Hoe red ik mijn club? Deel 1: VDK Gent vrouwen

 

Dit weekeinde start met Hermes Oostende – Asterix Avo Beveren de eerste finalewedstrijd van de play-offs bij de vrouwen na een turbulente periode bij verschillende eersteklassers. Het jaar 2019 was nog maar net begonnen, of het regende onheilsberichten in de volleywereld: Amigos Zoersel deed niet meer verder in hoogste afdeling, noch met de mannen-, noch met de vrouwenploeg, bij Menen waren er behoorlijk wat financiële problemen, As en Tongeren sloten een samenwerkingsverband en ook bij VDK Gent vrouwen trokken donkere wolken samen boven de Edugo Arena.

Het Gentse motto ‘Nie pleuen’ (niet plooien) maakte echter eens te meer opgang. De vrouwenploeg in de hoogste afdeling heeft intussen haar laatste wedstrijd van het seizoen gespeeld en er volgde een leuk afscheidsfeestje, want de club zal ook nog in de volgende competitie aantreden. “In de 28 jaar dat ik aangesloten ben bij VDK, heb ik het nooit meegemaakt dat er zoveel solidariteit binnen de speelstersgroep naar boven kwam,” weet Guy Seeuws als voorzitter van het coördinatiecomité. Of hoe red ik mijn club, deel 1.

De man die ook vele jaren voorzitter was van CND of de Liga dames volleybal, geeft onverbloemd het verhaal van de redding van VDK Gent, maar slaat tussendoor ook spijkers met koppen naar de gang van zaken in de hoogste vrouwenafdeling.

“Wij brachten onze alarmkreet in het openbaar tijdens de derde week van januari, op een tijdstip dat elke speelster die wilde transfereren nog de kans had om naar een nieuwe club te zoeken. Wij gaven twee boodschappen mee: we wilden de huidige speelsters tot de laatste cent uitbetalen én we wilden niet meer aantreden in de Liga A.

Wat waren de redenen van deze slechte financiële toestand bij de club? Twee hoofdsponsors hadden afgehaakt vlak voor de competitie begon, een derde redelijk grote sponsor betaalde zijn beloofde bedrag niet en er was al wel een schuld aanwezig in de club. Maar de mededeling van het clubbestuur leidde tot ongeloof bij velen en ook tot de beslissing om over te gaan tot een aantal reddingsoperaties.”

Crisismanager

 

“Welnu, op dertig jaar VDK Gent – met mezelf al 28 jaar als lid van de club in verschillende functies – heb ik het nooit meegemaakt (en ook niet verwacht) dat de speelsters over zo veel solidariteit zouden beschikken, om de club weer overeind te helpen. Wie al afspraken had met andere clubs, heeft dat eerlijk op tafel gegooid, maar alle andere speelsters wilden bij de club blijven. Zij zijn met acties begonnen, zoals een crowdfunding-project  (in overleg met de stad Gent) dat toch ruim 10.000 Euro opbracht. Daarmee werd de club natuurlijk niet dadelijk gered, maar het zette aan tot allerlei andere acties. Twee weken later wilde onze derde sponsor dan toch het beloofde bedrag storten, er werd nog een nieuwe redelijk grote sponsor gevonden en we kregen van alle kanten tips binnen bij het bestuur, dat we eens daar en ginder moesten horen of er niks te rapen viel. Natuurlijk blijft het intussen belangrijk dat we goed omgaan met deze nieuwe budgetten en daarom werd een crisismanager aangesteld, die meer ‘nee’ dan ‘ja’ moest zeggen.

Maar het belangrijkste was dat een Gentse club met 260 speelsters bleef bestaan, ook al omdat er verder rond het Gentse niet heel veel vrouwenvolley bestaat. Het is mijn bedoeling om alle schulden na twee seizoenen weg te werken. Op het einde van de volgende competitie moeten wij zonder schulden spelen, want het mag niet heel de tijd om budgetten gaan, we willen ons ook weer toeleggen op het sportieve. Dat heeft ook een aantal consequenties: wij zullen volgend seizoen niet deelnemen aan een Europese bekercompetitie. In het seizoen 2018-19 kostte die Europese campagne ons 33.000 Euro voor twee veredelde schooluitstappen: één verplaatsing naar Finland en één verplaatsing naar Milaan, waar we tegen een team speelden met een budget van twee miljoen Euro!”

Vrouwenvolley

 

Guy Seeuws deelt intussen ook een sneer uit naar zijn collega’s op het hoogste niveau van het vrouwenvolley in ons land.

“Vinden jullie het logisch dat er reeds op de zesde speeldag van de competitie (begin december) aan speelsters gevraagd wordt of ze volgend seizoen voor een andere club willen uitkomen? Onwaarschijnlijk toch! Het probleem zit hem hierin, dat de beste Belgische speelsters in het buitenland actief zijn, maar dat de prijzen voor de betere (kwalitatief) middelmatige speelsters ontzettend de hoogte ingaan omdat ze gegeerd zijn door bijna alle ploegen. Weet je dat sommigen 3000 Euro per maand aangeboden krijgen bij sommige clubs? En de visvijver van redelijk goede speelsters is al zo klein. De speelsters beseffen dat natuurlijk ook en wachten af of er geen hoger bod komt.

De oplossing? Ik heb indertijd een ‘gentlemen’s agreement’ voorgesteld als voorzitter van de CND om gesprekken over transfers pas veel later te beginnen. Maar bijna niemand hield zich aan die afspraak. Door het feit dat Amigos Zoersel wegvalt en As-Tongeren één team vormt, komen we vroeger dan voorzien tot tien ploegen in de Liga A. Dat doet niemand pijn en dat zou al heel wat kunnen verhelpen: het niveau kan een beetje omhoog en de te vangen visjes kunnen nog slechts naar tien i.p.v. naar twaalf clubs. Weet je dat in  Nederland de speelsters van topclubs als Sliedrecht of Zwolle niet eens betaald worden.

Blijft verder het probleem van de sponsoring bij vrouwenploegen. Er is weinig mediabelangstelling voor een niet eenvoudig te verkopen product. Met 800 toeschouwers voor een thuismatch zijn we al blij, maar het is duidelijk dat je daardoor alleen niet aan jouw budget komt. Ik moet dan ook onze speelsters, het bestuur, de stad Gent en de supportersclubs bedanken voor al hun inspanningen. Zelfs al kon iemand maar 100 Euro missen, dan nog werd het in dank aanvaard. En intussen weten we zeker dat we volgend seizoen met een ploeg in Liga A (zelfs eentje in Liga B) uitkomen, dat het gros van de speelsters bij Gent blijft en dat we opnieuw uitzicht hebben op een sportieve toekomst.”

Laure Flament

 

Eén van de speelsters die VDK Gent in het voorbije seizoen langdurig miste – nu eens niet om financiële redenen, maar wegens blessurelast – was international Laure Flament. Zij volgde heel de situatie dikwijls vanaf de zijlijn.

“Het was eigenlijk van het eerste moment duidelijk dat iedereen wilde blijven volley spelen. Liefst bij VDK Gent. Maar dan moest er natuurlijk ook nog een ploeg blijven bestaan. Toen de situatie uitgelegd werd, zijn we eigenlijk vrij snel allemaal in actie geschoten. Er waren de klassieke acties als ‘neuzen’ (cuberdonskes) en paaseitjes verkopen, maar iedereen heeft ook familie, vrienden en kennissen aangesproken met de vraag of ze niet hun steentje wilden bijdragen. We hebben mogelijke contacten doorgegeven aan het bestuur, we hebben meegewerkt aan de crowdfunding, onze ouders hebben ons geholpen, maar in het volley is het toch vooral ‘ons kent ons’.

Ik moet er wel bijvoegen dat we steeds de beloofde betalingen bleven ontvangen en dat vond ik heel correct. Daarom dat ik vermoedelijk ook volgend seizoen – in mijn laatste jaar ergotherapie – nog steeds een fiere speelster van VDK Gent zal blijven,” lacht Laure.

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke