Merkwaardige transfer: Yana De Leeuw terug naar Asterix

 

“Als je zulke vraag krijgt, dan laat je zulke mogelijkheid niet liggen,” is het antwoord van de 28-jarige spelverdeelster Yana De Leeuw, nadat ze het aanbod kreeg om haar ervaring ten dienste te stellen van landskampioen en bekerwinnaar Asterix Avo Kieldrecht. Een terugkeer naar de club, waarmee ze in 2010 zowel de beker, de titel als de Supercup won.

Een niet zo evidente terugkeer trouwens wegens allerlei andere omstandigheden: getrouwd met Roeselare-speler Matthijs Verhanneman, een huis in Roeselare en vooral drie schatten van kinderen: Vince (5) en de tweeling Quinn en Jayda, die in december drie jaar worden. Daar past toch een woordje uitleg bij voor Volleymagazine. Geen probleem voor de taalvaardige en altijd even vriendelijke Yana De Leeuw.

Even jouw carrière overlopen: Sveka Schoten, VC Zoersel, Zandhoven, Asterix Kieldrecht… Hoe kwam het dat je daar afscheid nam om het volgende seizoen bij Hermes Oostende te gaan spelen?

Yana De Leeuw: “Ik was toen al met Matthijs in Roeselare gaan wonen. Hij had nog een contract van één jaar bij Roeselare en dus trok ik liever naar Hermes Oostende, dat dichter bij huis speelde. Ik heb toen gekozen voor mijn gezin, voor mijn familie in plaats van voor mezelf. Bovendien had Asterix op dat moment ook Ilka Van de Vyver in de rangen en ik had weinig zin om na de trajectverplaatsingen voor de trainingen ook nog eens veel op de bank te moeten zitten. De keuze voor Oostende was dan ook snel gemaakt: een redelijke ploeg uit de top-6, die toen toch vier keer per week trainde ’s avonds en dichter bij huis gelegen was.”

Nadien kwamen de kinderen en toch verbaasde je nog velen door twee seizoenen geleden te kiezen voor Lendelede.

“In het eerste jaar Lendelede hadden ze daar inderdaad een heel fatsoenlijke ploeg. Ik zat daar heel goed. Een écht leuke club, waar ik misschien ooit nog wel eens naar terugkeer. Altijd correct. En we speelden dat eerste jaar ook kampioen. Het was echter lang wachten vooraleer we zekerheid kregen over een mogelijke promotie. De coach was weg, een aantal speelsters waren weg en op dat moment waren al vele andere speelsters elders onderdak. En wie wilde nog uitkomen voor een ploeg die pas gepromoveerd was? Het werd dus een heel moeilijk jaar met drie trainingen per week. Ik vroeg me dan ook op een bepaald moment af: ‘Is dit het nu wat ik wilde, toen ik opnieuw met volleyen begon?’. De vraag van Asterix kon dus op geen beter moment komen.”

 

Maar zie je dat wel zitten? Asterix Avo Beveren traint toch drie keer per week in Leuven, twee keer in Vilvoorde en het speelt haar wedstrijden in Beveren…

“Dat vergt inderdaad een hele organisatie en ik heb er vooraf natuurlijk met Matthijs over gepraat, maar met heel veel puzzelwerk, hulp van de familie en begrip van de club zijn we eruit gekomen. Ik wilde echt nog wel graag volleyen en ik zou het me eeuwig beklaagd hebben, mocht ik negatief moeten antwoorden hebben op de vraag van een topclub als Asterix.”

Je hebt in die tussenperiode nochtans heel wat moois laten liggen: een bronzen medaille met de Yellow Tigers op het EK in 2013 en een pak titels en bekers met Asterix…

“Ik heb nooit spijt gehad over mijn keuze. Je moet realist blijven. Nog de trainingen erbij nemen voor de nationale ploeg? Misschien bij hooguit een Franse ploeg terecht komen? Dat had ik er allemaal niet voor over.”

Kan je het dan nu opnieuw realiseren om vijf dagen per week te gaan trainen?

“De trainingen in Leuven op maandag, woensdag en vrijdag doe ik niet mee. Op woensdag is het trouwens al sinds jaar en dag training op individuele basis: verbeteren van de opslag, het blok, de receptie, de passovername… Ik doe dus alle dinsdag- en donderdagavonden de trainingen mee in Vilvoorde. Dat werd allemaal duidelijk gesteld tegenover alle speelsters en ik denk niet dat daar onvrede over bestaat en ik hoop ook dat er nooit problemen van komen. Trouwens: libero Margot Voets en de andere spelverdeelster Joke Hoeyberghs genieten ook van een speciaal regime. Zeg natuurlijk nooit nooit om over te schakelen naar een zwaarder regime, maar door de vele midweekmatchen die er op het programma staan, komt de woensdagavond er ook al dikwijls bij.”

De hulp van de familie blijft wel noodzakelijk…

“Natuurlijk. Maar vermits Matthijs overdag traint en ik ’s avonds moet er maar een korte periode overbrugd worden in de opvang van de kinderen. Mijn schoonouders, die in Menen wonen, nemen de opvang van de kinderen op zich na de schooluren en in alle matchen kijkt mijn moeder toe hoe de kinderen zich gedragen. Als het niet op een zaterdagavond is, komt ook mijn vader mee, want hij gaat dan op zaterdag op zijn beurt kijken naar mijn broer, die het voetbal liet staan en drie jaar geleden opnieuw met volleyen begon bij Volmar Ekeren.”

Jullie beginnen al met een dubbelweekeinde: uit naar Amigos Zoersel zaterdag en thuis tegen Tongeren op zondag. Hebben jullie al in de nieuwe zaal gespeeld?

“Ja. We speelden er al een oefenwedstrijd tegen Zwolle, die we met 3-1 wonnen. Een hele mooie, grote zaal met een uitstekende vloer en een leuke cafetaria, van waaruit je ook een deel van de wedstrijd kan volgen. Dat ziet er goed uit. We beginnen zondag trouwens met een ontmoetings- en familiedag voor alle vrienden en families die iets met onze club te maken hebben, vooraleer we aan de wedstrijd beginnen.”

Had je geen aanpassingsproblemen met het niveauverschil?

“Op dat gebied was de instap bij Lendelede op Liga B-niveau eigenlijk een goede zaak. Natuurlijk ligt het niveau van Liga A een stuk hoger en met onze vernieuwde ploeg van vorig seizoen bij Lendelede waren er weinigen rijp om constant dat niveau te halen. Ik denk dat ze nu een betere mixte gevonden hebben en met Jutta Van de Vyver hebben ze zeker en goede vervangster op mijn positie gevonden. Maar het niveauverschil tussen Lendelede en Asterix is natuurlijk nog een pak groter. Dat voelde ik al dadelijk op training. Hier wordt heel wat meer van je verwacht. Het is de attitude van een topclub in ons land: zorgen dat iedereen individueel beter wordt, zodat ze nadien eventueel nog kunnen doorstromen naar topclubs in het buitenland. Soms komt het team dan wel eens op de tweede plaats, omdat eerst gekeken wordt naar het individuele. Maar het is ook wel leuk om te zien hoe iedereen stilaan ook beter wordt, zodat we altijd veel sterker voor de dag komen in de terugronde of op het einde van het seizoen.”

Hoe zit het met de concurrentie op jouw positie?

“Joke Hoeyberghs werd ook aangeworven als spelverdeelster. Ze heeft jarenlang bij As gespeeld en ze is haar plaats in onze ploeg zeker meer dan waard. Haar enige nadeel kan zijn dat ze nog kleiner is dan ikzelf met mijn 1m73, maar ik vind het tot hiertoe bijzonder leuk om met haar samen te werken. Ze is amper één jaar jonger dan ikzelf en ze had allicht ook niet verwacht dat ze nog zou gevraagd worden door een topclub als Asterix.”

Ook twee buitenlandse nieuwkomers…

“Ik denk dat de komst van Martina Nosekova geen verrassing was. Maar door allerlei blessures sukkelde Asterix Avo Beveren vorig seizoen echter met wie er als opposite moest aantreden. Zo stonden speelsters al eens niet op hun favoriete of op hun beste plaats. Dat wilden ze absoluut vermijden en dus werd het een lange zoektocht naar de gepaste opposite. Die vonden ze in de persoon van de Nederlandse Paula Boonstra, die trouwens in Leuven verblijft, want als ze naar huis moet, is ze wel vier uur onderweg. Zeker een meisje met veel talent, ze slaat goed en ze zal zeker nog groeien tijdens dit seizoen. Ik denk dat ze een goede keuze is voor onze ploeg.”

 

De ambitie van Asterix zal wel altijd dezelfde zijn, zeker?

“Ja. Zo veel mogelijk prijzen winnen, hé! Eerst de Supercup tegen Oudegem. En nadien wordt er tijd noch moeite gespaard om de beker te winnen. Zelf wil ik daar ook toe bijdragen, want als Antwerpse heb ik nog nooit in het Sportpaleis gespeeld en dat is toch wel een speciale belevenis, denk ik. Natuurlijk willen we er ook de titel bij, maar we willen vooral ook een mooi verhaal neerzetten in Europa. Tijdens de eerste ronde worden we geconfronteerd met een Finse ploeg. Dat moet wellicht nog haalbaar zijn, maar nadien volgen de uitvallers uit de Champions League. Wie dat worden, weten we pas later.”

Van welke ploegen verwacht je de meeste concurrentie in de Belgische competitie?

“Ik denk dat we dit jaar naar een veel evenwichtigere competitie gaan. Hermes Oostende heeft zich op papier wel erg versterkt. Met Manon Stragier en Maud Catry erbij, wordt ook VDK Gent een gevaarlijke concurrent. Bij Oudegem is hun opposite weg, maar ik weet nog niet duidelijk hoe de ploeg er dan wel zal uitzien. Verder heb je met As (en Katrien Gielen), Tongeren (met Mouha en Wittock), Amigos Zoersel en Antwerpen ook ploegen die mikken op een plaats bij de top-4. En hoe zit het bij Farciennes met enkele buitenlandse speelsters en Charleroi met veel buitenlandse speelsters? Ik denk dat we minder dan ooit ploegen zullen tegen komen tegen wie we vooraf al zeker kunnen zijn van de winst.”

Hoe lang wil jij jouw volleycarrière nog verlengen?

“Ik ben nog nooit tegen mijn zin gaan trainen. Ik heb nog geen moment spijt gehad van mijn beslissingen. Ik vind het volley nog steeds superleuk. Maar ik bekijk het jaar per jaar. Het contract van Matthijs loopt af op het einde van dit seizoen en wie weet wat er dan nog uit de bus komt. Ook Vince blijkt bezeten van het volley en gaat al trainen bij Roeselare op woensdag en vrijdag. De meisjes willen voorlopig vooral dansen… Ach, we zien wel wat de toekomst brengt. En zolang ik het zelf ook leuk blijf vinden!”

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke en eigen foto