Wout Wijsmans: “Als Maaseik opnieuw kampioen speelt, is dat ook beetje mijn verdienste”

Het persbericht van 3 augustus van landskampioen Maaseik over het exit van technisch directeur Wout Wijsmans veroorzaakte een kleine schokgolf in het Belgisch topvolley. Sensationeel nieuws, dat totaal onverwachte vertrek. Wout was na vele jaren ‘buitenland’ in 2015 naar zijn vroegere topclub teruggekeerd. Als speler nam het Limburgs idool er afscheid, waarna hij gretig bijtekende als versbakken TD na Thierry Courtois. Hij bezorgde Maaseik de landstitel 2018. Met deze zomer dan die bizarre epiloog. Hij klapte plots de deur dicht bij de Maaslanders. “Een beslissing die ik nog altijd niet betreur. Ik sta nog altijd achter mijn keuze. Geen keuze trouwens van één dag. Neen, dit sluimerde al langer. Ik hoop tegen januari 2019 te beginnen aan een nieuw hoofdstuk in mijn leven. In of buiten de sport.”

Wout Wijsmans (41 jaar, ° 1977) stopt finaal op een hoogtepunt. Met voor Maaseik eindelijk die vijftiende landstitel, na de schaarste en de twijfels vanaf 2012. Het was niet Wouts enige piekmoment in een carrière, die vele jaren heeft overbrugd. Bij Zonhoven, dan via twee seizoenen in Maaseik (1997-1999), vervolgens veertien jaar in Italië bij Ferrara, Macerata en Cuneo. Met nog uitlopers in China en Turkije. “Ik heb veel hoogtepunten gekend. De Champions League gewonnen met Macerata. Die CL-titel staat op mijn netvlies gebrand. Plus Italiaanse titels, bekers, Supercups en individuele prijzen.”

Je zou denken: zo iemand heeft dadelijk een andere uitdaging te pakken, ja?
“Neen, voorlopig is er niets. Ik ben wel met allerlei dingen bezig. Maar ik kan echt geen tipje van de sluier oplichten. Ik woon nog altijd in Maaseik, waar de twee dochters op school zitten. Stempelen kan ik niet, omdat ik zelf ontslag nam. Sommigen zullen zeggen: hoe dom kan je zijn. Maar neen: het vertrouwen was geslonken. En zonder een maximaal vertrouwen wil ik zelden verder. Later misschien wil ik dat allemaal grondig toelichten. Nu is het daar het moment niet voor.”

Je hebt, speciaal voor vriend en headcoach Joel Banks, toch mee de nieuwe ploeg samengesteld?
“Inderdaad. (lacht) Als dit ‘newlook’ Maaseik kampioen speelt, dan haal ik – al ben ik er niet meer bij – toch een beetje mijn tweede titel op een rij als TD en de 16de voor Maaseik. Mijn palmares bij Noliko (nu Greenyard) oogt mooi: drie keer de finales van de play-offs, één nationale titel, twee bekerfinales en één Supercup.”

Kan je eerst even uitleg geven over de acht vertrekkers bij Maaseik?

“Sebastian Gevert (Dui/Düren), Nicolas Bruno (Tur/Maliye Piyango Spor), Kamil Rychlicki (Ita/Ravenna en Pieter Verhees), Sébastien Dumont (Guibertin), Dane Mijatovic (?), Nicholas Siginolfi (RV Gioia, Ita A 2), Berre Peters (Haasrode Leuven) en Michiel Ahyi (Gent) hebben we laten gaan. Hoewel we kampioen zijn gespeeld. Ach, Rychlicki en Bruno werden te duur. De anderen pasten sportief, technisch, persoonlijk of budgettair niet in het nieuwe plaatje.”

Wie was prioritair om te blijven bij de nieuwe ploeg?
“Vooral natuurlijk de Canadees Jay Blankenau als spelverdeler. Daarvoor moesten we duidelijk een extra inspanning leveren. Gevolg: je moet dan weer elders snijden. Ik wilde echter de carrière van de Luxemburger Rychlicki niet in de weg staan. Mijn werkwijze is bekend: spelers één tot drie jaar behouden. Ze mogen daarna elders doorgroeien naar de Europese top.”

De zes blijvers zijn Jolan Cox, Jay Blankenau, Timo Tammemaa, Jelte Maan, Just Dronkers en Stef Van Heyste. Het wordt een kern van 12. Wie zijn de zes nieuwe gezichten?
“Ik begin met Robert Wojcik van Guibertin. Een Canadese ‘opposite’ met een Pools paspoort. Heel goed qua prijs-kwaliteit. Hij kent de Belgische competitie, was MVP op de VolleyProms dit seizoen. De Est Keith Pupart wordt de geknipte vervanger van Nicolas Bruno op receptie-hoek. Pupart deed veel ervaring op bij Lubin in Polen. Ik wilde hem al langer. Hij is heel stabiel. Je gaat er nog van horen. Het middencompartiment kleurt volledig Ests. Met naast Timo Tammemaa de nieuwkomer Andri Aganits. Timo heeft geen rol gespeeld in de overgang van zijn landgenoot. Hij wist er niets van. Aganits is een man met veel punch en nog meer karakter. Een beer van een vent. Ja, Maaseik heeft het sterkste midden sinds jaar en dag. Wellicht nu zelfs de beste ploeg ooit. Voorts zijn er de drie Belgen: Simon Peeters, een receptie-hoek van Volley Haasrode Leuven. Simon is de nieuwe Jelte Maan. Karakterman, opkomend talent. Elias Thys (Waremme) is een jonge veelbelovende middenman. Hij tekent voor twee seizoenen. ”

En dan is er Seppe Baetens. Als klap op de vuurpijl. Zijn aanwerving is een hele verrassing. Of toch niet?”
“Ja, hij leek even afgeschreven voor topvolley. Hij is wegens zijn knieproblemen daarom grondig geëvalueerd door onze medische staf van dokters en kinés. Die hebben echt uitstekend werk geleverd. We hebben daarna binnenskamers veel gepraat over zijn motivatie. En die heeft hij nog altijd. Dan is beslist hem de kans te geven. Seppe speelt altijd voor de ploeg. Hij is explosief, hij kan soms matchen met enkele flitsen beslissen. Ik hoor het andere clubs al zeggen na het seizoen: hadden wij maar Seppe Baetens in de rangen gehad.”

Toch even terug naar jouw vertrek. Huis en auto van de club, dat valt allemaal weg. Is dat geen gok?
“Het is gewaagd ja, de weg waarvoor ik heb gekozen. Ik heb in Maaseik goede jaren gehad. Maar ik kan niets doen in een structuur waarin ik niet helemaal vrij kan bewegen. Ik wilde meer armslag, meer werken aan groei op termijn. Ik wil bepaalde dingen bereiken en mijn visie uitwerken. Je weet dat ik heel ambitieus ben. TD alleen vond ik te weinig. Ik kon meer betekenen. Ik heb bepaalde wensen bekend gemaakt, maar ja. Het is niet gelukt. Ik moet van vooraf aan beginnen, maar daar rouw ik niet om. Trouwens: de deuren zijn niet dicht. Ook niet in Maaseik. We zijn op een goede manier uit elkaar gegaan. Ik ga zeker kijken naar hun Europese matchen. Ik bel zeker twee keer per week met Joel Banks. Als ik hem kan helpen, doe ik dat héél graag. Ik heb me trouwens nooit gemoeid met zijn tactiek. We stelden in overleg de ploeg samen, maar hij leidde het team in de competitie autonoom. Ik volgde heel intens de spelers buiten het veld op.”

Voorts zal je weer op- en af vliegen naar je vriendin Lise Van Hecke. Ze speelt in Cuneo (Italië), zij is al drie weken ginds. Klopt het dat ze in jouw huis in Cuneo woont?
“Ja, Cuneo is mijn oude geliefde club. Het huis stond ter beschikking. Maar ik ga ginds niet wonen. Lise komt na afloop van haar tweejarig contract bij Cuneo wellicht terug naar België. (lacht) Misschien kunnen we dan pas een trouwdatum prikken. We zijn er nog niet echt mee bezig. Dat komt nog wel.”

Cuneo heeft je gevraagd. Er gaan ook geruchten over Roeselare? Is dat zo?

“Naar Cuneo wil ik absoluut niet wegens de kinderen. Vergelijk mijn situatie met die van doelman Thibaut Courtois, die Chelsea ruilde voor Madrid. De kinderen zijn zo belangrijk. Voor hem en ook voor mij. Ik en mijn ex-vrouw hebben een ‘week hier-week daar’-contract in verband met de dochters. Wat Roeselare betreft, zijn er op dit ogenblik geen concrete voorstellen van vrienden Francis De Nolf of Dirk Specenier. Ik onderhoud met hen heel goede relaties. Maar concreet ligt er niets op tafel. Maar zeg nooit ‘nooit’. Alles evolueert. Dus moet ik altijd met iedereen willen en kunnen praten. Ook met VC Lindemans Aalst en coach Johan Devoghel zit ik op een uitstekende golflengte. Ik overleg ook nog altijd veel met Jelte Maan, die misschien mijn opvolger wordt. Ik kan me voorstellen dat mensen in de club aan Jelte denken. Ik heb daar niks in te beslissen. Jelte is de ene partij, de club de andere.”

Hoe blik je terug op je mogelijk laatste jaren in het volleybal?
“Positief, hoe moeilijk het in België voor topvolley ook is. Als Maaseik in 2019 weer kampioen wordt, zal ik ontroerd zijn. Kijk in 2015 kwam ik terug naar Maaseik. Als speler. Maar ik was eigenlijk niet meer die ‘topspeler’, het was bijna helemaal op. Dan werd ik TD. Oké. Het eerste jaar betaalde ik leergeld. Je speelt nergens kampioen in een vingerknip, fungerend als schakel of ‘go between’ tussen het bestuur en de sportieve staff. Afgelopen seizoen is het dan wel gelukt. Ondanks een dalend budget. Dat mag je niet vergeten. Op die titel ben ik trots. Mijn toekomstplannen concentreren zich nu zeker niet louter rond volley. Het kan best ook het bedrijfsleven worden. Weet je: ik had ook bij Maaseik kunnen blijven hangen. Dat zou het gemakkelijkste geweest zijn. Maar er was een vertrouwensbreuk ontstaan. Daar kon ik niet zomaar omheen. Zo steek ik niet in elkaar.”

Tekst: Leo Peeters
Foto’s: Bart Vandenbroucke