Merkwaardige transfer: Seppe Baetens naar Greenyard Maaseik

Vorige week heeft landskampioen Noliko Maaseik officieel een nieuwe naam en een nieuwe uitrusting gekregen: Greenyard Maaseik. Met een toespraak van Dominique Stinckens, directeur/CEO  van het vroegere Noliko. Hij is voortaan directeur van Greenyard Prepared Belgium. Voorzitter Mathi Raedschelders had woorden van dank en lof voor het verlengde sponsorship. Ook refereerde Mathi naar Vital Heynen, wereldkampioen 2018 met Polen. Sterker dan de USA en Brazilië. ‘Zo’n titel koester je voor altijd’.

 Het technisch kader en de spelers werden door general manager Dieter Leenders en Jos Franssen voorgesteld op het podium. Onder hen de 29-jarige Brabander Seppe Baetens. Misschien de meest verrassende transfer die Greenyard heeft doorgevoerd. “Ik zal deze kans uit de duizend aangrijpen om te tonen dat ik weer ‘de oude’ Seppe ben. Dat ik weer helemaal fit ben en dat ik al mijn krachten ter beschikking stel van de ploeg.”

Na een vijftiende landstitel is de honger van Greenyard nog niet gestild. Een nieuwe titel, de beker, de Supercup, succes in de Champions League. Er zijn genoeg uitdagingen voor headcoach en ‘coach van het jaar’ Joel Banks (derde seizoen, tweede als hoofdcoach) en assistent Ivan Janssen. De toekomst zal uitwijzen wat het wordt. Wout Wijsmans is na de samenstelling van de ploeg, beetje vreemd, opgestapt als technisch directeur. Vertrokken zijn Michiel Ahyi, de onvolprezen Kamil Rychlicki, Dejan Mijatovic, Nicolas Bruno, Sebastian Gevert, Nicolas Sighinolfi, Sebastien Dumont en ook Berre Peters. Zes spelers zijn gebleven: Jelte Maan (R/H), Jolan Cox (opposite), Jay Blankenau (pass), Just Dronckers (libero), Stef Van Heyste (pass) en Timo Tammemaa (midden). Nieuw zijn Robert Wojcik (opposite), Keith Pupart (R/H), Andri Aganits (mid), Simon Peeters (R/H), Elias Thys (mid) en Seppe Baetens (R/H en ook libero). Met Baetens hadden we een interview.

Is Greenyard Maaseik helemaal nieuw voor je als nieuwe werkomgeving?

Seppe Baetens: “Neen, toch niet. En dat is nou net mooi meegenomen. Ik kom niet in niemandsland terecht. Ik speelde vorig seizoen samen met de Canadese Pool Wojcik bij VBC Guibertin. En Antwerpenaar Jolan Cox ken ik van mijn passage bij de Red Dragons, de Belgische nationale ploeg.”

Na je opgang bij Asse-Lennik (één jaar Liga A), Puurs (twee jaar Liga A), Antwerpen (twee jaar Liga A), weer twee seizoenen bij Asse-Lennik, daarna Nantes (Fra, één seizoen) en Guibertin (één seizoen) is Greenyard voor jou een fantastische opportuniteit. Ja?

“Daar ga ik volmondig mee akkoord. Wie had zoiets durven dromen. Ik moet zeggen dat ik verrast werd door het Limburgse aanbod. Natuurlijk ben ik blij. Greenyard is top in het land en in Europa. Zeer professioneel georganiseerd. Alles is tiptop geregeld. Ik ben met mijn gat in de boter gevallen. De voorbereiding tegen Achel, Apeldoorn, Tourcoing, Düren, Frankfurt, Bühl en Vibo Valentia (Ita) is uitstekend verlopen. We verloren slechts één match. Voorts werd het altijd winst of een gelijkspel. Vergeet niet dat we het moesten doen zonder internationals Jay Blankenau (Canada) en Just Dronckers (Ned). Het ziet er echt heel goed uit.”

Ook voor jou loopt blijkbaar alles weer op wieltjes. Kan je vertellen hoe het gaat met de patellapees in je rechterknie?

“Ja, het is een klein wonder: mijn knie is zo goed als volledig hersteld. Na een dubbele operatie. Toch minder leuk, weet je. Eerste ingreep toen ik bij Nantes speelde met maats Robin Overbeeke (nu Nice), Diefenbach (nu gestopt) en Floris Van Rekom (naar Tours). Ik heb ontstoken weefsel laten opereren in Antwerpen. Bij Nantes heb ik trouwens relatief veel gespeeld: toch 80 procent van de wedstrijden. Na vorig seizoen in Guibertin ben ik naar een andere Antwerpse specialist getrokken voor een definitieve oplossing. Hij heeft het probleem in die knie helemaal weggesneden. Voorts heeft de medische staff van Greenyard zich over me ontfermd en fantastisch goed werk geleverd. Alles is goed gepland. Ik ben terechtgekomen in de ideale clubomgeving. Ik ga geregeld langs bij clubkiné Luc Beesmans en orthopedist Enrico Neven voor een check-up. Ik kan na de ‘recovery’ weer helemaal voluit gaan. Op training doe ik de volle ‘load’. Ik ben nog niet honderd procent pijnvrij, dat is misschien waar. Maar welke volleyballer is dat wel? Overigens mag je mijn blessure niet vergelijken met de knieperikelen van Frank Depestele. Hij moest afrekenen met heel zware pech: zijn patellapees was praktisch volledig afgescheurd.”

Jouw knieprobleem werd misschien over gedramatiseerd?

“Een beetje wel. Ook in Guibertin kreeg ik trouwens dikwijls een basisplaats. Dat ik niet bij Nantes kon blijven, heeft de geruchtenmolen over mijn medische toestand wellicht aangezwengeld. Maar schrijf zeker, dat die periode achter de rug ligt. Ik stel me twee doelen: ten eerste dat ik de volleybalwereld kan tonen dat ik weer volop mijn niveau van Asse-Lennik en Antwerpen zal halen. En ten tweede dat ik er alles aan doe, echt alles, om niet te hervallen. Ik smeek de volleybalgoden dat mijn knie perfect stabiel blijft. Dan gaan de mensen ogen open trekken. Ik ben 29 jaar jong, dus atletisch op mijn best. Velen hadden me al afgeschreven. Ik hoop dat ze ongelijk krijgen.”

Ben je ondertussen al een beetje ingeburgerd in het Maasland?

“Ja, ik woon in hetzelfde gebouw als Jolan Cox, pal naast hotel De Maaskant. Een prima locatie. De eigenaar van het hotel is Jos Franssen. Hij is bijzonder nauw betrokken bij de club. Dat zit dus goed met alle mogelijke faciliteiten. Mijn Braziliaanse vriendin Anna – ik ben twee jaar met haar samen – kwam al eens kijken. Zij is afkomstig uit Sao Paulo. Ik leerde haar kennen bij Nantes, waar ze in het damesteam meedraaide. Ze vond nu gelukkig een ploeg in Boedapest (Hon). Ook voor haar een droom die uitkomt, want ze wilde door onze relatie absoluut in Europa blijven spelen. Door het drukke programma zullen we elkaar de eerste maanden niet zo vaak ontmoeten. Maar het is een voordeel dat zij ook volley speelt. Ik heb trouwens al enkele lessen Portugees (moeilijk hoor!) gevolgd. We zijn een heel stabiel koppel, met veel begrip voor elkaar.”

Hoe sterk schat je Maaseik in? En hoe taai zijn de klassieke concurrenten Knack Roeselare, Lindemans Aalst en Par-ky Menen?

“Er is bij Maaseik veel potentieel ingekocht. Greenyard heeft na Kamil Rychlicki (naar Ravenna en Pieter Verhees) weer enkele toptalenten gevonden, die hier groot kunnen worden. Andere kant van de medaille en correct hoe Joel Banks het stelt: Greenyard laat spelers toe zich te ontplooien. Maar eens het zo ver is (Rychlicki, Bruno e.a.), gelden de wetten van de transfermarkt en ruiken buitenlandse managers vettere contracten. Ze vragen, zo hoor ik, 30 tot 70 procent méér. En dat ligt moeilijk in ons land. Geen enkele club in België kan zich knotsgekke dingen veroorloven. Dat leidt gegarandeerd naar de uitgang. Je zit bovendien met dat budgettaire onderscheid tussen EU-spelers en niet-EU. Maar net zoals de concurrenten zijn we nog op zoek naar de juiste ‘mix’. Ik denk dat het goed komt: veel strijdlust, veel gezonde ambitie en veel kameraadschap in de zeer evenwichtige groep. Onze kern is uitstekend uitgebalanceerd. Robert Wojcik heeft een uitstekend blok. Ons midden vindt zijn gelijke niet. Op de hoeken is de gestalte weliswaar niet geweldig. Dat zullen we moeten compenseren. Dat lukt wel.

Met de Canadees Jay Blankenau (speelde volledig WK) in zijn tweede seizoen als set-up staan we een eind verder dan Knack Roeselare dat de nieuwe spelverdeler Walsh moet inpassen. Een cruciale opdracht voor nieuwe coach Steven Vanmedegael, die ‘goeroe’ Emile Rousseaux opvolgt. Ik ben benieuwd hoe snel Walsh de pass achteruit naar Tuerlinckx zal beheersen. Alleszins is Sam Holt (R/H) een topper. En de Noor Fasteland is zeker zo goed als de Spanjaard Fornes. Ik schat Knack daarom heel hoog in: heel gedreven ook, na de gemiste titel. Knack wordt voor ons een zware dobber, normaal al in de halve finale van de Beker van België. Lindemans Aalst verliest 3-0 in de eerste voorronde van de Champions League bij het Spaanse CV Teruel. Ook daar is werk aan de winkel. Door het hoge aantal nieuwkomers. Zoiets vergt altijd tijd. Par-ky Menen is vanouds een lastige klant. Zeker in eigen huis. Al verliezen ze wel de Fransman Julien Winkelmüller. Maar oké, als je in Vauban tegen Sinnesael en Co. niet goed oplet, zit je na een dik uur alweer in de auto, weer huiswaarts. Wellicht komt er ook nieuwe dreiging van Haasrode VHL of van Waremme en Guibertin.”

Je vergeet Tectum Achel. Een team dat het jou nog onbekende Limburg-gevoel zal versterken in de Liga A.

“Ik hoor veel goede dingen over VC Tectum. Op 3 november wordt dat de grote Limburg-wedstrijd. Met speciale acties voor sponsors en supporters, zo stelde toch Dieter Leenders aan de micro. Hun komst is leuk na het verdwijnen van Halen als tweede Limburgse topklasser. Ik denk dat VC Tectum het goed gaat doen. Hun nieuwkomer Brecht Campforts stond een tijd op het verlanglijstje van Greenyard. Er zijn ook Maaseikse links met Van de Loo, Schouren en Bontje. En set-up Tim Verschueren is me uiteraard ook niet onbekend.”

 

Jouw doel is weer te schitteren zoals voorheen?

“Ja, je slaat de nagel op de kop. Ik ben gelukkig weer de topsporter van de afgelopen jaren. Ik ben 29 jaar jong. Ik moet niet wachten. Ik wil me ‘in the picture’ spelen. De kans die Wout Wijsmans me heeft geboden, is een godsgeschenk. Met mijn knie loopt alles perfect. Dat wil ik graag zo houden. Ik wil meedoen voor de titel, Europees, in de Supercup en ja, ook in de beker. In de halve finale is dus Knack Roeselare uit de urne gekomen. Eerste reactie is dan ‘verdorie, shit’. Maar als je die match wint, is de grootste favoriet voor de cupzege wel uitgeschakeld. Ik won al de beker met Asse-Lennik tegen Antwerpen. Ik was alleen ontgoocheld, dat Antwerpen niet ‘face tot face’, maar gewoon met een SMS op mijn GSM liet weten, dat mijn contract werd afgesloten. Zo moest ik andere opties kiezen. Die hebben nu geleid tot een contract bij Greenyard. Niet te geloven, hoe sommige vreemde paden toch weer naar een mooie toekomst leiden.”

Tekst: Leo Peeters

Foto’s: Bart Vandenbroucke