Gert Vande Broek: “We blijven een opleidingsproject”

Gert Vande Broek is de tel kwijt geraakt. Hoeveel keer werd hij intussen ‘coach van het jaar’: is het 15 of 17 maal? “Eigenlijk ook niet belangrijk, want het belangrijkste in een seizoen is duidelijk de titel. Veruit. En daarin zijn we sinds vorig weekeinde met Asterix aan twaalf stuks. Het tweede belangrijkste is de beker en die wonnen we al vijftien keer.”

Tien keer Supercup neemt hij er vlotjes bij, al is hij zelf dik tevreden met andere cijfers. “Asterix Kieldrecht werd in februari 1969 gesticht en zelf ben ik sinds 1994 trainer: eerst als assistent van Mart Buekers, een jaar later als hoofdcoach. Ik ben dus volgend seizoen 25 jaar op rij trainer-coach bij dezelfde ploeg. Wie kan dat op het hoogste vlak evenaren?,” vraagt Vande Broek zich met een tikkeltje terechte fierheid af. Dat kon natuurlijk niet zonder de blijvende steun van het bestuur – intussen goede vrienden van de coach – die hem in al zijn plannen meestal voor 100% steunden. Voeg daarbij een goede technische staf en de redenen voor het succes liggen ook dit jaar weer voor het rapen.

“In januari vonden verschillende clubs dat het Asterix Avo Beveren van dit jaar ‘te pakken’ was. Ik begrijp ook de redenering, want we kenden een heel moeilijke start van het seizoen met verschillende 3-2 overwinningen en zelfs een 2-3 nederlaag tegen Michelbeke. Maar vanaf de terugronde – en met het resultaat van twintig uren training per week – kwam de kentering en namen we van alle ploegen duidelijk afstand. We hadden heel sterke progressie gemaakt en we wonnen de beker na een uitstekende wedstrijd, waarin we amper fouten lieten noteren. Die lijn trokken we door tot het einde van de play-offs, waarin we eigenlijk veel gemakkelijker dan vorig seizoen afstand konden nemen van Oudergem.”

Waaraan beleefde Gert in het voorbije seizoen het meeste plezier?

“Nieuwkomers in de groep maken traditioneel veel progressie in hun eerste seizoen. Maar verschillend met andere jaren was deze keer wel de grote stap die zelfs de ‘anciens’ in de ploeg nog maakten: Biebauw, Van Gestel, Lemmens… Ze maakten allemaal nog verbazend veel vooruitgang. Daardoor werd de ploeg in haar totaliteit ook sterker. Tweede punt van tevredenheid is zeker de vooruitgang geweest op mentaal vlak. Ook als ze op achterstand stonden, bleef er relatieve rust in de groep in de overtuiging dat alles nog wel netjes op zijn poten zou vallen. En ook het toeleven naar de bekerfinale tegen Oudegem – toch een wedstrijd waarbij een zekere druk te pas kwam – gebeurde op een schitterende manier.”

Er zat misschien Europees meer in tegen Stuttgart?

“We spelen tegen hen na een hele lange match toch 2-3 en de Duitsers spelen momenteel de finale van de play-offs in de Bundesliga. Ook vorig seizoen haalden we een mooi 2-3 resultaat tegen Olympiakos, dat dit seizoen met dezelfde ploeg de Challenge Cup won tegen Bursa, de ploeg van Charlotte Leys. Ik denk dat we daarmee tevreden konden zijn.”

De nieuwe sporthal in Beveren zou in september bruikbaar zijn. Spelen jullie dan ook volgend seizoen de Champions League?

“Dat is een beslissing die ik aan het bestuur over laat, maar een sportieve eis is het zeker niet. Vergeet niet dat we volgend seizoen opnieuw vanaf nul moeten bouwen aan een compleet vernieuwde ploeg. Om een rol van betekenis te spelen in de Champions League heb je nog grotere budgetten nodig en je moet ook op langere termijn iets kunnen opbouwen. Ik denk dat de Belgische competitie momenteel niet voldoende kwaliteit biedt om aan zo’n project te werken. Ik herinner me b.v. dat het Italiaanse Bergamo enkele jaren geleden ook niet inschreef voor de Champions League, omdat ze vonden dat de opleiding van de jonge ploeg niet opwoog tegen weken vol matchen en zonder veel trainingen. Ik denk dat we zelf ook beter werken aan ons opleidingsproject.”

Dat brengt ons meteen tot het volgende programma op het lijstje van Gert Vande Broek: de Yellow Tigers.

“Iedereen krijgt rust tot 4 mei. We hebben het concept van de voorbereiding dit seizoen ook gewijzigd. We trekken minder op stage naar het buitenland, maar we bereiden ons voor in  het domein van Sport Vlaanderen in Blankenberge. Geen zware verplaatsingen, minder kosten en beter te regelen voor de studenten in de ploeg. Ook het Belgische publiek staat op die manier nog iets dichter bij de ploeg met o.a. een opendeurdag.

Ik besef natuurlijk ook wel dat we in die Nations League vanaf half mei tegenover de wereldtop in het vrouwenvolley voor enkele bijzonder zware matchen staan. Ik zag b.v. de selecties van China en Servië en die komen met hun sterkst mogelijke selectie. Het zullen lastige wedstrijden worden en misschien soms zware nederlagen, maar in het verleden wonnen we al eens van Rusland en tegen Nederland dwongen we ook al een tiebreak af. Het voordeel aan dit nieuwe systeem is echter dat we echt wel tegen iedere ploeg spelen. Het wordt dus een kwestie om de hoofdjes fris te houden voor b.v. het vierde weekeinde met organisator Polen, Duitsland en Argentinië als tegenstanders, tegen wie we misschien wel puntenwinst kunnen boeken. Maar we moeten natuurlijk in elke match gaan voor een zo goed mogelijk resultaat. Ook uit de nederlagen kan je immers leren.”

Tekst: Marcel Coppens

Foto’s: Bart Vandenbroucke

Programma Nations League voor Yellow Tigers:

–        15/17-05: China (Korea, China, Dom. Republiek)

–        22/24-05: Japan (Nederland, Verenigde Staten, Japan)

–        29/31-05: Servië (Rusland, Turkije, Servië)

–        05/07-06: Polen (Argentinië, Polen, Duitsland)

–        12/14-06: Italië (Thailand, Brazilië, Italië)