uit elkaar en die relatie was – zacht uitgedrukt – niet optimaal voor het volleybal. Stap voor stap zijn we tot een convenant gekomen waarin een heldere gedragscode geformuleerd staat. Vanaf nu is er duidelijkheid wat betreft de bevoegdheden.

Kortrijk : Supercup Volley : overeenkomst Liga VolleyBond Guy Juwet en Philippe Boone . foto VDB / BART VANDENBROUCKE

De federatie, met name Volley Belgium, is verantwoordelijk voor het nationaal volleybal en staat ook in voor de internationale competities. De Belgische Volleyballiga bundelt de belangen van de mannenclubs in al zijn facetten. In het convenant erkent de federatie – als autoriteit voor de Belgische competities – de specifieke expertise van de Liga en geeft hen daarvoor een aantal bevoegdheden bij de organisatie in de hoogste afdeling. De overeenkomst werd afgesloten voor acht jaar, de looptijd van twee Olympische Spelen. Net zoals dat in het bedrijfsleven vrij vaak voorkomt, wordt er een overlegorgaan opgericht, zeg maar een verzoenende cel. Deze RCB (Regulation Co-operation Body) moet ervoor zorgen dat de communicatie en de samenwerking optimaal blijven verlopen. Transparant en gericht naar een bespreekbare toekomstvisie.”

Guy Juwet blijft nuchter en is erg realistisch in zijn benadering tot dit nieuw engagement. “Let op: laat ons niet dromen. Er zullen nog discussies zijn. Maar we hebben met deze convenant alvast een grote stap gezet. Die moet leiden tot een betere coöperatie in de toekomst. Het gaat tenslotte om het gemeenschappelijk belang om het Belgisch volleybal naar de buitenwereld en in zijn totaliteit in een positief daglicht te stellen.”


Philippe Boone drukte op zijn beurt de blijdschap uit over deze vernieuwde samenwerking en feliciteerde Guy Juwet meteen voor de geleverde inspanningen. Er werden uitgebreid handjes geschud zonder verontschuldigingen te formuleren na het ‘moddersmijten’ van het vorig jaar.

“We stellen met de Liga licentievoorwaarden op voor de clubs”, benadrukt de Ligavoorzitter. “Met als enige en voornaamste bedoeling om het niveau van de hoogste mannenafdeling op te krikken. Te veel amateurisme haalt het peil naar beneden en dat willen we absoluut vermijden. Deze nieuwe convenant is anders: door bemiddeling wordt alles door de wet geregeld. Na overleg met een grote werkgroep werd op 5 juli het contract ondertekend. De taken van de Liga omvatten de commercialisering van de naam van de competitie alsook de publicitaire return. Wij stellen het anorama en de formule van de competitie op. Rekening houdend met de data van de internationale competities en de nationale ploegen. En ook aan de bekercompetitie verlenen we onze steun. De tegenstrijdige belangen die er vroeger nog waren, willen we ombuigen naar een win-win situatie waarbij alle partijen er beter van worden. Dit zou nooit gebeurd zijn zonder de volledige steun van alle clubs. Hetgeen ik mag vertellen is een gevolg van de beslissing van de verenigingen in de liga. Het zijn moeilijke tijden voor het volleybal. Commercieel blijkt deze sport niet zo interessant te zijn. Er moet dus creatief nagedacht worden hoe we dat kunnen veranderen. Volleybal moet concurrerend worden tegenover de andere sporten. Sportieve resultaten zijn hierbij niet het belangrijkste aspect. Het product volleybal moet verkocht worden en dat kan uiteraard vlotter met een positief imago.”

Marc Spaenjers geeft nog extra informatie over het convenant dat door mensen met “knowhow” werd samengesteld. “Deze overeenkomst is de schriftelijke bewaker van de taken, die moeten gerespecteerd worden”, vertelt de CEO van de Volleyballiga. “We hebben even gedacht om ook de vrouwenliga en de liga B erbij te betrekken. We hebben dat niet gedaan, want we willen ons vooral concentreren op de kwaliteitsinjectie van de acht teams in de hoogste volleybalreeks. In het verleden was er veel onenigheid want de bond had vooral oog voor het sportieve aspect, terwijl wij met de Liga de commerciële facetten benadrukten. Het volleybal heeft een beperkt netwerk. Daar kunnen wij wat aan doen, met de steun van de federatie. Vroeger werd het beslissingsrecht over enkele dossiers tegengehouden. Dankzij deze convenant is daar nu wel ruimte voor. De ideeën moeten voortaan – in overleg – overeenkomen met de visie van de beide partijen. Op budgettair vlak, maar ook in verband met de structuur en de vrijwilligers.

Kijk naar andere sporten, ook daar gaat het over budgetten. Limburg United is toegetreden tot de Liga A in het basketbal. Omdat zij er de financiële middelen toe hadden, niet omdat zij gepromoveerd zijn. Unterhaching in Duitsland heeft een soortgelijk verhaal en die spelen momenteel zelfs Europees. We moeten op zoek naar de meerwaarde. In return geven we onze expertise. Een commerciële vooruitgang moet leiden tot een beter product, het volleybal. Daar is het allemaal om te doen.”

Tekst: Walter Vereeck

Foto’s: Bart Vandenbroucke